Hoe groot is jouw God – deel II

Hoe groot is jouw God – deel II

Vanochtend kijken we opnieuw naar God Zelf. We gaan verder kijken naar eigenschappen van God, om te zien hoe geweldig Hij is, maar ook om ons eigen denken te toetsen. Vorige week zagen we Gods eeuwigheid en Zijn goedheid, en hebben we onszelf afgevraagd hoe wij over Hem denken.

  • Vanochtend gaan we verder met Zijn eigenschappen bestuderen: hoe groot is jouw God?

Tozer: “Een lokale kerk zal alleen zo groot zijn als haar beeld van God. Het succes of falen van een individuele christen, hangt af van wat hij of zij denkt over God. Het is van kritiek belang dat we kennis hebben van de Heilige, dat we weten hoe God is.”
Dit was de reden: ons Godsbeeld bepaalt heel veel. Het doel is niet om ons méér van God te laten verwachten, maar om succesvol te zijn in Gods ogen. En dat betekent dat we Hem eren, in álles, in totale afhankelijkheid van Hem.

  • Hem eren is ons doel op aarde (Jesaja 43), hoe beter we Hem kennen, hoe meer we zullen zien dat Hij dat waard is. En hoe meer we Hem zien, hoe logischer het is om Hem ons hele leven te geven, 100% voor Hem te gaan, álles aan Hem over te geven.

Hoe groot is jouw God?
Handelingen 26:8 “Waarom wordt het bij u allen ongeloofwaardig geacht dat God de doden opwekt?”
We begonnen vorige week ook met Handelingen 26, waar Paulus het denken van koning Agrippa en de Joodse leiders uitdaagt. Met deze vraag wil de Heilige Geest jou ook uitdagen in je denken; specifiek in hoe je denkt over God. Wat zie jij als “ongeloofwaardig” voor God? Hoe groot is jouw Godsbeeld?

  • Zie jij dat God groot, rechtvaardig, almachtig, liefde, alomtegenwoordig en nog veel meer is?
  • Erken jij Hem ook als God in je leven? Of wil je zelf nog de touwtjes in handen?
    Efeze 3:17-19 “opdat Christus door het geloof in uw harten woont en u in de liefde geworteld en gefundeerd bent, opdat u ten volle zou kunnen begrijpen, met alle heiligen, wat de breedte en lengte en diepte en hoogte is, en u de liefde van Christus zou kennen, die de kennis te boven gaat, opdat u vervuld zou worden tot heel de volheid van God.”