De onfeilbaarheid van de bijbel
De bijbel is van kaft tot kaft foutloos. Dat is wat met onfeilbaarheid bedoeld wordt.Wat wij geloven
De onfeilbaarheid van de bijbel
Wij geloven in de onfeilbaarheid van de Bijbel, dat het Oude en het Nieuwe Testament, in het oorspronkelijk manuscript, het geïnspireerde Woord van God is. (2 Timotheüs 3:16; 2 Petrus 1:20-21)
Bekijk onze wat wij geloven pagina
Je bent beland op een pagina waar we ons specifieke standpunt uiteenzetten. Verdiep je in dit standpunt door verder te lezen op deze pagina. Voor een beknopt overzicht van al onze standpunten, bekijk onze “wat wij geloven” pagina. Klik op de knop hieronder om ernaartoe te gaan.
De Bijbel?
Wat wordt er met de ‘onfeilbaarheid van de Bijbel’ bedoeld? Dat de Bijbel van kaft tot kaft foutloos is.
Wat wordt er met ‘het oorspronkelijk manuscript’ bedoeld? Dit zijn de originele handschriften; die overigens niet meer bestaan. De oudste handschriften van het O.T. zijn van 250 v.Chr. De oudste handschriften van het N.T. zijn van tussen de 150-300 n.Chr.
Wat wordt er met ‘het geïnspireerde Woord van God’ bedoeld? De Bijbel werd door God Zelf geschreven, maar Hij werkte via menselijke schrijvers in een proces dat we “inspiratie” noemen.
2 Timotheüs 3:16-17 – “16Heel de Schrift is door God ingegeven (geïnspireerd) en is nuttig om daarmee te onderwijzen, te weerleggen, te verbeteren en op te voeden in de rechtvaardigheid, 17opdat de mens die God toebehoort, volmaakt zou zijn, tot elk goed werk volkomen toegerust.”
Paulus die dit schrijft wordt door God, de Heilige Geest geïnspireerd om aan te geven dat het hele O.T. en bij implicatie ook het N.T. door God geïnspireerd is.
2 Petrus 1:20-21 – “20Dit moet u allereerst weten, dat geen enkele profetie van de Schrift een eigenmachtige uitleg toelaat; 21want de profetie is destijds niet voortgebracht door de wil van een mens, maar heilige mensen van God, door de Heilige Geest gedreven, hebben gesproken.”
In vers 21 zegt Petrus dat de schrijvers van het O.T. gedreven werden door de Heilige Geest om het O.T. vast te leggen.
Wat zeer boeiend is, is dat de woorden van de schrijvers van de Bijbel uitwisselbaar zijn met wat God Zelf gezegd heeft:
Wat God Zelf zegt: | Wat de Bijbel zegt: |
Genesis 12:3 | Galaten 3:8 |
Exodus 9:16 | Romeinen 9:17 |
Genesis 2:24 | Mattheüs 19:4-5 |
Psalm 2:1 | Handelingen 4:24-25 |
Psalm 2:7 | Hebreeën 1:5 |
Psalm 16:10 | Handelingen 13:35 |
Psalm 95:7b-8 | Hebreeën 3:7-8 |
Psalm 104:4 | Hebreeën 1:7 |
Jesaja 55:3 | Handelingen 13:34 |
We hebben nu alleen nog maar naar de getuigenis van de Bijbel zelf gekeken en gezien dat de Bijbel van zichzelf zegt dat het het Woord van God is. Is dat voldoende om er 100% zeker van te zijn dat de Bijbel inderdaad het onfeilbaar Woord van God is?
God zegt in Zijn Woord dat Zijn Woord eeuwig is, dat het nooit zal vergaan.
Psalm 119: 89 “Voor eeuwig, HEERE, staat Uw woord vast in de hemel.”
Mattheüs 24:35 “De hemel en de aarde zullen voorbijgaan, maar Mijn woorden zullen zeker niet voorbijgaan.”
Dit zijn zaken die we zullen moeten geloven. Het is echter wel zo dat we zelf goede vragen kunnen stellen over de Bijbel, maar vooral ook dat ongelovigen vragen kunnen stellen over de oorsprong van de Bijbel. Vragen als: is het niet zo vaak overgeschreven dat er allerlei dingen aan toegevoegd zijn? Is het niet door mensen samengesteld? Is het niet door mensen geschreven?
Oude Testament
Is geschreven over een periode van meer dan 1000 jaar.
Mozes schreef rond 1450 BC, Maleachi rond 400 BC.
De complete canon van het Oude Testament was pas compleet na de vernietiging van Jeruzalem in 70 A.D., delen van het O.T. werden echter al veel eerder als Gods Woord erkend:
In 2 Koningen 22:11 wordt de Torah (Genesis, Exodus, Leviticus, Numeri en Deuteronomium) al erkend als Gods wet. De koning, Josia, las de wet van God en werd hierdoor aangesproken op wat Israël niet goed deed in de ogen van God.
Aan het einde van de 2e eeuw B.C. werden de profeten erkend als onderdeel van Gods Woord. Ook de Psalmen werden erkend.
De Farizeeën in Jamnia kwamen tot een complete lijst van 24 boeken, die wij kennen als de 39 boeken van het Oude Testament.
Al die jaren zijn de boeken van het Oude Testament gekopieerd, maar wel zo accuraat dat het nu nog steeds overeenkomt met manuscripten die nog steeds gevonden worden.
De Dode Zee manuscripten klopten met alle eerder manuscripten die er gevonden zijn.
In 1947 was er een Arabische jongen op schapen aan het passen vlak bij de Dode Zee. Deze jongen was met stenen aan het gooien toen hij een aardenwerken pot hoorde breken. Toen hij de grot inliep waar hij het aardewerk hoorde breken, vond hij leren boekrollen met oude geschriften erop. In deze grot lagen honderden boekrollen met daarop wat wij nu kennen als het Oude Testament. Deze boekrollen zijn gedateerd op tussen 200 vC. Tot 100 A.D.. Dat maakt de Dode Zeerollen bijna 900 jaar ouder dan andere boekrollen van het Oude Testament.
Wat echt fantastisch is en Gods grootheid laat zien, is dat de Dode Zeerollen nagenoeg gelijk waren aan de oudere boekrollen qua woorden. De King James Vertaling, die stamt uit 1611, was bijna letterlijk te vertalen op de Dode Zeerollen; zo accuraat, zo precies heeft God Zijn Woord doorgegeven aan ons.
Het mooiste voorbeeld was het boek Jesaja. Er zat een rol bij de Dode Zeerollen, die bijna woord voor woord de tekst van het hele boek bevatten. Toen de woorden van deze rol vergeleken werden met de woorden van Jesaja van 900 jaar later, matchten die bijna woord voor woord. Op basis van dit bewijs kunnen we er dus vanuit gaan dat het Oude Testament goed bewaard is gebleven.
Nieuwe Testament, hoe weten we dat dit betrouwbaar is?
Petrus geeft aan dat wat Paulus schrijft echt Bijbels is 1 Petrus 1
De raad van Nicea, in 325 A.D., heeft alleen bevestigt wat overeenkwam met het Oude Testament en wat de rest van de duidelijk door God geïnspireerde boeken niet tegensprak.
Boeken als het evangelie van Thomas en het evangelie van Maria van Magdalena spraken de Bijbelse Evangeliën tegen. Vandaar dat die boeken niet opgenomen zijn in wat nu de Bijbel is. God heeft Zijn Woord al die tijd beschermd.
Een aantal van de principes die gebruikt zijn om te besluiten wat wel en niet onderdeel is van de Bijbel: 1) de auteur moet een apostel zijn of een nauwe connectie hebben met een apostel. 2) het boek met geaccepteerd zijn door het lichaam van Christus, 3) het boek moet consistent zijn qua doctrine en orthodoxe (traditionele) leer. 4) het boek moest bewijst laten zien van een hoge geestelijke en morele standaard, die het werk weer moesten geven van de Heilige Geest als goddelijke Schrijver.
Citaten van de kerkvaders (86000 citaten in de eerste 3 eeuwen A.D.)
Norman Geisler (heeft meer dan 80 boeken geschreven over de Bijbel): “Het is heel bijzonder dat het Nieuwe Testament gereconstrueerd kan worden aan de hand van de citaten die binnen 200 jaar na het samenstellen ervan opgeschreven zijn.”
Bruce Metzger (Bijbel geleerde aan de Princeton Universiteit): “Inderdaad, al deze citaten zijn zo uitgebreid dat als alle andere bronnen die we hebben voor teksten van het Nieuwe Testament vernietigd zouden worden, de citaten alleen al genoeg zouden zijn om praktisch het hele Nieuwe Testament te reconstrueren.”
Daniel Wallace (Executive Director van het Center for the Study of the New Testament Manuscripts): Het hele Nieuwe Testament is meer dan één keer gekopieerd in deze [pre-13e eeuwse] geschriften van de kerkvaders.”
Heeft de Romeinse keizer Constantijn de inhoud van Bijbelboeken veranderd? Hij heeft de raad van Nicea de opdracht gegeven om samen te komen, dus zou het kunnen dat hij invloed heeft uitgeoefend.
“Er is absoluut geen bewijs dat het Romeinse Rijk de Bijbelse geschriften veranderd heeft. Het is zelfs zo dat wanneer zij [de criticasters van de Bijbel die dit onderwerp aansnijden] gevraagd worden welke delen tekst veranderd zijn door de Romeinen, weten de meeste criticasters niet wat ze moeten zeggen. Een logische aanname is dat de Romeinen passages als Romeinen 13:1-7 toegevoegd hebben, wat de Christenen opdraagt om zich te onderwerpen aan de overheid, zich niet te verzetten tegen autoriteit, om belasting te betalen, en om de overheid als “Gods dienaren” te zien. Men zegt dat de Romeinen ook 1 Petrus2:13-17 toegevoegd hebben, wat christenen aanmoedigt om zich te onderwerpen aan elke wet van de mens en om “de koning [Caesar] te eren.” Het probleem met deze theorie is echter, dat de Bijbel zoals we die vandaag de dag hebben vergeleken kan worden met eerdere kopieën van de Schrift. Constantijn werd in 312 AD een christen en in 331 AD gaf hij Eusebius de opdracht om vijftig Bijbels aan kerken te geven. Er zijn echter kopieën van de Schriften van voor deze tijd. (…)”
Archeologisch bewijs
Dr. Nelson Glueck “Er is geen archeologisch bewijs dat ooit een Bijbelse referentie tegen heeft gesproken. Er zijn juist veel archeologische vondsten die de historische details van de Bijbel bevestigen. En, ook is het zo dat het goed bestuderen van Bijbelse omschrijvingen vaak geleid heeft tot bijzondere ontdekkingen.”
Pontius Pilatus
In juni 1961 was er een team van Italiaanse archeologen opgravingen aan het doen in Casearea, ongeveer 88 km ten noordwesten van Jeruzalem. Terwijl ze aan het graven waren in de ruïnes van een Romeins theater, kwamen ze een bijzondere vondst tegen. Ze vonden een blok kalksteen dat ondersteboven gelegd was en gebruikt was als onderdeel van de trappen van het theater. In dit blok stond de volgende tekst gegrafeerd: Pontius Pilatus, prefect van Judea.
Caiaphas
Het Nieuwe Testament geeft ons de naam van de Joods hogepriester in de tijd dat Jezus op aarde was, namelijk Caiaphas. In 1990 was er een team van bouwvakkers die bezig waren met het bouwen van een waterpark, ongeveer 3,6 kilometer ten zuiden van Jeruzalem. Tijdens het bouwen kwamen ze per ongeluk een begraafplaats uit de 1e eeuw tegen. Een bulldozer die gebruikt werd, brak per ongeluk het dak van een graf open. In deze graftombe stond gegrafeerd: Jozef, zoon van Caiaphas. Flavius Josephus, een geschiedschrijver, verteld ons dat zijn volledige naam Jozef Caiaphas was. Het stuk steen waarin deze tekst gegrafeerd staat is vandaag de dag te zien in het Israëlisch Museum in Jeruzalem.
Koning David
Tot 1993 was er geen enkel buiten-Bijbels bewijs dat David, de koning van Israël, ooit geleefd heeft. Criticasters van de Bijbel zeiden dat David niks meer was dan een “religieus en politiek mythisch figuur”.
De mening van deze criticasters veranderde in 1993 toen een bijna 3000-jaar oude gravering gevonden werd in de stad Dan, iets ten noorden van het meer van Galilea in Israël. De gravering, geschreven in het Aramees door vijanden van Israël, omschreven een verloren veldslag, waarbij “de koning van Israël” en “het huis van David” genoemd werden.
De zondvloed
In oude culturen van over de hele wereld zijn er verhalen gevonden die vertellen over een wereldwijde zondvloed. Dus niet alleen de Joodse, maar ook in Mesopotamië, Egypte en de Grieken vertellen over een zondvloed. Een Sumeriaanse lijst van koningen, uit 2100 B.C., is verdeeld in 2 categorieën: koningen van vóór de zondvloed en koningen van na de zondvloed. Een van de oudste voorbeelden van Sumero- Akkadian-Babylonische literatuur omschrijft een grote overstroming als straf van de goden.
Het Babylonische rijk
De hoofdstad van het Babylonische rijk lag ongeveer 88 km ten zuiden van wat heden ten dage Bagdad is, in Irak. In de ruïnes van deze stad zijn resten van de Toren van Babel en de paleizen van koning Nebukadnezar gevonden. Deze dingen zijn precies zo gevonden als dat ze omschreven waren in het Oude Testament.
De wielen van Egyptische strijdwagens in de Rode Zee
Archeologen hebben wielen gevonden met 4, wielen met 6 en wielen met 8 spaken; die overeenkomen met wat de Egyptenaren gebruikten. Dit komt dus overeen met het verhaal in Exodus.
Buiten Bijbelse bronnen
Buiten Bijbelse bronnen bevestigen dat 50 personen uit het Oude Testament en 30 personen uit het Nieuwe Testament echt bestaan hebben.
De Joodse geschiedschrijver Flavius Josephus bevestigt veel dingen uit de Bijbel. Hij wordt gezien als een over het algemeen betrouwbare bron voor het bevestigen van het Nieuwe Testament.
Credo van Nicea (uitkomst van de raad van Nicea):
“Wij geloven in één God, de almachtige Vader, Schepper van de hemel en de aarde, van alle zichtbare en onzichtbare dingen.
En in één Here Jezus Christus, de eniggeboren Zoon van God, geboren uit de Vader voor alle eeuwen, God uit God, Licht uit Licht, waarachtig God uit waarachtig God; geboren, niet geschapen, één van wezen met de Vader; door Hem zijn alle dingen geworden.
Terwille van ons mensen en van ons behoud is Hij neergedaald uit de hemel en vlees geworden door de Heilige Geest uit de maagd Maria en is een mens geworden. Hij is ook voor ons gekruisigd onder Pontius Pilatus, heeft geleden, is begraven. Op de derde dag is Hij opgestaan overeenkomstig de Schriften. Hij is opgevaren naar de hemel, zit aan de rechterhand van de Vader en zal in heerlijkheid weerkomen om te oordelen de levenden en de doden. En zijn rijk zal geen einde hebben.
En in de Heilige Geest, die Here is en levend maakt, die van de Vader en de Zoon uitgaat, die samen met de Vader en de Zoon aangebeden en verheerlijkt wordt, die gesproken heeft door de profeten.
En een heilige, algemene en apostolische kerk.
Wij belijden een doop tot vergeving van de zonden.
Wij verwachten de opstanding van de doden en het leven van de komende eeuw.
Amen.”