Jezus is gekomen om Zijn handen aan mij vuil te maken – Mattheüs 9:9-13

Jezus is gekomen om Zijn handen aan mij vuil te maken

Mattheüs 9:9-13

  1. In Joh. 8:44 zegt Jezus tegen de Farizeeën dit over de duivel: “U bent uit uw vader de duivel, en wilt de begeerten van uw vader doen; die was een mensenmoordenaar van het begin af, en staat niet in de waarheid, want er is in hem geen waarheid. Wanneer hij de leugen spreekt, spreekt hij vanuit wat van hemzelf is, want hij is een leugenaar en de vader van de leugen.”
    1. Jezus zegt dat satan, de bron van de leugen is en dat hij van het begin af een mensenmoordenaar is. Dus, als ik Jezus mag geloven, dan is de duivel absoluut niet te vertrouwen.
    2. Maar, al te vaak geloven mensen, ook mensen in de kerk de leugens van de duivel.
    3. En een van de leugens die de duivel aan de mens voor-houdt is dat God mensen wel kan en wil vergeven, maar jou niet, want jouw zonde is zo erg, dat zelfs God almachtig, de Schepper van hemel en aardie niet bij machte is om jou te kunnen en willen vergeven. DIT IS EEN LEUGEN!!
  2. Vorige week zagen wij dat Jezus het meer belangrijk vondt om de verlamde te vergeven van al zijn zonden, dan de ver-lamde lichamelijk te genezen.
    1. Ook zagen wij dat Jezus deze verlamde uiteindelijk wel had genezen, maar in dit geval om aan te tonen dat Jezus, als dé Messias, de macht heeft om op aarde zonden te vergeven.
      1. En de vraag die bij veel mensen opkomt, is: Hoe ver gaat die vergeving van God? Oftewel, waar ligt die grens?
        1. a.w. hoe slecht moet een mens zijn voordat God zegt: “jou kan ik echt niet vergeven!” Of dat God zegt: “de zonde die jij begaan hebt is onvergevelijk!” Of: “Wat jij Mij hebt aangedaan kan ik niet vergeven!”
      2. Als iemand zichzelf afvraagd of God hem/haar kan ver-geven, dan komt de duivel onmiddelijk met zijn leugen; dat God hem/haar niet kan vergeven omdat hij/zij een uitzondering is.
    2. Nou, vanmorgen gaan wij in Mattheüs 9 zien hoe ver Gods vergeving gaat.
Matteüs 9:9-13