v18-20
Paulus zet gebed hier in eerste instantie in de context van geestelijke strijd. Het is belangrijk dat we zien dat gebed een van de krachtigste wapens is die we als christenen hebben, zeker in de strijd tegen de vijand. De kerk van tegenwoordig is de realiteit en het belang van gebed verloren, de kerk bidt niet meer zoals de kerk zou moeten doen. Gebed hoort de motor te zijn van wat we doen, gebed hoort ons richting en visie te geven, want gebed is praten met God.
Wiersbe: “Prayer is the energy that enables Christian soldier to wear the armour and wield the sword.”
- We mogen weten dat God wil dat we alles aan Zijn voeten brengen (Filippenzen 4:6-7), daarmee is geen situatie te groot of te klein om bij Hem te brengen. We mogen weten dat God gebeden hoort (1 Koningen 9:3) en verhoort, als de gebeden naar Zijn wil zijn (1 Johannes 5:14).
- De vraag is of wij bidden zoals God dat van ons vraagt. De vraag is of wij nog wel weten wat bidden is, hoe te vragen, wat te vragen, wanneer en hoe lang? Ik moet bekennen dat ik niet zo bid als Jezus, het is bij mij nog te vaak een verlanglijst.
- Bij elke gelegenheid
- Als iemand naar je toekomt, in de kerk, met iets waar ze mee zitten, een gebedsverzoek, bid je daar dan direct voor? Of neem je het mee naar huis? Het is niet slecht om iets mee naar huis te nemen om voor te bidden, maar je kan er ook direct samen voor bidden en het dan mee naar huis nemen.
- Als een ongelovig iemand naar je toekomt, collega, kennis, vrienden, etc., met een issue, zeg je dan ook tegen hen dat je voor hen bidt? En doe je dat dan ook?
- Met all gebed en smeking
- Het woord voor ‘gebed’ wijst op (algemene) Bijbelse waarheden waar we om mogen vragen. Dingen in het Woord Die God ons beloofd, zoals Zijn Geest, dat Hij Zijn Woord uitlegt, dat Hij terugkomt, etc.
- Als Paulus het heeft over ‘smekingen’, dan heeft hij het over persoonlijke noden die we bij God mogen brengen, financieel, fysiek, geestelijk, etc.
- In de Geest
- Romeinen 8:26-27 leert dat de Geest van God ons leert bidden, dat Hij zelfs voor ons bidt. Dat is genade, dat is Gods werk. Maar hier zit ook heel duidelijk een les in, als wij willen bidden naar Gods wil, als wij willen bidden zoals God dat van ons vraagt, hebben we de leiding van de Heilige Geest nodig. We kunnen niet zomaar gaan bidden, we hebben God Zelf nodig.
- Hoe vaak vraag jij om de leiding van de Geest voor je gaat bidden? Hoe vaak wacht je op Hem voordat je ergens voor gaat bidden? Te vaak is bidden voor ons het opdreunen van een verlanglijstje, dingen die we missen in ons leven. Maar gebed hoort een dialoog met God te zijn, dat kan alleen als we geleid worden door de Geest.
- Hoe ziet dat er uit? Vraag God om je te leiden in je gebed, vraag Hem om tot je te spreken. Vraag Hem om dingen in je gedachten te brengen waar je voor mag bidden, vraag God om de leiding te nemen, juist ook in je gebedsleven.
- Hoe vaak vraag jij om de leiding van de Geest voor je gaat bidden? Hoe vaak wacht je op Hem voordat je ergens voor gaat bidden? Te vaak is bidden voor ons het opdreunen van een verlanglijstje, dingen die we missen in ons leven. Maar gebed hoort een dialoog met God te zijn, dat kan alleen als we geleid worden door de Geest.
- Waakzaam
- Dat is heel praktisch, val niet in slaap. Tijdens je stille tijd, zorg dat je niet te comfortabel bent, niet te warm, etc. Zorg dat je fysiek niet in slaap valt tijdens het gebed.
- Geestelijk gezien, zorg dat je niet ‘in slaap valt’ voor wat God wil zeggen. Zorg dat je nog steeds luistert in je gebed naar wat Hij tegen jou wil zeggen over gebed, over de dingen, mensen en situaties waar je voor bid.
- Zo vaak vallen mensen weg voor de leiding van de Geest in gebed, dan gaan ze hun eigen lijstje opzeggen, terwijl we eigenlijk heel veel fellowship met God mislopen door op die manier te bidden. We moeten niet vergeten dat we fellowship met God hebben tijdens gebed, hoe raar is het dan als we geestelijk of fysiek in slaap vallen?
- Met volharding en smeking
- We zijn tegenwoordig erg slecht geworden in volharden. We zijn gewend aan de magnetron maatschappij, alles moet snel en op mijn manier. Een paar minuten, uren, weken, jaren wachten vinden we niet kunnen. De vraag is of we dan kijken naar de omstandigheden en opgeven, of dat we meer op God vertrouwen?
- Wij weten niet waar God allemaal mee bezig is, we mogen echter wel weten dat als we bidden naar Zijn wil, dat Hij ons dingen zal geven. Er staat niet bij op welke termijn, er staat niet bij dat wij mogen bepalen wanneer. God doet alles perfect, dus ook timen. Hij doet alles op het juiste moment, ook als wij het daar niet mee eens zijn. Leer volharden, vraag God om je te leren volharden, juist ook in gebed.
- Voor alle heiligen
- Om te weten waarvoor te bidden, is het belangrijk dat wij onze levens openen naar elkaar toe. We horen te weten waarvoor we mogen bidden bij elkaar. Open je hart naar je broeders en zusters toe, vraag hen om te bidden voor de dingen waar je mee zit. Vraag hen om te bidden voor die lastige situatie waar je doorheen gaat. Draag de last samen. Galaten 6:2 draagt ons op om elkaars lasten te dragen, dat kan je deels doen door te bidden voor de ander.
- Paulus vraagt om woorden om te zeggen tijdens het getuigen. De man die brieven geschreven heeft die het Woord van God genoemd worden, heeft woorden nodig. Paulus wist dat hij niet uit zichzelf kon getuigen naar mensen, hij zag dat hij Gods Woorden nodig had om mensen te overtuigen van Wie Jezus is.
- Ook vraagt Paulus om te bidden voor vrijmoedigheid in het delen van het woord, hij vraagt om vrijheid in zijn hoofd en hart om God met mensen te delen. Dat stelt mij heel erg gerust, want ik vind dit niet altijd makkelijk om te doen. Er zijn momenten dat ik het idee heb dat God iets van me vraagt, en dat ik het niet doe. Dan heb ik deze vrijheid nodig. Het is geruststellend voor mij dat de grote apostel Paulus hier ook last van had, hij had ook vrijmoedigheid nodig, hij had deze vrijheid nodig in denken en doen.
- Ook dit is iets dat wij in gebed aan God mogen vragen. Ook wij mogen Hem zoeken in alles, voor alles. God zal dit soort gebeden ook zeker gaan verhoren, Hij gaat dan mogelijkheden geven om van Hem te getuigen.
- Paulus opent zijn hart om met anderen te delen wat er in hem omgaat. Paulus wil dat de gemeente snapt wat er door hem heengaat. Hij wil dat de gemeente doorheeft hoeveel hij om hen geeft en waarom. Daarmee wil hij het juiste voorbeeld geven aan de gemeente.
- Paulus geeft ons het goede voorbeeld hier. Als kerk van God zijn wij één familie, familie zoals God dat bedoeld heeft. Onderdeel daarvan is dat we elkaar beter en beter leren kennen, zoals God dat bedoeld heeft. Daar ligt een mooie, maar grote uitdaging voor de kerk van tegenwoordig.
- De vraag is dan in hoeverre wij ons hart delen met mensen. Weten mensen wat er in ons omgaat? Zijn er mensen met wie jullie je hart volledig delen? Zo nee, weet dan dat het belangrijk is, omdat je dan samen kan bidden, samen kan strijden. Je kan samen de Heere zoeken, samen door situaties heen gaan. Je kan elkaars lasten dragen (Galaten 6:2), etc.
- Dit vereist openheid. Dit vereist dat je dingen deelt mensen die je misschien niet zomaar vertelt. Dit vereist dat je zelf de eerste stap zet, want iedereen wil graag dat de ander dit eerst doet. Vraag God om je te leren je hart te delen met mensen, want Jezus deed dit, Paulus deed dit, waarom jij en ik niet?
- Paulus wilde het hart van de gemeente vertroosten. Paulus zat in de gevangenschap toen hij deze brief schreef, iets dat de gemeente raakte en verdriet deed. Om hun te troosten, stuurt hij Tychikus, om hun gerust te stellen, stuurt hij Tychikus. Paulus was niet bezig met hoe zielig hij was, of hoe zwaar hij het zelf had. Paulus was bezig met de gemeente, het welzijn, de gezondheid van de gemeente.
- De vraag is, waar ben jij op gericht? Is Gods gemeente en de opbouw daarvan iets dat jouw gedachten bezig houdt? Of ben je bezig met je eigen situatie, je eigen issues, je eigen … Paulus laat ons hier een ongelofelijk hart zien voor Gods koninkrijk. Gods koninkrijk en de opbouw daarvan was wat zijn gedachten bezig hield. Hoe weten we dat?
- Paulus bad voor de gemeente (Filippenzen 1:3-4), Paulus verlangde ernaar om ze te zien (Romeinen 15:29), Paulus koos ervoor om de gemeente te blijven dienen boven bij de Heere te zijn (Filippenzen 1:21-25), etc.
- Paulus was bezig met de opbouw van de gemeente boven zo’n beetje alles. Wat is jouw beeld van de gemeente van God? Bid jij voor de kerk? Bid jij voor de mensen waaruit de kerk bestaat? Ook voor die ene persoon die je zo irriteert? Bidden jullie voor iedereen die op de adressenlijst staat? Bidden jullie voor visie voor de kerk, zodat we Nieuw Vennep, de Haarlemmermeer, NL en de wereld mogen bereiken? Wat is jouw hart voor de kerk van God?
- De vraag is, waar ben jij op gericht? Is Gods gemeente en de opbouw daarvan iets dat jouw gedachten bezig houdt? Of ben je bezig met je eigen situatie, je eigen issues, je eigen … Paulus laat ons hier een ongelofelijk hart zien voor Gods koninkrijk. Gods koninkrijk en de opbouw daarvan was wat zijn gedachten bezig hield. Hoe weten we dat?
- Vrede: Het is bizar om met vrede te beginnen, want Paulus had alle reden om niet vredig te zijn. Hij zat gevangen, hij wist niet wat de uitkomst van zijn gevangenschap zou zijn, hij had alle reden om rusteloos te zijn. En toch wenst hij de kerk vrede, vrede die hij zelf van God ontvangen had.
- Paulus wist waar hij naartoe ging, Paulus had zekerheid van redding. Het maakte niet uit wat de Romeinse keizer zou besluiten, Paulus wist Wie zijn toekomst in handen had. Dat maakte dat hij rust kon vinden, dat zorgde voor zijn focus op God en de dingen van God.
- Liefde: Paulus had, ondanks zijn omstandigheden, Gods liefde in zijn hart. De liefde die omschreven wordt met agape liefde, onvoorwaardelijke liefde. Het is Paulus’ gebed dat die liefde zal regeren in de harten van de mensen in Efeze, ze hadden Gods liefde nodig. Zij hadden het volgens Paulus nodig om te zien hoe groot Gods liefde is, hoe diep, hoe rijk, hoe fantastisch.
- De enige reden dat Paulus dit kon zeggen, was doordat hij zelf Gods liefde had meegemaakt. Hij wist waar hij het over had toen hij hun Gods liefde toewenste. Hij wilde dat ze God net zo en meer zouden leren kennen zoals hijzelf, God en Zijn liefde.
- Geloof: Een cadeau van God. Paulus wil dat de gelovigen toenemen in geloof, vertrouwen op God. Vertrouwen dat God is Wie Hij zegt te zijn, dat Hij kan wat zegt te kunnen, dat Hij trouw is aan Zijn Woord, dat Hij echt vrede en liefde zal geven. Paulus wil dat de Efeziërs, en wij, meer op God gaan vertrouwen, in elke situatie meer terugvallen op Hem, i.p.v. eigen kunnen.
- Paulus zat gevangen, het is veel moeilijker om dan in een goed God te geloven, op Hem te vertrouwen, dan als alles goed gaat. Toch is zijn oproep om God boven alles te vertrouwen, in liefde, als Zijn geliefde kind.
- Genade: Gods grootste cadeau aan de mens is Jezus Christus, dat is genade. God Die naar de aarde komt, dat is genade. God Die de zonde van de mens draagt, dat is genade. God Die van ons blijft houden, terwijl wij nog steeds falen, dat is genade. God Die ons te hulp komt in elke situatie, dat is genade.
- Een groeiend besef hiervan, dat is wat Paulus de kerk toewenst. Dit is wat Paulus elke gemeente toewenst, dit is zijn standaard afsluiting van brieven. Paulus zag in dat genade het begin, het middenstuk en het einde van het leven van de christen is. Alles is door genade, alles is tot glorie van Gods genade, alles draait om Gods genade.
- Het is Paulus’ gebed dat wij die genade beter leren kennen, beter begrijpen, meer ervaren.
- Een groeiend besef hiervan, dat is wat Paulus de kerk toewenst. Dit is wat Paulus elke gemeente toewenst, dit is zijn standaard afsluiting van brieven. Paulus zag in dat genade het begin, het middenstuk en het einde van het leven van de christen is. Alles is door genade, alles is tot glorie van Gods genade, alles draait om Gods genade.
- Ook hier geldt dat we vaak dit niet hebben, omdat we niet aan God vragen. We hebben niet, omdat we de verkeerde dingen vragen. Vraag God om deze dingen, vraag Hem om jou te vullen met deze 4 dingen. Dat zal je leven op zijn kop zetten.
- Tegenwoordig draait alles om hoe wij ergens beter van worden, bij Jezus draait alles om Hem. Tegenwoordig moeten dingen zoveel mogelijk om ons draaien, bij Jezus draait alles om Hem. Paulus wil dat ons leven volledig om Jezus draait, in alles en elke situatie. We horen daardoor van Hem te houden op zo’n manier dat we onvergankelijk, voor eeuwig, van Hem houden. Ook dat is Gods werk in en door ons heen, want wij kunnen dit niet.
- God heeft het allerbeste met jou voor. Hij heeft allemaal zegeningen voor de mens, Hij houdt oneindig veel van de mens. Hij heeft 2000 jaar geleden jouw en mijn straf gedragen door te sterven aan het kruis, hij is daarna weer opgestaan uit de dood en overwon de zonde en de dood daardoor. Dat is hoeveel God van jou houdt, Hij stierf de marteldood die jij en ik hadden verdiend. Die God wil jou kennen vandaag. Die God wil jou Zijn kind noemen, die God wil dat jij je leven aan Hem geeft. Luister jij? Leg je leven bij Hem neer in gebed. Leg je pijn, verdriet, moeite, vragen, zonde bij Hem neer. Geef jezelf over aan Hem en Hij gaat met je aan de slag.
- Hoe vaak sta jij stil bij wat God voor jou gedaan heeft? Hoe vaak denk jij na over het werk van Jezus aan het kruis? Ren terug naar het kruis, leg je leven daar opnieuw neer. Vraag Hem om Zijn vrede, liefde, geloof en genade. Vraag Hem om je opnieuw te vullen met Zijn Geest. Vraag Hem om je te leren bidden naar Zijn wil, bidden zoals Jezus dat deed. Vraag God om het vuur voor Jezus weer aan te wakkeren in je hart.