v8-9
Ondanks dat Paulus er in deze brief niet mee te koop loopt, is hij de apostel Paulus. Hij heeft de kerk in Kolosse gesticht, hij heeft veel wonderen mogen doen door Gods kracht; hij is machtig en groots door God gebruikt. Dit geeft hem een bepaalde positie, waarin hij dingen van mensen kan vragen, wetende dat ze het waarschijnlijk zullen doen.
Hij weet dat hij deze positie heeft, maar hij maakt er richting Filemon geen gebruik van. Paulus maakt duidelijk dat hij geen gebruik maakt van de rechten die hij in Christus heeft, als apostel van Christus.
Matthew Henry: “Het is niet kleinerend voor hen die de autoriteit hebben om vriendelijk te zijn, en soms zelfs om te smeken, waar ze strikt gezien qua rechten misschien wel mogen commanderen; dat is wat Paulus hier doet, ondanks dat hij een apostel is. Hij smeekt waar hij had kunnen bevelen, hij praat vanuit liefde i.p.v. autoriteit, wat ongetwijfeld invloed heeft.”
- Paulus vernederde zichzelf en vroeg Filemon om een gunst. Hij spoorde hem aan in de liefde om dat te doen wat juist was in Gods ogen.
- Paulus had het recht om Filemon iets op te dragen, om hem de opdracht te geven uit het Woord om Onesimus te ontvangen en lief te hebben. Dat zou niks verkeerds geweest zijn, ook niks raars. In 1 Korinthe 5:4-5 draagt Paulus de gemeente in Korinthe ook dingen op.
- Liefde voor Christus en daardoor liefde voor de heiligen. Paulus liet dit zien en legt nu uit aan Filemon dat het nu tijd is om van Onesimus te houden.
- En toch moet Filemon van hem houden, toch moet hij liefde tonen aan deze man. Zo geldt dat ook voor ons, liefde tonen aan hen die ons pijn gedaan hebben, liefde tonen aan hen die de liefde niet waard zijn.
- Uiteindelijk hebben wij allemaal namelijk precies hetzelfde richting God gedaan. Wij zijn Zijn liefde ook niet waard; Hij heeft liefde getoond aan hen (jij en ik) die Hem pijn deden voor, tijdens en na het uitstorten van die liefde.
- Onesimus is zijn zoon, in het geloof (v10)
- Er spreekt zoveel liefde uit deze opmerking. Paulus die zichzelf als een ouder ziet en zo voor een kind zorgt. De vraag om goede zorg van een ander voor ‘zijn kind’. Het lijkt op een vader die iemand smeekt om goed voor zijn kind te zorgen.
- Paulus had zo’n groot verantwoordelijkheidsgevoel voor de kerk, dat hij zo naar mensen keek. Hij had door dat de kerk waardevol is voor God Zelf, dus dat dat ook voor ons zou moeten gelden.
- Hij is nuttig geworden en is door Paulus zelf teruggestuurd (v11)
- Paulus wil dat Filemon Gods werk in Onesimus ziet. Hij geeft een getuigenis van het werk van God in deze broeder. Als Onesimus dit zelf had gezegd had Filemon hem misschien niet geloofd, maar omdat het Paulus is, met wie Filemon zelf ook een goede band had, zullen deze woorden makkelijker aangenomen worden.
- Bedenk wat Paulus hier op het spel zet: zijn naam, reputatie en relatie met Filemon en misschien wel de hele kerk in Kolosse. Voor wie? Een slaaf, een niemand, volgens de wereld. Hij is echter een broeder Gods koninkrijk, iedereen is daar veel waard, iedereen is gelijk.
- Wat een liefde van Paulus om zo’n getuigenis te geven, om zo te laten zien wat God aan het doen is. Wat een liefde van God dat Hij met mensen aan de slag gaat. Dat Hij mensen verandert, dat Hij mensen nieuw maakt.
- Bedenk wat Paulus hier op het spel zet: zijn naam, reputatie en relatie met Filemon en misschien wel de hele kerk in Kolosse. Voor wie? Een slaaf, een niemand, volgens de wereld. Hij is echter een broeder Gods koninkrijk, iedereen is daar veel waard, iedereen is gelijk.
- Dit is agape liefde op zijn best. Onesimus verdiende het niet, kon niks bewijzen en voerde zelf het woord niet. Filemon moest kiezen om nu van Onesimus te houden, om meer van God te houden dan zijn eigen denken, verlangen en cultuur.
- Jezus is onze Woordvoerder bij God (Hebreeën 7:25), wij verdienen geen redding van God (Romeinen 3:23), wij hebben geen rechten t.o.v. God. En toch vergeeft God ons, omdat Hij via Jezus naar ons kijkt. Filemon moest door Jezus’ bril naar Onesimus gaan kijken. Filemon moest terugdenken aan hoeveel hij zelf vergeven was, om in te zien dat het dan logisch is om Onesimus te vergeven en weer aan te nemen. Dit is Gods werk in Paulus, Onesimus en Filemon dat perfect samenkomt en leert dat alleen Gods liefde herstelt en vergeving brengt.
- Ze zijn innig verbonden (v12)
- Ook hier vraagt Paulus aan Filemon om agape liefde te leven. Iemand die weggerend is, etc. in je hart ontvangen is niet niks. En toch vraagt Paulus dit van Filemon, vraagt God dit.
- God vraagt ons om hetzelfde te doen. Hij wil dat wij goeddoen aan de broeders en zusters (Galaten 6:10), Hij wil dat wij elkaar liefhebben (Romeinen 13:8), ook als ze dat niet verdienen.
- Dit is geen blinde liefde, maar bewust liefde vanuit Gods hart voor de ander. In liefde horen we elkaar nog steeds op zonde te wijzen, op een heilige levensstijl te wijzen, etc. Maar we kunnen elkaar niet zo makkelijk afwijzen als wij vandaag de dag vaak doen. Gods liefde hoort onze daden te regeren, net zoals Zijn liefde Zijn daden richting ons regeert. Wij hebben toegang gekregen tot Zijn hart, laten wij hetzelfde doen.
- Het is beter voor Onesimus en Filemon als hij terug gaat (v13-14)
- Bedenk even wat Paulus doet: hij zit gevangen, heeft eindelijk een broeder gevonden die hem zou willen/kunnen dienen (v13), maar toch kiest hij ervoor om Onesimus terug te sturen. Paulus was echt bezig met de ander, de ander dienen, de ander liefhebben. Wat een geweldig voorbeeld van Gods werk in een mens, Gods liefde die Paulus aanzette tot goede werken.
- Zijn wij tegenwoordig nog bereid om onszelf zo weg te cijferen voor de ander? Zijn wij nog bereid om het zelf minder goed te hebben, zodat we de ander kunnen dienen? Zijn wij bereid om het zelf zwaarder te hebben, om de ander niet tegen het hoofd te stoten?
- We zijn zo vol van eigen rechten, etc. tegenwoordig, dat we als kerk te vaak vergeten om de ander lief te hebben als onszelf.
- Dit gaat zo ver, zo diep. Dit kunnen wij alleen door Gods werk in ons, door de Geest van God die Zijn vrucht, liefde, in ons legt. Jezus leert dat we God moeten liefhebben met alles wat in ons is. Dat is niet niks. En daarnaast dan nog onze naaste zoals wij onszelf liefhebben. Paulus liet zien wat dat betekent, houdt jij ook zo van je naaste?
- De eeuwige vrucht die deze gescheiden periode opgeleverd heeft (v15-16)
- Te vaak zien wij niet wat God aan het doen is, doordat we verblind worden door omstandigheden. Paulus wijst Filemon er liefdevol op dat God deze situatie gebruikt tot Zijn eer, namelijk om Filemon niet alleen zijn slaaf, maar een gelovige slaaf terug te geven. Dat is nog veel beter!
- Dit is de les die Filemon moest leren. In deze onbegrijpelijke situatie, waar menselijk gezien woede en boosheid een normale en goede reactie zou zijn, de ogen op God. De enige manier waarop hij dit kon doen, was door terug te vallen op God.
- 2 Petrus 1:3 leert dat Gods kracht ons alles gegeven heeft “wat tot het leven en de godsvrucht behoort, door de kennis van Hem Die ons geroepen heeft” Alles wat Filemon nodig had om juist te reageren in deze situatie was voor hem beschikbaar, in God, door Zijn kracht. Alles wat wij nodig hebben om goddelijk te reageren, in elke situatie, op elk moment, mogen we aan God vragen. Zijn kracht staat voor ons klaar, op het moment dat we realiseren dat we het zelf niet kunnen en Zijn kracht het in en door ons heen moet doen.
- Een gunst aan een broeder en vriend (v17-20)
- Dit is een liefdevolle vraag van de ene broeder aan de ander. Het is een gunst, op basis van de liefde die er onderling tussen deze mannen was. Paulus wist dat dit misschien niet de makkelijkste gunst was die Filemon ooit zou vervullen, maar hij wist ook dat God dit zou gebruiken om Filemon te vormen.
- Soms is het goed om als christenen iets van iemand anders te vragen dat Bijbels is, waarvan je weet dat het de ander gaat vormen. De ander hoeft het niet altijd leuk te vinden om uit te voeren, maar zolang het een Bijbelse zaak is en God het leidt is het meer dan goed.
- v21 laat zien dat Paulus vertrouwen heeft in Gods werk in Filemon, want hij vertrouwt erop dat God Filemon zou overtuigen van wat juist was. Hij vertrouwt op Filemons gehoorzaamheid aan God, en daarna aan het verzoek van Paulus. Hij weet ook dat Filemon echt God wil dienen en meer zal doen dan wat er van hem gevraagd wordt.
- Dit is allemaal Gods werk, Gods genade, Gods liefde aan het werk. Zonder Gods liefde zal Filemon niet zomaar doen wat nodig is, zonder Gods liefde is het ondenkbaar dat een meester een slaaf weer aan zou nemen. Zonder Gods liefde zou cultuur regeren, karakter en menselijke logica.
- Wanneer Gods liefde regeert, gebeuren er bijzondere, mooie, bovennatuurlijke dingen. Dan zien we Gods liefde boven cultuur, gevoel, rechten, etc. Liefde zoals God van de kerk vraagt. Wat een getuige is Filemon naar zijn huishouden, zijn vrienden en familie, etc. als hij handelt zoals Paulus hem vraagt. Gods liefde is dan het antwoord, de reden, de drijfveer achter dit doen. Alleen Gods liefde kan dit doen in de mens.
- Dit is allemaal Gods werk, Gods genade, Gods liefde aan het werk. Zonder Gods liefde zal Filemon niet zomaar doen wat nodig is, zonder Gods liefde is het ondenkbaar dat een meester een slaaf weer aan zou nemen. Zonder Gods liefde zou cultuur regeren, karakter en menselijke logica.
- Paulus gaat er vanuit dat hij nog steeds welkom is bij Filemon thuis, omdat hij weet dat Gods liefde regeert in Filemon. Deze liefde is zo’n getuigenis naar elkaar, maar ook naar ons toe. Gods liefde is zo krachtig, cultuur overstijgend, het is geweldig om dat te ervaren en de effecten van te zien in mensenlevens.
- Te vaak zijn wij christenen geneigd om wel genade van God te aanvaarden, maar niet om die dan ook weer uit te delen aan anderen. We willen wel van God ontvangen, maar niet doorgeven aan de ander. Dat laat zien hoe slecht we dan Gods genade begrijpen, hoe slecht we doorhebben hoeveel Hij ons gegeven heeft.
- Paulus bidt Filemon toe dat hij zal groeien in de genade, groeien in het begrijpen dat die genade van Jezus Christus komt en groeien in het laten regeren van genade in zijn eigen geest.
- Dat is nodig om te voldoen aan de vraag van Paulus, om te blijven groeien als christen, om een getuige te zijn van God naar de wereld om ons heen.
- Als jij Jezus nog niet kent, vandaag is de dag dat jij Zijn liefde kan gaan leren kennen. Vandaag is de dag van redding (2 Korinthe 6:2), vandaag is het moment om Jezus te leren kennen. Niet morgen, niet vlak voor je dood, nu. Hij wil je zoveel liefde geven, zoveel dingen die je nu niet kan bevatten. Als God tot je gesproken heeft, als je Hem wil leren kennen, bid dan dat Hij Zichzelf zal openbaren aan jou.
- Als je Hem wel kent, hoeveel liefde is er in jouw leven? Is liefde dat wat jou drijft om dingen te doen? Is liefde jouw motivatie om God te dienen zoals Hij vraagt? Ben jij bereid, uit liefde, om je eigen comfort te verminderen, het zelf zwaarder te hebben? Als iemand van buiten naar jouw leven kijkt, regeert liefde dan?
- Hoeveel liefde heb jij voor de kerk van God? De kerk bestaat uit christenen, mensen. Allemaal falen ze, allemaal Gods hebben ze liefde nodig. Hoe zie jij de kerk, als het meer dan waard om Gods liefde in te investeren? Of als jouw tijd en energie niet waard?