DATUM
23 februari 2025
PREKENSERIE
Samen kerk zijn
BIJBELBOEK
Handelingen
Als kerk zijn we samen op missie om te discipelen voor Christus
Vorige week hebben we ingezoomd op het Evangelie en evangeliseren. We hebben gezien dat dit Gods opdracht is voor ons allemaal, in onze specifieke context. God wil dat we dat doen met Jezus als het hoofd van de kerk, ons als het lichaam; en dat we dit doen vanuit de nieuwe identiteit die Hij geeft.
- We zijn bezig in de serie ‘samen kerk zijn’, om samen te leren hoe God kijkt naar kerk zijn. Vanochtend gaan we verder met onze studie in Handelingen 14. We gaan inzoomen op de 2e taak die Paulus en Barnabas zagen voor zichzelf.
Als kerk zijn we samen op missie om te discipelen voor Christus
Spurgeon: “Discipelschap wordt te vaak vergeten; het is net zo noodzakelijk als geloof.”
Dit is waar we het vanochtend over hebben, de noodzaak voor discipelschap. Dit is iets dat de kerk door de eeuwen heen wist, waar ze actief in waren. En die noodzaak haalden ze niet zomaar ergens vandaan; ze zagen dat dit een Bijbels principe was.
Handelingen 14:21-23 “En nadat zij aan die stad het Evangelie verkondigd hadden en veel discipelen gemaakt hadden, keerden zij terug naar Lystre, Ikonium en Antiochië, en zij versterkten de zielen van de discipelen, spoorden hen aan in het geloof te blijven en zeiden dat wij door veel verdrukkingen in het Koninkrijk van God moeten ingaan. En toen zij in elke gemeente door het opsteken van de handen voor hen ouderlingen gekozen hadden en onder vasten gebeden hadden, droegen zij hen op aan de Heere, in Wie zij nu geloofden.”
Het woord dat Lukas gebruikt voor “discipelen gemaakt” (v21), gaat over ‘onderwijzen’ en ‘discipelen maken’. Dit is hetzelfde woord dat in Mattheüs 28:19 gebruikt wordt, bij de Grote Opdracht. Dit is dus precies wat Jezus opdroeg aan ons, aan Zijn discipelen om te doen.
- Wat er hier gebeurt is heel belangrijk. Het Evangelie werd gepredikt, mensen kwamen tot geloof, en dan? Een nieuwe christen is net een baby, die heeft hulp nodig. Een baby laat je niet alleen die verzorg je, help je, leid je om op te groeien.
Dat is precies wat er nodig is in de kerk. Op het moment dat iemand tot geloof gekomen is, is het grootste wonder gebeurt dat mogelijk is: er is geestelijk nieuw leven. Dat wonder is ongelofelijk, maar er moet daarna iets volgen. Discipelschap is nodig om een volwassen christen te worden.
- Maar, het is goed om naar discipelschap te kijken, zodat we kunnen zien wát het is, wíe het horen te doen en hóe dit te doen. Dat is waar we vanochtend aandacht aan besteden; want dit onderwerp is ontzettend belangrijk voor de kerk als geheel.
- Wat is discipelschap?
Zowel Mattheüs 28:19 als Handelingen 14:21 gebruiken een woord dat om ‘instructie’ en ‘discipelen maken’ gaat. Dat betekent dat discipelschap altijd een element van onderwijs in zich heeft. Er wordt onderwijs gegeven, vanuit Gods Woord.
- Het idee is dan om God beter te leren kennen, meer te zien Wie Hij is. Maar ook om jezelf meer te zien in het licht van Wie God is. Door die dingen, zal je meer op Jezus gaan lijken, meer wíllen doen wat God zegt.
o Discipelschap door de eeuwen heen, heeft altijd de Bijbel in de hand gehad. Samen ‘leuke dingen doen’ kan een mate van discipelschap hebben. Je kan leren hoe een volwassener christen dingen doet. Maar het Woord is onmisbaar.
o Discipelschap door de eeuwen heen was bijvoorbeeld een 3-jarig proces. In de tijd van de kerkvaders ging een nieuw gelovige een traject in van 3 jaar onderwijs. Uit Gods Woord, over gebed, over de doop, etc. Allemaal onderwijs.
Dat onderwijs was keihard nodig, om ervoor te zorgen dat de christen volwassen werd. In die tijd was een christen iemand die met vervolging te maken kreeg. Het was dus niet zomaar iets om christen te worden. Het was daarom hard nodig om te weten wát je gelooft; zodat je daaraan vast kon houden.
- Bijbels onderwijs, weten wát de Bijbel zegt, wíe God is, hóe voor Hem te leven, etc. allemaal zaken die bij discipelschap horen. En daar hebben we de kerk in nodig. We hebben het nodig dat we samen groeien in het leven voor God, in het zoeken van God en het kiezen voor Hem.
Maar, hoe zien we dit in de Bijbel? De discipelen kregen de opdracht om discipelen te maken (Mattheüs 28:19), dat is iets dat Jezus ze geleerd zal hebben. Dan moeten we ook de blauwdruk van dat proces kunnen zien in het Woord.
2 Timotheüs 2:1-2 “U dan, mijn zoon, word gesterkt in de genade die in Christus Jezus is. En wat u van mij gehoord hebt onder vele getuigen, vertrouw dat toe aan trouwe mensen die bekwaam zijn om ook anderen te onderwijzen.”
- Dit is wat Paulus zag. Hij droeg Timotheüs op om wat hij, Paulus, aan Timotheüs doorgegeven had, door te geven aan “trouwe mensen” die dan weer “anderen” konden onderwijzen (v2). Dat is 4 generaties aan discipelschap: Paulus, Timotheüs, “trouwe mensen” en “anderen”.
o Dit was dus voor Paulus, die niet door Jezus onderwezen is zoals de apostelen, een logisch iets om te doen. Hij wist wat discipelschap was. En die basis gaat dan ook verder terug dan het NT.
Deuteronomium 6:1-9 “Dit zijn de geboden, de verordeningen en de bepalingen die de HEERE, uw God, geboden heeft u te leren, om ze te doen in het land waar u naartoe trekt om het in bezit te nemen, opdat u de HEERE, uw God, vreest door al Zijn verordeningen en Zijn geboden, die ik u gebied, in acht te nemen: u, uw kind en uw kleinkind, alle dagen van uw leven; en opdat uw dagen verlengd worden. Luister dan, Israël, en neem ze nauwlettend in acht! Dan zal het u goed gaan en zult u zeer talrijk worden – zoals de HEERE, de God van uw vaderen, tot u gesproken heeft – in het land dat overvloeit van melk en honing. Luister, Israël! De HEERE, onze God, de HEERE is één! Daarom zult u de HEERE, uw God, liefhebben met heel uw hart, met heel uw ziel en met heel uw kracht. Deze woorden, die ik u heden gebied, moeten in uw hart zijn. U moet ze uw kinderen inprenten en erover spreken, als u in uw huis zit en als u over de weg gaat, als u neerligt en als u opstaat. U moet ze als een teken op uw hand binden en ze moeten als een voorhoofdsband tussen uw ogen zijn. U moet ze op de deurposten van uw huis en op uw poorten schrijven.”
Dit was Gods opdracht aan Israël. Ze hadden allemaal instructies van Hem gekregen (v1-2), die hen moest doen beseffen Wie God was (v3-4). Het besef Wie God is, moest aanzetten tot God liefhebben (v5) en het bewaren van Zijn Woord in hun hart (v6).
- Deze woorden, Gods woorden in hun hart, moesten ze dan hun “kinderen inprenten en over spreken” (v7). Die woorden moesten thuis overal zijn (v8-9). Gods Woord moest overal aanwezig zijn, in álles dat ze deden, en daar moesten ze over praten.
o Kinderen leren meer van wat je dóet, dan wat je zégt. Daarom kán dit niet alleen theoretisch onderwijs geweest zijn. Kinderen iets inprenten gaat zowel door het te vertellen, áls door het vóór te doen. En dat is discipelschap.
Dit is het principe dat Paulus en de apostelen kenden. Dit is het principe dat voor gezinnen geldt, maar ook gemeente breed. In Gods kerk hoort Zijn Woord ‘ingeprent’ te worden; zowel de theorie als de praktijk. Je hoort het Woord overal thuis te zien; in woord en in daad.
- Wat is dan discipelschap? Je neemt iemand mee in wat Gods Woord zegt, je legt úit wat het betekent. En dan ga je dat met hem/haar leven. Je gaat laten zíen wat Gods Woord betekent. Een voorbeeld spreekt vaak veel duidelijker dan pure theorie.
a. Wat is discipelschap níet?
Mattheüs 23:1-3 “Toen sprak Jezus tot de menigte en tot Zijn discipelen: De schriftgeleerden en de Farizeeën zijn gaan zitten op de stoel van Mozes; daarom, al wat zij u zeggen dat u in acht moet nemen, neem dat in acht en doe het; maar doe niet overeenkomstig hun werken, want zij zeggen het, maar doen het zelf niet.”
Dit is wat discipelschap níet is: doe wat ik zeg, maar niet wat ik doe. Natuurlijk is niemand perfect en hebben we allemaal dingen die niemand van ons hoort te volgen. Tegelijk hoort bij discipelschap dat we een voorbeeld geven van het onderwijs dat we geven.
- De Farizeeën en schriftgeleerden zéiden de goede dingen, ze déden het verkeerde. En dat is een probleem bij discipelschap. Mensen zullen eerder gaan doen wat ze jou zíen doen, dan dat ze zullen doen wat ze je horen zeggen.
o Bijbels discipelschap heeft én de juiste woorden, de Bijbel, én de juiste daden. Die combinatie moet aanwezig zijn om dit Bijbels juist te laten zijn. We moeten elkaar onderwijzen in de waarheid van Gods Woord én dat voorleven.
En dit is een taak voor de héle gemeente. We hebben állemaal de taak om discipelen te maken (Mattheüs 28:19). Discipelschap is relatie, is gebaseerd op liefde, gericht op het samen meer op Jezus Christus gaan lijken. En dat hebben we allemaal nodig.
- Zie jij de noodzaak voor discipelschap? Zie jij dat iedere christen het nodig heeft om bezig te zijn met discipelschap? En dat dit ook heel praktisch hoort te zijn voor de gemeente? God heeft ons de opdracht gegeven. Laten we elkaar in woord en daad helpen op Jezus te lijken.
- Hoe wordt discipelschap praktisch?
Nu we weten wát discipelschap is, is het belangrijk om te weten hóe dit te doen. En daarin hebben we een aantal teksten die God ons gegeven heeft die ons zullen helpen om te beseffen hóe dit praktisch te maken in het dagelijkse leven.
Titus 2:2-6 “De oudere mannen moeten beheerst zijn, eerbaar, bezonnen, gezond in het geloof, in de liefde, in de volharding. Evenzo moeten de oudere vrouwen in hun gedrag zijn zoals het heiligen past: geen kwaadspreeksters, niet verslaafd aan veel wijn, maar leraressen van het goede, opdat zij de jongere vrouwen leren verstandig te zijn, hun man lief te hebben, hun kinderen lief te hebben, bezonnen te zijn en kuis, te zorgen voor hun huishouden, goed te zijn, hun eigen mannen onderdanig te zijn, opdat het Woord van God niet gelasterd wordt. Spoor evenzo de jongere mannen aan bezonnen te zijn.”
- God geeft hier instructie aan oudere mannen en oudere vrouwen tot discipelschap. Oudere mannen zoeken jongere mannen op, oudere vrouwen jongere vrouwen. En het idee is dan dat ze hen gaan leren om een man of vrouw te zijn. Ze gaan hen meenemen in volwassen worden.
o Mannen worden meegenomen in “beheerst”, “eerbaar, bezonnen, gezond in het geloof, in de liefde, in de volharding” zijn (v2). Al deze woorden zijn een studie op zich, maar deze woorden moeten uitgelegd én voorgeleefd worden.
Hier is zo’n gebrek aan vandaag de dag. Er zijn weinig écht volwassen mannen, en daardoor niet genoeg oudere mannen die jongere mannen leren om volwassen te worden. Dit is echter wel een Bijbelse opdracht aan mannen.
o Vrouwen worden onderwezen in “gedrag” “zoals het heiligen past” (v3-5). Het begint met een voorbeeld (v3), “opdat zij de jongere vrouwen leren” (v4). Ook alles dát de vrouwen geleerd moet worden (v4-5) is nodig in theorie én praktijk.
Ook hier is een gigantisch gebrek aan. Er zijn ook weinig écht volwassen vrouwen vandaag de dag. En daardoor worden steeds minder vrouwen gediscipeld om volwassen te worden. Ook hier wordt een opdracht gemist.
Dit moet echt een gebedspunt zijn voor ons als gemeente: dat we geestelijk volwassen worden. En dat die geestelijke volwassen christenen dan de handschoen oppakken om anderen te gaan discipelen. Daar is gebed, maar ook actie voor nodig.
Davi Cáceres: “Discipelschap is geen doel, het is het leven van de christen.”
- Dát moeten we ons gaan beseffen. Discipelschap is het léven van de christen. Samen het leven leven, samen door situaties heen gaan. Een volwassen(er) christen ergens doorheen zíen gaan en leren van hoe hij/zij dat doet.
1 Korinthe 11:1 “Wees navolgers van mij, zoals ik navolger van Christus ben.”
Dit is discipelschap; volg mij na, zoals ik Jezus navolg. Dat gaat om woorden én daden, dat gebeurt in het makkelijke én het moeilijke van het leven. Dit is puur discipelschap; en dit moeten wij leren. We moeten inzien wat dit van ons vraagt, dat het ons leven ís.
- Paulus wist wát dit was, maar ook dat discipelschap cruciaal was, en is, voor de gemeente. Om gezonde gemeentes te hebben, móet er discipelschap zijn. Om overeind te blijven als christen, als kerk, is er discipelschap nodig. Om de wereld te bereiken, is discipelschap nodig.
Bij Bijbels discipelschap leer je ván en mét elkaar. Het is een opdracht, geen optie. En die opdracht vraagt keuzes van ons, vereist investering, vraagt opoffering. Maar dat is ook wat Jezus o.a. bedoelde toen Hij zei dat we ons kruis moeten opnemen en Hem moeten navolgen.
- Stel je voor dat Jezus of Paulus géén hart van discipelschap hadden; dan zou de kerk nooit zo geweest zijn als ze is. Jezus zou dan nooit zo lang en veel geïnvesteerd hebben in Zijn discipelen; Paulus nooit in Timotheüs en Titus.
o Ze gingen ook allebei door diepe pijn heen in discipelschap. Jezus had de 12, die vaak niet luisterden. Hij investeerde in Judas, die Hem verraadde. Jezus investeerde in 11 mannen die Hem allemaal verloochenden aan het einde. Maar Hij ging door.
o Paulus had verschillende mensen die hem verlieten. Hij was soms helemaal alleen, op de momenten dat hij de meeste ondersteuning had kunnen gebruiken. En toch bleef hij discipelen, bleef hij investeren en zijn leven openen.
Discipelschap is geen optie, het is een opdracht van God aan ons. We horen allemaal én gediscipeld te wórden, én iemand anders te discipelen. Dit gaat beide kanten op en beide kanten zijn heel hard nodig voor de kerk.
- Oudere christenen, voel deze opdracht ajb. Voel de noodzaak om een jongere broeder of zuster op sleeptouw te nemen. Bid voor wie, stap op die persoon af en begin te praten. Praat over wie de ander is, wat ze doen, Wie God voor hen is, hoe ze tot geloof gekomen zijn.
o Gebruik dat om te leren sámen te groeien. Deel je eigen hart, je eigen getuigenis. Ga met elkaar eten, drink koffie samen. Kijk of je bij klussen iemand kan uitnodigen, ga sámen naar een dag bij Hebron, een wandeling maken, etc. Zoek de ander op.
- Jongere christenen, bid voor wie jij mag vragen om door gediscipeld te worden. Als je een idee hebt, stap op de ander af. Vraag hem/haar om dit biddend te overwegen en ga het doen! Dit moet echt niet optioneel zijn voor ons als kerk.
- Getrouwde stellen, voel deze opdracht ook! Als je net getrouwd bent of gáát trouwen; zoek een ouder stel op. Vraag hen om af te spreken en zo van elkaar te leren. Spreek af, eet samen, praat samen. Maak dit een frequent onderdeel van je week; zo groei je het meeste.
- Alleengaanden, bid wie God voor jou heeft qua discipelschap. Het kan heel verstandig zijn om een oudere alleengaande, van hetzelfde geslacht, op te zoeken. Maar ga ook langs bij gezinnen. Hij wil alles gebruiken om jou te laten groeien in op Jezus lijken.
- Tieners en jongvolwassenen, dit is ook zeker voor jullie. Tegenwoordig worden we steeds later ‘volwassen’. Leer van iemand die volwassener is dan jij, spreek af, stel al je vragen, observeer wat ze doen en hoe ze het doen. God gaat dit gebruiken tot Zijn eer.
Discipelschap is noodzakelijk voor de gemeente; het is een opdracht, geen optie. Dé manier om te leren praktisch op Jezus te lijken, is discipelschap. Leren hoe een Bijbels huwelijk er uit ziet, vereist discipelschap. Leren over gezin, alleengaand, volwassen worden, daten, etc. vereisen discipelschap.
- Het is cruciaal voor de gemeente dat we volwassen worden. Dat is nodig om overeind te blijven, maar óók om te wandelen in de roeping die God op je leven heeft. Hij wil jou inzetten tot Zijn eer; daar is groeiende volwassenheid zeer belangrijk in.
De hamvraag is dan, hoe discipel je? Wat doe je? Hoe ziet dat er uit?
- Bid en zoek anderen op
Hoe wordt discipelschap praktisch? Bid voor wie met wie je afspraken mag maken en máák die dan ook. Dit vraagt prioriteren, dit vraagt keuzes maken. Maar discipelschap moet hoog op onze prioriteitenlijst staan. Het was wat Paulus en Barnabas als noodzakelijk zagen.
- Jezus’ opdracht was ‘discipelen maken’. Daar is tijd voor nodig, een investering. Ook dit moet geen ‘extra’ of als ‘moeten’ voelen. God wil dit bovennatuurlijk in jouw hart leggen, dat je de ander wíl discipelen. Dat je het niet als een last, maar als een lust ziet.
Voor sommigen van jullie gaat je hart sneller kloppen van discipelschap. Dat is iets dat God in je legt; luister naar Hem, volg Zijn leiding. Hij wil jou gebruiken, ons allemaal, om een ander te discipelen. Elke christen heeft dit nodig. Bid voor wie, zoek elkaar op en maak afspraken.
- Hoeft echt niet elke week, kan om de week, 1x per maand, etc. Het hoeft ook geen vaste structuur te hebben; God werkt zowel in structuren als organisch; beide is nodig. Wacht niet tot de leiders iets organiseren, ga het zélf doen. Zie de noodzaak en dóe!
- Open je Bijbel samen
Hoe wordt discipelschap praktisch? Open je huis, maak afspraken met mensen om samen Gods Woord te openen. Niet om iemand te overtuigen van jouw theologische punt; nee, om samen God beter te leren kennen. Dát zagen we in Deuteronomium 6, dát is de blauwdruk.
- We zijn tegenwoordig veel te veel bezig met debatteren over de punt en de komma van theologie. En daar is een plek voor. Maar als die debatten vervangen dat we leren om het Woord te léven, gaat er iets heel er fout. Discipelschap is belangrijker dan de punt en komma.
o Goede theologie is vereist, natuurlijk. Maar in écht discipelschap kan je eenheid in verscheidenheid hebben. Bij écht discipelschap leer je om allebei méér op Jezus te gaan lijken. Je leert om meer van Hem te houden en daarnaar te leven.
Open de Bijbel, lees samen een Bijbelgetrouw boek en ga daar doorheen. Open je Bijbel en leg uit wat dingen betekenen. Open je Bijbel en leer samen wat God zegt. Gods Woord bekeert de ziel; dat hebben we dus ten eerste nodig om discipelen te maken. Leer de ander wat jij leert uit Gods Woord.
- Open je huis
Hoe wordt discipelschap praktisch? Jezus discipelde 12 mannen, waarvan 3 intensief. Denk in zulk formaat groepen; niet in de hele gemeente. Maak afspraken met broeders en zusters; getrouwde stellen met stellen, gezinnen met gezinnen. Nodig alleengaanden uit ín gezinnen.
- Leer samen, ván en mét elkaar meer op Jezus te lijken. We zijn zo gehecht geraakt aan privacy en ‘ik-tijd’, dat we niet meer gewend zijn om mensen over de vloer te hebben. Leer van elkaar wat het is om het Woord praktisch te maken, om praktisch christen te zijn.
o Discipelschap vereist dat mensen over de vloer komen. Het vereist dat mensen er zijn als dingen lastig zijn, als je het even niet meer in de hand hebt. Juist dán wordt discipelschap écht; want dán leer je hoe iemand écht is en handelt.
- Open je leven
Hoe wordt discipelschap praktisch? Jezus had de 12 lange tijd, heel nauw bij Zich. Ze waren bij Hem toen Hij blij en gelukkig was, maar ook toen Hij moe en (heilig) boos was. Jezus stuurde niemand weg toen dingen dichtbij kwamen of emoties om de hoek kwamen kijken.
- Laat zien waar je doorheen gaat, hóe je dingen doet, wat je doet om Bijbels te reageren. Dat is niet een ‘kijk mij’, het is laten zien Wie God in jou is. Je leeft gewoon je leven en iemand anders kijkt mee. Dát is het idee van Bijbels discipelschap.
o Ook hier zijn wij vaak te gehecht aan privacy, maar ook aan status. We willen niet altijd dat mensen zíen dat wij worstelen of dingen lastig vinden. Maar juist dát zijn de dingen die de ander moet zien. Daar leer je het meeste van.
Jezus’ leven was een open boek, in álles, áltijd. Dát is Bijbels discipelschap. En dat is een investering, een keuze; een keuze die we tegenwoordig niet altijd meer maken. We vinden andere dingen belangrijker dan investeren in elkaar. God vraagt van jou om in de ander te investeren.
Discipelschap was wat Jezus deed om de apostelen op te leiden. Discipelschap was wat de apostelen deden om de kerk geestelijk te laten opgroeien. Discipelschap is wat noodzakelijk is voor iedere christen om volwassen te worden. Zie jij deze noodzaak?
- Als kerk zijn we samen op missie om te discipelen voor Christus; de vraag is of wij deze missie zíen en oppakken. Discipelschap is met je kinderen (Deu. 6), met christenen in de kerk (Han. 14). Het is een investering, maar wel een die God van je vraagt.
o Laat ook dit geen ‘extra moeten’ zijn. Vraag de Heere wat Híj van jou vraagt. Hij gééft jou de mogelijkheden hiervoor, jij moet alleen de keuze maken om Zijn leiding te volgen. Volg de missie die God jou geeft; Hij moet het ín en dóór jou heen doen.
De boodschap van Gods liefde, Gods oordeel over zonde, van vergeving door Jezus’ offer is voor jou. Het is de belangrijkste boodschap die je kan horen. Nog belangrijker is wat jij er mee doet. Geloof in Jezus als Zoon van God en je bent gered. Geef je zonde aan Hem, keer ván je zonde naar Jezus. Geloof.
Christen, als kerk zijn we samen op missie om te discipelen voor Christus; zie jij deze noodzaak?
- Wie discipelt jou op het moment? Zoek die persoon biddend
- Wie discipel jij op het moment? Zoek die persoon/personen biddend
- Vooral oudere christenen, zie de noodzaak voor discipelschap; God wil jou gebruiken!
1 Korinthe 15:58 “Daarom, mijn geliefde broeders, wees standvastig, onwankelbaar, altijd overvloedig in het werk van de Heere, in de wetenschap dat uw inspanning niet tevergeefs is in de Heere.”