Romeinen 9:19-21 (5-6-2022) Klei in Gods handen
Vorige keer dat we naar Romeinen hebben gekeken, hebben we gezien dat God Zich ontfermt over mensen en mensen verhardt. We hebben o.b.v. het voorbeeld van farao gezien dat het verharden dat God doet, het resultaat is van de keuze van de mens.
- Vandaag pakken we het op in Romeinen 9:19, waarin we zien: we zijn ‘Klei in Gods handen’
v19-21 Gods wil als pottenbakker
Paulus is bezig met het uitleggen van rechtvaardiging, het recht voor God kunnen staan. Hij laat zien dat Jood en heiden dit nodig hebben en dat het Evangelie de enige weg is (Romeinen 1). Allen zijn doemwaardig (Romeinen 3:19) en hebben geloof in Jezus Christus nodig (Romeinen 4-5).
- Wanneer er geloof is, gaat God heiligen (Romeinen 6-8), gaat Hij mensen veranderen naar het beeld van Jezus Christus. En in dat proces kunnen er vragen zijn over Gods rechtvaardigheid, specifiek naar Zijn volk Israël; waarom niet allen geloven en hoe dat samenwerkt met Zijn wil.
Dat is het gedeelte waar we in zitten; Paulus is vanuit het verleden van Israël (Romeinen 9), aan het laten zien dat God perfect rechtvaardig is. Hij heeft de vraag beantwoordt of er “onrechtvaardigheid bij God” is (v14). Hij heeft laten zien dat God rechtvaardig is, juist ook in Zijn omgang met de mens.
- Nu stelt Paulus de vraag “wat heeft Hij dan nog aan te merken?” (v19) God is Degene Die Zich ontfermt en barmhartigheid toont (v15), dat hangt niet af van ons eigen kunnen en willen (v16). Hij ontfermt en verhardt (v18); wat kunnen wij dan nog doen?
Paulus’ vraag is eigenlijk: hoe kan God iets aan te merken hebben op ons, als we er toch geen invloed op lijken te hebben? Het kon overkomen alsof de mens zelf geen invloed heeft op het ontvangen van ontferming, barmhartigheid en/of verharding van het hart.
- “Want wie heeft Zijn wil weerstaan?” Niemand kan Gods wil weerstaan, is het idee bij deze vraag, dus hoe kan God ons straffen of belonen voor dingen? Hij is toch Degene Die dit allemaal veroorzaakt, leidt en stuurt?
- Dit is een hele terechte vraag, zeker voor ons mensen. Ten opzichte van God zijn wij zeer beperkt. Hij is almachtig (Jeremia 32:37), wij maximaal machtig; Hij is alwetend (1 Johannes 3:20), wij weten maximaal veel.
En in onze beperkingen, willen wij toch de discussie aangaan met God over of Hij dingen wel op de juiste manier doet. We willen God op het matje roepen en Hem verantwoording laten afleggen. De Schepper van hemel en aarde moet bij ons, schepping, uitleggen wat en waarom Hij dingen doet.
- Dat is de houding die we (soms) hebben richting God, de houding die we in de wereld zien. Er zijn zat mensen die ‘een stevig woordje’ met God willen spreken na hun overlijden. Ze willen God ter verantwoording roepen, omdat zij ‘het beter weten’.
Stephen Fry: “Bot kanker in kinderen, wat is dat nou? Hoe durf je? Hoe durf je het om een wereld te maken waarin er zoveel lijden is dat niet onze schuld is. Het is volledig slecht. Waarom zou ik een grillige, gemene, domme God respecteren die een wereld maakt waarin zoveel onrechtvaardigheid en pijn is? […] De God die het universum schiep, als het gemaakt is door God, is overduidelijk waanzinnig, een complete maniac.”
Dit wordt gevierd als iets geweldigs, dit wordt door het humanisme gezien als iets ‘goeds’ om te denken, te zeggen en te doen. En tegelijk laat dit precies zien waarom Paulus deze vraag in v19 stelt, we moeten namelijk zijn antwoord (v20) zien en begrijpen.
- “wie bent u toch dat u God tegenspreekt?” Paulus gaat niet eens in op de vraag, hij gaat in op het hart achter de vraag. Het hart is namelijk trots t.o.v. God, het hart is vol rebellie tegen de almachtige, de alwetende, de Schepper.
Hij heeft alle recht om te doen wat Hij wil en hoe Hij het wil, want Hij is God. Hij heeft Mozes geplaats op de plek waar hij was, hetzelfde met farao. God heeft jou gezet waar je bent, Hij roept jou, laat jou Zichzelf en Zijn liefde zien; Hij wil dat jij op Hem reageert, in je situatie, ongeacht wat er gebeurt.
- Net als Mozes en farao, Israël door de eeuwen heen, heb je de kans om te geloven of niet. Je krijgt de kans om naar Hem te luisteren, Zijn stem te volgen i.p.v. je eigen wil, en dan te ontvangen wat Hij voor jou heeft.
- We kunnen God niet de schuld geven van dingen, want we zijn een maaksel in Zijn handen (v20). Hij heeft ons gemaakt, we mogen onder Zijn leiding leren leven met de situatie waar we in zitten.
De zondeval heeft ervoor gezorgd dat we pijn, verdriet, ziekte, vragen, twijfels, etc. hebben. Zonde heeft kapot gemaakt wat God perfect gemaakt heeft; de vrije wil van de mens om vóór of tégen God te kiezen heeft dit gedaan. En in onze vrije wil kunnen we nu niet God de schuld geven.
- Hij is de maker, wij kunnen niet nu aan Hem vragen “waarom hebt u mij zó gemaakt?” Dat is niet de juiste vraag, dat is niet hoe we met God horen om te gaan. Dat is niet de juiste houding voor klei richting de pottenbakker (v21). Als klei in Gods handen horen we niet zo te reageren.
- Dit is een OT voorbeeld dat op verschillende plekken wordt aangehaald. Ook hier laat Paulus weer zien dat hij uit gaat van veel OT kennis bij zijn lezers. Jeremia 18 is het hoofdstuk met de meeste en meest heldere uitleg uit klei en pottenbakkers.
Jeremia 18:1-6 “Het woord dat van de HEERE gekomen is tot Jeremia: Sta op en daal af naar het huis van de pottenbakker. Daar zal Ik u Mijn woorden doen horen. Zo daalde ik af naar het huis van de pottenbakker. En zie, hij was op de draaischijven een werkstuk aan het maken. Mislukte de pot die hij aan het maken was met de klei in de hand van de pottenbakker, dan maakte hij daarvan weer een andere pot, zoals het in de ogen van de pottenbakker goed was om te maken. Toen kwam het woord van de HEERE tot mij: Zou Ik met u niet kunnen doen zoals deze pottenbakker, huis van Israël? spreekt de HEERE. Zie, zoals de klei in de hand van de pottenbakker, zo bent u in Mijn hand, huis van Israël.”
Net als Paulus in Romeinen 9, zet Jeremia de lezer op zijn/haar plek. Ten opzichte van God zijn wij klei, hebben wij het niet voor het zeggen. God, als Schepper, pottenbakker, soevereine Heerser, heeft de autoriteit om te doen wat Hij wil met de klei, met de mens, met jou en mij. We zijn klei in Gods handen, daar mogen we naar leren handelen.
- Als klei in Gods handen, hebben we totaal geen recht van spreken als wij God op het matje gaan proberen te roepen; dat slaat nergens op als je vanuit Gods perspectief kijkt. De arrogante houding en woorden van een Stephen Fry laten zien dat hij zichzelf overschat en God onderschat.
- Als dit in jouw hart leeft, dan is er trots in jouw hart. Trots die ervoor zorgt dat je God niet als God erkent, omdat jij wil bepalen hoe dingen moeten gaan. I.p.v. God te vertrouwen en erkennen, ben je bezig om God op te dragen wat en hoe Hij moet doen.
Jesaja 40:28 “Weet u het niet? Hebt u het niet gehoord? De eeuwige God, de HEERE, de Schepper van de einden der aarde, wordt niet moe en niet afgemat. Er is geen doorgronding van Zijn inzicht.”
Dat is Wie God is, dat is hoe groot Hij is. Hij is oneindig ver boven ons verheven, Hij is “de eeuwige God”, wij niet. Hij heeft alles gemaakt, Hij is genadig en geduldig met ons, Hij verdraagt onze zonde en alles wie wij zijn en wat we doen. Hoe kunnen wij dan een arrogante houding richting God geven? Hoe kunnen we als klei in Gods handen zo denken en doen?
- Dat is de God Die Zich ontfermt, Die barmhartigheid betoont, de God Die perfect rechtvaardig is. Hij zal altijd volledig perfect handelen naar Zijn volk, naar ons; dit is de God Die niet wil dat iemand verloren gaat (1 Timotheüs 2:4). Jood en heiden mogen komen.
Job 42:5-6 “Alleen door het horen met het oor had ik U gehoord, maar nu heeft mijn oog U gezien. Daarom veracht ik mijzelf en ik heb berouw, in stof en as.”
Dit is de God Die mensen gemaakt heeft, Hij is de pottenbakker (v21). En als pottenbakker heeft Hij de macht om de klei zo te vormen als Hij wil. Hij kan er eervolle en oneervolle voorwerpen van maken, naar gelang Hij dat wil.
- Het idee hier is dat je aardewerk in je huis hebt dat je gebruikt om samen van te eten, eervol gebruik. Ook heb je een aardewerken pot in je huis die je ná het eten gebruikt, om iets oneervols achter te laten; om ruimte te maken ná het eten.
- Beide zijn aardewerken voorwerpen, beide zijn gemaakt door een maker. Het bord kan niet zeggen “Waarom heb u mij zó gemaakt?”, hetzelfde geldt voor het toilet. Beide hebben hier geen invloed op, beide moeten dit accepteren.
God heeft ieder mens gemaakt met specifieke eigenschappen en ze in een specifieke situatie gezet. Dat betekent niet dat Hij elke situatie wil voor jou, maar Hij heeft je daar gezet, zodat Hij je in die situatie kan gebruiken.
- God gebruikte Jakob en Esau in hun thuissituatie, ondanks dat die niet ideaal was. Elke ouder had een favoriet kind, wat voor rare situaties in huis zorgde. Jakob maakte valse plannen en stal het eerstgeborene recht van zijn broer. Toch gebruikte God hen, voor Zijn volk en Redder.
- Mozes en de farao werden gebruikt door God, ondanks het feit dat de farao zijn hart verhardde. Mozes werd gebruikt ondanks dat hij een moordenaar was. God wilde beide keuzes niet, maar Hij koos ervoor om hen te gebruiken.
- God zet ons in situaties in het leven, Hij gebruikt elke situatie tot Zijn eer. Hij doet wat nodig is om Zijn wil gedaan te krijgen, ondanks de keuzes die wij mensen soms maken. En in dat alles is Hij de pottenbakker die doet wat goed is, wat naar Zijn wil is. Wij zijn de klei in Gods handen, die Hij vormt zoals Hij wil.
Jeremia 18:3-4 “Zo daalde ik af naar het huis van de pottenbakker. En zie, hij was op de draaischijven een werkstuk aan het maken. Mislukte de pot die hij aan het maken was met de klei in de hand van de pottenbakker, dan maakte hij daarvan weer een andere pot, zoals het in de ogen van de pottenbakker goed was om te maken.”
Dit is hoe God in onze levens werkt; Hij is bezig om ons te vormen en te hervormen. Als er dingen met de klei gebeuren die niet naar Zijn wil zijn, de pot mislukt (v4), dan “maakte hij daarvan weer een andere pot”. We zijn klei in Gods handen. God is niet klaar met je, Hij gaat door met je vormen.
2 Korinthe 3:18 “Wij allen nu, die met onbedekt gezicht de heerlijkheid van de Heere als in een spiegel aanschouwen, worden van gedaante veranderd naar hetzelfde beeld, van heerlijkheid tot heerlijkheid, zoals dit door de Geest van de Heere bewerkt wordt.”
- Net zoals de pot omgevormd wordt tot een nieuwe pot, zo worden wij omgevormd van wie we waren tot wie we zijn. Elk moment is God bezig om de klei zo te (her)vormen dat we helemaal worden naar Zijn wil.
- Dat kan voor een aards eervol gebruik zijn, eervol in jouw ogen; dat kan ook voor een gebruik zijn dat wij oneervol vinden. Het kan zijn dat God je wil gebruiken voor iets dat ‘niet bij je past’, of ‘waar je te goed voor bent’.
- Jij mag leren dat God het beste weet waar jij goed voor bent, waar jij voor gemaakt bent. Hij weet, als jouw Schepper, waar jij als klomp klei echt voor geschikt bent. Je mag dan leren je te onderwerpen aan Zijn vormende hand.
Dat is niet altijd leuk of makkelijk; het is wel het beste voor je. Paulus had een doorn in zijn vlees (2 Korinthe 12), om te leren dat Gods genade genoeg is. Dit vormde hem, dit hervormde hem als pot in de handen van de pottenbakker, als klei in Gods handen. Dit was geen leuk of pijnloos proces, dit was wat hij nodig had.
Jesaja 64:8 “Maar nu, HEERE, U bent onze Vader! Wij zijn het leem en U bent onze Pottenbakker: wij zijn allen het werk van Uw handen.”
- Het is bevrijdend om je hieraan over te geven; dat jouw hemelse Papa “onze Pottenbakker” is. Je mag rusten in het feit dat Hij weet wat Hij aan het doen is, je mag leren luisteren naar Zijn stem. Zijn werk is om jou te vormen naar hoe Hij jou maximaal kan en wil gebruiken.
De pottenbakker is niet zomaar Iemand, we hebben het over de God van hemel en aarde, Degene Die Zijn Zoon gaf voor zondaren (Romeinen 5:8). Hij is liefde, Hij wil dat jij bij Hem komt en Hij wil jou vormen. Jij mag leren luisteren, je laten vormen, Zijn vormende hand accepteren.
Jeremia 18:5-10 “Toen kwam het woord van de HEERE tot mij: Zou Ik met u niet kunnen doen zoals deze pottenbakker, huis van Israël? spreekt de HEERE. Zie, zoals de klei in de hand van de pottenbakker, zo bent u in Mijn hand, huis van Israël. Het ene ogenblik doe Ik de uitspraak over een volk en over een koninkrijk dat Ik het weg zal rukken, af zal breken en zal doen ondergaan. Bekeert zich dat volk waarover Ik die uitspraak heb gedaan echter van zijn kwaad, dan zal Ik berouw hebben over het kwade dat Ik het dacht aan te doen. Het andere ogenblik doe Ik de uitspraak over een volk en over een koninkrijk dat Ik het zal bouwen en planten. Doet het echter wat kwaad is in Mijn ogen door niet te luisteren naar Mijn stem, dan zal Ik berouw hebben over het goede waarmee Ik zei het goed te doen.”
- Dit is wat God wil van Zijn volk, dit is wat God wil van alle volken waar Hij een uitspraak over doet. Hij heeft over jou en mij gezegd dat we zondaren zijn, dat we niet goed doen (Romeinen 3:23). De keuze is nu aan ons om ons te bekeren of niet.
- God heeft het werk gedaan van ons roepen, van ons confronteren, van ons wijzen op dingen. Wij moeten nu kiezen wat onze reactie is op wat Hij gezegd heeft. Als stukken klei moeten we leren luisteren naar de pottenbakker.
Paulus gebruikt bewust het voorbeeld van klei in Gods handen, want klei wordt gevormd door de pottenbakker. Hij is Degene Die bepaalt wat het doel is van het werkstuk, Hij weet waarvoor het gemaakt is. God als pottenbakker zegt veel over Wie God is.
- Hij is geduldig
2 Petrus 3:9 “De Heere vertraagt de belofte niet (zoals sommigen dat als traagheid beschouwen), maar Hij heeft geduld met ons en wil niet dat enigen verloren gaan, maar dat allen tot bekering komen.”
De Heere heeft geduld met ons, Hij wil ons maken tot wat Hij wil dat we zijn. Zoals de pottenbakker dingen rustig en geduldig oneffenheden weghaalt uit het werkstuk, zo werkt God in ons. Klei in Gods handen wordt gevormd, hervormd; Hij voegt toe, haalt weg en dat allemaal op het tempo dat Hij weet dat goed is.
- Dat is ongelofelijk genadig van Hem, fantastisch voor ons om te weten. We vinden het niet altijd leuk, vooral niet als het ‘langer duurt’ dan wij willen. En toch is Gods timing perfect. Hij weet precies wat we nodig hebben en wanneer.
Wiersbe: “Zoals de geduldige pottenbakker, is God bereid om ons te hervormen als we Hem tegenwerken en onze levens beschadigen. De beroemde Schotse predikant Alexander Whyte zei dat een overwinnend christelijk leven een leven was van ‘continu opnieuw beginnen’. Geen falen in onze levens hoeft fataal of definitief te zijn, ondanks dat we zeker lijden door onze zonde. God gaf Abraham, Mozes, David, Jona en Petrus een nieuw begin toen zij faalden, en Hij kan vandaag de dag hetzelfde doen.”
God is geduldig met ons, Zijn werk in ons is geduldig. Hij doet het werk op Zijn tijd en op Zijn manier, maar Hij zal het werk doen. Hij is getrouw om af te maken waar Hij aan begonnen is (Filippenzen 1:6), Hij is geduldig in Zijn werk met, voor en in ons. Daar mag jij op leren vertrouwen.
- Gods liefde is voor eeuwig
Psalm 136:26 “Breng hulde aan de God van de hemel! Eeuwig duurt zijn liefde.” (GNB)
Dit is heel belangrijk voor ons, want dit betekent dat Zijn liefdevolle werk in jouw en mijn leven niet zal stoppen. Het is niet zo dat jij erger bent dan alle mensen voor je, of dat jij degene bent bij wie Gods liefde niet meer toereikend is.
- Hij wil een vormend werk in jou doen, Hij wil jouw hart veranderen naar het beeld van Zijn Zoon. En in Zijn eeuwige liefde zal Hij dat werk doen. Hij zal weghalen, toevoegen, knijpen, duwen, loslaten, etc. alles dat bij een pottenbakker en klei hoort.
En alles gebeurt uit liefde, alles gebeurt vanuit een houding van oneindige liefde. Niks wordt gedaan als straf, om jou terug te pakken, o.i.d. Liefde is de drijvende factor van wat God doet. Heilige, rechtvaardige, perfecte liefde vormt jou naar het evenbeeld van Jezus.
- God is te vertrouwen
Hebreeën 4:12 “Want het Woord van God is levend en krachtig en scherper dan enig tweesnijdend zwaard, en het dringt door tot op de scheiding van ziel en geest, van gewrichten en merg, en het oordeelt de overleggingen en gedachten van het hart.”
God gebruikt o.a. Zijn Woord om ons te vormen, wat niet altijd leuk is. In Zijn liefde, in Zijn geduld is Hij ons aan het vormen. En dat gaat gepaard met snijden, met dingen weghalen, met dingen die we niet altijd leuk vinden.
- Johannes 15 omschrijft Gods werk als snoeien; dat doet pijn. En toch kun je God perfect vertrouwen met een mes, Hij zal de juiste dingen weghalen. Dat weghalen doet soms pijn, het gaat om dingen waar wij aan vast houden, dingen die wij vasthouden bóven God.
En dan mag je weten dat God volledig te vertrouwen is. Zijn vaste hand zal niet falen; Zijn vormende werk zal altijd het juiste doen. Hij zal alleen dat doen wat je echt nodig hebt, zodat je zal zijn naar Zijn wil. Juist als het niet leuk is, of pijn doet, mag je Zijn vormende hand leren vertrouwen.
In Jeremia 18 gaf God aan dat Hij een werk doet, maar dat er ook reactie en een houding van het klei gevraagd wordt. God sprak daar over het wel/niet ontvangen van Gods werk. Wat is jouw houding richting God? Ontvang jij Zijn vormende werk? Of wil je niet dat Hij Zijn werk doet?
1 Petrus 5:6 “Verneder u dan onder de krachtige hand van God, opdat Hij u op Zijn tijd verhoogt.”
- Krijgt God van jou de vrije hand om te doen wat Hij wil en weet dat goed is? Verneder jezelf t.o.v. God, spreek uit naar God dat je weet en accepteert dat Hij God is en jij niet. Laat Hem Zijn gang gaan in jouw leven, zodat Hij jou kan vormen naar Zijn wil.
Door Jezus’ offer aan het kruis, is er toegang tot God en vergeving mogelijk. Door Jezus’ liefde, zichtbaar in Zijn werk aan het kruis, is hervormd worden mogelijk. Hij deed wat nodig was, waardoor wij nu de keuze hebben om voor God te leven.
- Dat is wat we vandaag vieren met Heilig Avondmaal; Jezus droeg onze straf aan het kruis. Zijn dood betaalde jouw en mijn prijs; Hij betaalde voor de zonde die jij en ik begaan. 1x voor allen (Hebreeën 10:10), dat is wat Hij deed.
Als jij nog niet gelooft in Jezus, dan is vandaag je kans. Vandaag is de dag van redding, om jezelf over te geven aan de pottenbakker. Hij wil je dan gaan vormen, je alles geven dat je nodig hebt. Geloof in Jezus als Zoon van God en je bent gered, voor eeuwig deel van Zijn familie.
Christen, je bent klei in Gods handen. Hij gaat jou liefdevol vormen naar wat je hoort te zijn. Laat Hem Zijn werk doen.
- Wat is jouw houding richting God? Vind jij dat God ‘de verkeerde dingen doet’? Of kom je nederig bij Hem, omdat Hij God is en jij niet?
- Vertrouw jij God, ook in je huidige situatie, ook als de situatie pijnlijk is?
- Hoe reageer jij op Gods werk?
- God is geduldig, liefdevol en te vertrouwen in Zijn werk; kijk naar Hem, i.p.v. je situatie.
1 Korinthe 11:23-26 “Want ik heb van de Heere ontvangen, wat ik u ook heb overgeleverd, dat de Heere Jezus in de nacht waarin Hij werd verraden, brood nam, en nadat Hij gedankt had, brak Hij het en zei: Neem, eet, dit is Mijn lichaam, dat voor u gebroken wordt. Doe dat tot Mijn gedachtenis. Evenzo nam Hij ook de drinkbeker, na het gebruiken van de maaltijd, en zei: Deze drinkbeker is het nieuwe testament in Mijn bloed. Doe dat, zo dikwijls als u die drinkt, tot Mijn gedachtenis. Want zo dikwijls als u dit brood eet en deze drinkbeker drinkt, verkondig de dood van de Heere, totdat Hij komt.”
Jesaja 64:8 “Maar nu, HEERE, U bent onze Vader! Wij zijn het leem en U bent onze Pottenbakker: wij zijn allen het werk van Uw handen.”