De roep van het Evangelie

Mattheüs 11:28-30 “Kom naar Mij toe, allen die vermoeid en belast zijn, en Ik zal u rust geven. Neem Mijn juk op u, en leer van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en u zult rust vinden voor uw ziel; want Mijn juk is zacht en Mijn last is licht.”

God, als Schepper van hemel en aarde, wil íeder mens redden. Dat is al zo sinds vóór de grondlegging van de wereld. Hij wil dat niemand verloren gaat (2 Petrus 3:9), Hij wil dat allen tot kennis der waarheid komen. Daarom heeft Hij ons het Evangelie gegeven, de boodschap van redding door geloof in Jezus.

• Hij laat door de hele Romeinen brief zien wat dat Evangelie is. Tot in groot detail wordt uitgewerkt waaróm dit Evangelie nodig is, wat het Evangelie doet, hoe maak je gebruik van dit aanbod, hoe leef je dat Evangelie. Allemaal zaken die ieder mens moet weten.
  • En door al deze uitleg heen, door alle details, citaten van het OT, etc. komt naar Gods roepstem naar voren. De roep van het Evangelie is ‘Kom!’. Dat is wat God wil, dat jij komt, en blijft komen, dat ieder mens tot Hem komt. Dat is Zijn doel.
• De kracht van het Evangelie (H1)

Romeinen 1:16-17 “Want ik schaam mij niet voor het Evangelie van Christus, want het is een kracht van God tot zaligheid voor ieder die gelooft, eerst voor de Jood, en ook voor de Griek. Want de gerechtigheid van God wordt daarin geopenbaard uit geloof tot geloof, zoals geschreven is: Maar de rechtvaardige zal uit het geloof leven.”

Na zijn opening, geeft Paulus hier de kern van de brief mee: het Evangelie is “kracht van God tot zaligheid voor ieder die gelooft” (v16), “de rechtvaardige zal uit het geloof leven” (v17). Dat is wat het thema van de brief is, dat is wat we moeten weten om de roep van het Evangelie te begrijpen.

• We moeten het Evangelie op waarde gaan schatten, juist dóór de brief heen. Hoe meer we het Evangelie gaan zien, hoe meer we haar glorie en schoonheid zullen gaan zien en waarderen. Het Evangelie is zo geweldig, zo goed, zo mooi; dat moet ieder mens horen.

Het feit dat God almachtig uitreikt naar mensen, dat Hij Zichzelf gaf, dat Hij geduld met ons heeft, dat Hij ons wil gebruiken in Zijn koninkrijk; ongelofelijk! En toch is dat deel van de boodschap van het Evangelie. God roept ons tot redding, en daarna nog zoveel meer. Dat Evangelie legt Paulus uit.

• En die roep begint met ‘Kom’, begint met horen en daarna een keuze. Die stem hebben we dagelijks nodig, in iedere situatie. We kunnen niet zonder dit Evangelie, want we schieten tekort om God te eren met ons leven. Zie de kracht van het Evangelie en ‘Kom’!
• Kom, jij zondaar (H1-3)

Romeinen 3:19-20 “Wij weten nu dat alles wat de wet zegt, zij dat spreekt tot hen die onder de wet zijn, opdat elke mond gestopt wordt en de hele wereld doemwaardig wordt voor God. Daarom zal uit werken van de wet geen vlees voor Hem gerechtvaardigd worden.  Door de wet is immers kennis van zonde.”

In H1-3 laat Paulus, met bewijs, zien dat de mens een probleem heeft. Hij laat onze zondige staat zien, die zichtbaar is om ons heen, zodat we inzien dat we allen “doemwaardig” zijn voor God. Wat hij wil bereiken, is dat de mens inziet dat we Hem nodig hebben, júist als zondaren. En dat Hij wil dat je komt.

• Niemand is rechtvaardig (H3:9-11), niemand is uit zichzelf goed genoeg. Niemand kan bij God komen, niemand is goed genoeg om bij God te blijven. Wij allen zondigen, wij allen falen t.o.v. Gods standaard van perfectie. En daarom roept het Evangelie: Kom, jij zondaar!
  • Gods verlangen is dat iedere zondaar wéét dat hij/zij een zondaar is, met het idee dat je dan komt om vergeven te worden. Het idee is dat je komt, omdat je Hem nodig hebt, Jezus’ offer als prijs voor jouw zonde aanneemt. Hij wil dat zondaren komen.

Maar dat begint met het accepteren van het feit dat God bepaalt wat zonde is, inzien dat jíj een zondaar bent die redding nodig heeft. En daarbij de overgave dat God Degene is Die bepaalt of dit zo is of niet. God accepteren voor Wie Hij is, dat heb je nodig om te komen tot God.

• Kom in geloof (H4)

Romeinen 4:4-5 “Aan hem nu die werkt, wordt het loon niet toegerekend naar genade, maar naar wat men hem verschuldigd is. Bij hem echter die niet werkt, maar gelooft in Hem Die de goddeloze rechtvaardigt, wordt zijn geloof gerekend tot gerechtigheid.”

Paulus gebruikt Abraham als voorbeeld (H4) van redding door geloof. Wat God níet wil is dat we zelf onze redding gaan verdienen, dat we harder gaan werken om gered te worden. Je kán het niet zelf, daarom is het uit genade, door geloof alleen.

• En dit klinkt ‘te makkelijk’, maar is heel moeilijk. We zijn namelijk snel geneigd om dingen zélf te willen verdienen, om te bewíjzen dat we gered zijn. En dat kan niet. Het leven van de christen is uit genade, door geloof alleen.
  • Dat betekent dat het zijn van Gods kind, een man of vrouw naar Zijn hart, echtgenoot of echtgenote, allemaal uit genade, door geloof is. Niks hiervan kan je zelf. Vader of moeder, alleengaand, werknemer of -gever, thuismoeder, etc. is uit genade.
  • Ook het dienen van God in de kerk, naar buren, vrienden en familie; ook dat is uit genade en door geloof. Niks hiervan kunnen we zelf, niks hiervan hangt van jou en jouw kunnen af. God wil dat je komt en álles doet dóór dat Evangelie.

De last van alle dingen van het leven kan heel zwaar voelen. Het kan voelen als teveel, ondragelijk, ingewikkeld, etc. Daarom is het zo belangrijk dat we leren leven uit genade, door geloof. En dát is de boodschap en roep van het Evangelie. Dat heb jíj dagelijks nodig, dat is Gods roepstem richting jou.

• Kom als je worstelt (H5-7)

Romeinen 5:1 “Wij dan, gerechtvaardigd uit het geloof, hebben vrede bij God door onze Heere Jezus Christus.”

In H5-6 zien we de dagelijkse worsteling die wij allemaal hebben: zonde. Ieder op zijn/haar eigen vlak, ieder met eigen worstelingen; iedere christen heeft te maken met de strijd met zonde. Daar ontkomen we niet aan. Prijs de Heere dat er “vrede bij God” is, ín en óndanks de strijd.

• Jezus’ werk aan het kruis zorgt ervoor dat íedere zondaar mag komen. Hij heeft de weg geopend voor allen die zondigen, wat álle mensen bevat. Jezus’ liefde gaat uit naar íeder mens, met álle mogelijke zonde. Daarom is de roep van het Evangelie ook: Kom als je worstelt.
  • Dat is geruststellend, wat dit gaat om elke zonde, élke situatie, élk persoon. Niemand is uitgesloten van deze roep, van Gods liefde. Dat geeft hoop, dat mag je vrede geven waar de vijand je onrust geeft.

Romeinen 7:18-19, 24-26 “Want ik weet dat in mij, dat is in mijn vlees, niets goeds woont. Immers, het willen is er bij mij wel, maar het goede teweegbrengen, dat vind ik niet. Want het goede dat ik wil, doe ik niet, maar het kwade, dat ik niet wil, dat doe ik.

Ik ellendig mens, wie zal mij verlossen uit het lichaam van deze dood? Ik dank God, door Jezus Christus, onze Heere. Zo dien ik dan zelf wel met het verstand de wet van God, maar met het vlees de wet van de zonde.”

Dit is de realiteit van de dag. Dit is jouw en mijn worsteling, dit is waar we dagelijks tegenaan lopen. En dit is wat Jezus wíst toen Hij voor jou stierf, toen Hij jou riep. Niks verrast Hem, er is geen worsteling die Hem onbekend is. Mét je worstelingen ben je welkom, roept Hij jou tot Zichzelf.

• Dat is de hoop, de vrede, de zekerheid die er is ín en dóór het Evangelie. Dat is ook de roep van het Evangelie door de hele Bijbel heen. God roept zondaren, worstelende, falende mensen tot Zichzelf. Niet om ze te straffen, maar met bekering als doel.

Het idee is níet dat je kan komen zoals je bent om te blíjven zoals je bent. God wil dat je je bekeert, dat je door Zijn kracht gaat strijden met de zonde. Hij wil dat je meer op Jezus gaat lijken, meer heilig wordt zoals Hij heilig is. Bekering betekent dat je je afkeert van het verkeerde en juist naar Jezus rent.

• Bekering betekent dat je radicale keuzes gaat maken, dat je je méér op God gaat richten. Hij wordt jouw doel, niet je eigen gedachten of wensen. In alles zie je in dat je Hém nodig hebt. Dat is waar bekering over gaat, dat is waar het Evangelie jou toe roept.

Jesaja 42:3 “Het geknakte riet zal Hij niet verbreken, de uitdovende vlaspit zal Hij niet uitblussen; naar waarheid zal Hij het recht doen uitgaan.”

Bijzonder is dat “riet” zelf niet sterk is, ook als het niet geknakt is. Een vlaspit heeft uit zichzelf ook weinig kracht. En díe kracht wordt al niet door God uitgeblust; laat staan de dovende vlaspit en het geknakte riet.

• God wíl dat je komt, dat je bij Hem bent; in al je gebrokenheid, pijn, verdriet, worstelingen, etc. Hij roept het uit naar jóu om bij Hem te komen, dat is de roep van het Evangelie. Kom zoals je bent, ín en mét je worstelingen. Hij kan en wil je er doorheen helpen.
  • Dus ook in de strijd met die hardnekkige zonde, de worsteling waar je maar niet uit komt, de pijn die maar niet weggaat. God roept jou om bij Hem te komen. Je kan vrede van God krijgen, hulp voor in de strijd; alles dat nodig is.

Kies vandaag om naar Hem te rennen. Beantwoord Gods roepstem, Zijn roep dóór het Evangelie naar íeder mens. De vijand wil je weghouden bij God, je laten geloven dat God je weggooit. Niks is minder waar; het Evangelie is het bewijs dat je mag komen zoals je bent, met álles dat je hebt.

• Kom als Gods kind (H8)

Romeinen 8:15-16 “Want u hebt niet de Geest van slavernij ontvangen, die opnieuw tot angst leidt, maar u hebt de Geest van aanneming tot kinderen ontvangen, door Wie wij roepen: Abba, Vader! De Geest Zelf getuigt met onze geest dat wij kinderen van God zijn.”

Vóór alles ben je als christen Gods geliefde kind. Vóór al het andere, alle taken en rollen die je voor de rest hebt, is Hij jouw Papa. En dat is een besef dat mag landen, waar je op terug mag vallen. God is jouw hemelse Papa en als Papa wil Hij dat je bij Hem komt.

• Zijn roep is om te komen. Wat voor aardse ouders je ook gehad hebt, Hij is de perfecte Vader. Hij is de Vader Die altijd het beste met je voorheeft, ook als Hij je corrigeert. God neemt jou aan als kind omdat Hij liefde ís, omdat Hij goed ís. Niet omdat jij zo goed bent.

Zijn ouderschap, jouw kind-zijn, hangt af van Wie God is. Niks kan God dwingen om jou aan te nemen als kind, niks kan Hem dwingen jou weg te sturen. En daarom is het heerlijk om te weten dat Hij áltijd trouw is, áltijd goed, genadig en barmhartig. Dat is wie Hij is.

• Kom daarom bij Hem, als Zijn kind. Niet als met een rol, of een eigen identiteit. Kom bij Hem als het kind dat je bent. Dan mag je genieten van Wie Hij is als Vader. Je mag dan leven naar Zijn standaard, naar Zijn zorg voor jou. Kom als Zijn kind; dat is de roep van het Evangelie.
• Kom, mét Israël (H9-11)

Romeinen 11:1-2a “Ik zeg dan: Heeft God Zijn volk verstoten? Volstrekt niet! Ik ben immers ook een Israëliet, uit het nageslacht van Abraham, van de stam Benjamin. God heeft Zijn volk, dat Hij van tevoren kende, niet verstoten.”

Het Evangelie is ook Gods blijk van onvoorwaardelijke trouw. Hij zal níemand laten vallen. Hij is de God Die liefde ís (1 Johannes 4), Hij kíest om van mensen te houden. Dat voorbeeld zien we heel duidelijk door Zijn volk, Israël. We zien dat God onwaarschijnlijk trouw is en blijft aan dit volk.

• Ondanks hun overduidelijke falen, zowel collectief als individueel, God blijft trouw. Hij is bedroef over hun geloof en ondanks hun uitverkiezing (H9), Hij wil dat ze Jezus belijden (H10), maar ondanks dat alles zijn ze niet verstoten (H11).
  • Gods trouw aan Zijn volk is zelfs zo groot, dat de kerk geënt is op Israël. Zijn volk blíjft Zijn volk. God kán daarin niet veranderen, anders zou Hij een leugenaar zijn naar Zijn volk. En dan is er ook geen zekerheid voor de kerk; Hij kan van gedachten veranderen.

Daarom is in de uitgebreide uitleg van het Evangelie het onmisbaar om het over Israël te hebben. Gods volk is namelijk de belichaming van Gods trouw; de trouw die Hij dus ook naar de kerk heeft. En daar mogen we God voor danken.

• Het Evangelie gaat uit naar Jood en heiden, béide hebben het Evangelie nodig. Beide worden opgeroepen om naar het Evangelie te luisteren en bij God te komen. Kom dus, weet dat God trouw is; óók aan jou, wie je ook bent en wat je ook gedaan hebt. Israël is het bewijs.
• Kom om één lichaam te zijn met de kerk (H12)

Romeinen 12:4-5 “Want zoals wij in één lichaam vele leden hebben en de leden niet alle dezelfde functie hebben, zo zijn wij, hoewel velen, één lichaam in Christus, maar ieder afzonderlijk leden van elkaar.”

De kerk is één lichaam, bestuurd door Jezus. Om zo te leren handelen, moeten we onszelf als een offer aan Jezus toewijden (v1), hervormd worden in ons denken (v2) en gaan leven naar de Geest (v6-8). Dit gaat regelrecht in tegen eigen denken, wereldse ideeën en alles dat de vijand wil.

• God wil dat we in fellowship leven, ons leven delen met elkaar. De vijand wil dat niet, je eigen karakter misschien ook niet. God wil je denken hervormen naar Zijn wil, terwijl ons vlees wil vasthouden aan de dingen die we zelf fijn vinden.
  • Om dan te leven naar de standaard van het Woord, hebben we het nodig om te luisteren naar de roepstem van het Evangelie. Zónder het Evangelie zal de kerk niet functioneren naar Gods wil. We zullen dan maximaal draaien als een bedrijf.
    • Er zal onderlinge strijd zijn om posities, want eigen ambitie regeert.
    • Er zal geen liefde zijn, want dat kost inspanning.
    • Er zal geen zorg naar elkaar zijn, want ik wil dat er voor mij gezorgd wordt.
    • De 80-20 regel zal aanwezig zijn, omdat we niet onszelf willen opofferen voor de ander.

Het Evangelie laat ons zien dat we Jezus nodig hebben, dat we zelf tekortschieten. En in dat alles moeten we gaan zien dat we gered moeten worden van onszelf. We moeten gered worden van onze zondige neigingen, om te gaan leven naar Gods standaard van kerk zijn. Dat is Zíjn werk in jou.

• Als wij, CCH, dus een kerk naar Gods hart willen zijn, is het Evangelie onmisbaar. Om elkaar lief te hebben, te denken, doen en laten naar Gods wil, hebben we individueel én collectief het Evangelie nodig.

Daarom is de roep van het Evangelie ook: Kom als kerk, kom om samen één lichaam te zijn. Op die manier het lichaam zijn is ook wat de wereld nodig heeft, hoe we broeders en zusters helpen (lokaal en wereldwijd). Dit is wat we nodig hebben; het Evangelie gaat uit naar de hele kerk.

• Kom vol van Zijn liefde (H13-15)

Romeinen 13:8-9 “Wees niemand iets schuldig dan elkaar lief te hebben; want wie de ander liefheeft, heeft de wet vervuld. Want dit: U zult geen overspel plegen, u zult niet doden, u zult niet stelen, u zult geen vals getuigenis geven, u zult niet begeren, en welk ander gebod er ook is, wordt in dit woord samengevat, namelijk hierin: U zult uw naaste liefhebben als uzelf.”

De kerk hoort herkend te worden aan haar liefde (Johannes 13). Daarom is het zo belangrijk dat we als héle kerk gevuld zijn met Zijn liefde. We kunnen alleen uitdelen wat we van Hem ontvangen hebben. En Zijn liefde uitdelen aan de ander, de overheid, zwakken en sterken vereist liefde krijgen.

• Daarom is de roep van het Evangelie dat jíj Zijn liefde ontvangt. Je hebt elke dag Zijn liefde nodig, God Zélf nodig. Zijn liefde is oneindig groot, zichtbaar, duidelijk aanwezig. En dat is de liefde die uitgedeeld moet worden.

Als God Zelf liefde ís, hebben we Hem nodig om die specifieke liefde uit te delen. Hij laat die liefde aan ons zien door het Evangelie, God Zelf komt naar de aarde en sterft voor zondaren. Die opofferende liefde, die van de ander houdt óók als de ander dat niet verdient; die heb jij nodig.

• Die liefde kan je alleen bij God Zelf halen. Die liefde is alleen mogelijk om van Hem te ontvangen, is alleen Zijn werk in jou. Daarom moeten we onszelf biddend afvragen of we vol zijn van Zijn liefde of niet.
  • Elke andere vorm van liefde dan Bijbelse liefde, zal afbreuk doen aan wat God wil bereiken door Zijn kerk heen. Daarom moeten we vól zijn van Zijn liefde, van Zijn werk. En daarom gaat de roep van het Evangelie uit naar jou, om Zijn liefde te ontvangen.

Zodra we Zijn liefde ontvangen, kunnen we die uitdelen. Dus wéét jij dat je geliefd bent? Lééf je naar het feit dat je geliefd bent? Vraag God om je ogen te openen voor Zijn liefde. Die heb je nodig om Zijn liefde te leven naar de kerk én naar de wereld om ons heen.

• Kom om zuiver te aanbidden (H16)

Romeinen 16:27 “aan Hem, de alleen wijze God, zij door Jezus Christus de heerlijkheid tot in alle eeuwigheid. Amen.”

De kerk bestaat uit vele mensen, die allemaal een belangrijke rol hebben in Gods koninkrijk. Niemand is méér of mínder dan de ander. Daarom is het zo mooi dat Paulus 2 lijsten met mensen geeft die God dienden, God aanbaden, op een God-erende manier (v1-16, 21-23).

• Daarbij is het noodzakelijk om op onze theologie te letten, om zuiver naar God te kijken, zuiver Hem te dienen en aanbidden (v17-20). En dat allemaal niet met het doel om de perfecte theologie te hebben en te bediscussiëren met andere christenen.
  • Het doel is om God juist te zien, zodat we Hem juist zullen dienen. We horen als kerk voor elkaar te zorgen, elkaar lief te hebben; maar met het grotere doel om de wereld te bereiken. Het Evangelie is voor de kerk én de wereld.

De roep van het Evangelie is dat God wil dat álle mensen Hem aanbidden, zoals de brief begon. Het doel van de kerk is dan ook o.a. om de wereld dat Evangelie te brengen. Zónder dat Evangelie zullen we nooit gered worden, hebben we allemaal een probleem. Dus laten we dat Evangelie brengen.

• En hoe meer we dat Evangelie zien, hoe meer zuiver onze blik op God wordt, hoe meer reden we hebben om Hem te aanbidden (v25-27). God is ál onze aanbidding, en meer, waard. Dat is het resultaat van zuiver wordende theologie. En dat is wat God van ons vraagt.

Het Evangelie is Gods weg van redding, maar ook de weg naar lofprijs en aanbidding. Dat is wat de kerk hoort te doen, wat jij hoort te doen. Dóór het Evangelie aangezet worden tot aanbidding. Dus laat het Evangelie je ogen openen voor God, zodat je Hem zuiver zal aanbidden.

Het Evangelie is Gods oproep aan de mensheid, aan jou. Het Evangelie roept ‘Kom’. Kom zoals je bent, met álles dat je hebt en bent. Kom met je vragen, je geschiedenis, je vreugde, te eigen ideeën over de toekomst, je pijn en verdriet. Kom naar Jezus; Hij houdt van jou.

• Hij houdt zoveel van je, dat Hij voor je stierf. Hij houdt zoveel van je, dat Hij je niet zal laten zoals je nu bent. God wil dat jij, door Zíjn werk, verandert naar het hoe Jezus is. En dat is ook wat het Evangelie doet. De vraag is of jij komt?
  • Gods roepstem is niet ‘kom als je goed genoeg bent’, ‘kom als je alles zelf kan’, etc. Hij wil júist dat je komt met je worstelingen, met alles dat je hebt en bent. Ren naar Hem toe, in élke situatie, met álles dat er speelt in je leven. Kom.

Hoe zie jij het Evangelie? Is het Evangelie voor jou genoeg? Is het wat jij dagelijks nodig hebt? Of zie je het als iets dat ‘voor de ander’ is? Accepteer dat je het Evangelie élke dag nodig hebt, want je hebt Jezus elke dag nodig. Ren naar Hem toe in gebed, predik jezelf elke dag het Evangelie.

Tripp: “We maken er een dagelijkse gewoonte van om: 1) te staren naar de schoonheid van Christus, 2) ons te herinneren wie we zijn als kind van God, 3) te rusten in Zijn kracht en voorziening, en vervolgens 4) te handelen in afhankelijkheid van Hem.”

• Maak dit je eigen, laat deze handelingen een dagelijkse gewoonte worden. Dit zal je helpen om God te zien voor Wie Hij is, het Evangelie te zien voor wat het is en dat dan ook naar de wereld te brengen. De roep van het Evangelie voor jou, is ‘Kom’!

Als je nog niet gelooft, roept God jou ook om te komen. Hij wil dat jij komt, omdat Hij van je houdt. Hij wil dat je komt, omdat Hij niet wil dat je eeuwig gescheiden van Zijn goedheid in de hel bent. Hij wil dat je komt omdat dit het leven is waar je voor gemaakt bent. Kom naar God, geloof.

Christen, de roep van het Evangelie is ‘Kom’. Kom jij?

• Kom zoals je bent, met alles dat je hebt; ren naar God in gebed
• Kom naar Hem ín en mét elke situatie; geef alles over aan Hem

Mattheüs 11:28-30 “Kom naar Mij toe, allen die vermoeid en belast zijn, en Ik zal u rust geven. Neem Mijn juk op u, en leer van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en u zult rust vinden voor uw ziel; want Mijn juk is zacht en Mijn last is licht.”