Romeinen 10:1-3 Gods manier van gerechtigheid
Vorige keer dat we in Romeinen waren, hebben we gekeken naar ‘IJver zonder inzicht’. We hebben toen gezien dat we ijver mét inzicht nodig hebben, en dat God Degene is Die ons inzicht kan geven. Vanochtend pakken we de studie op in Romeinen 10:1-3 en gaan verder in dit hoofdstuk.
- We gaan Gods manier van gerechtigheid zien en hoe die compleet anders is dan wat de Joden dachten. Door Gods manier van gerechtigheid worden we ook opgeroepen om op Gods manier te leven, i.p.v. op onze eigen manier.
v1-3 Gods gerechtigheid kennen
Door de hele brief aan de Romeinen, is Paulus duidelijk aan het maken dat er een Goddelijke manier van rechtvaardig worden is. Die Goddelijke manier van rechtvaardig worden, is puur en alleen door geloof in Jezus Christus; er is geen andere weg.
Romeinen 5:1-2 “Wij dan, gerechtvaardigd uit het geloof, hebben vrede bij God door onze Heere Jezus Christus. Door Hem hebben wij ook de toegang verkregen door het geloof tot deze genade waarin wij staan, en wij roemen in de hoop op de heerlijkheid van God.”
- Dit is de weg die God al vanaf het begin voor de mens had, zoals o.a. zichtbaar wordt door Abraham (Romeinen 4). Dat is de weg die geldt voor Jood en heiden, dat is het Evangelie dat beschikbaar is voor alle mensen (Romeinen 1:16).
- Maar dat Evangelie vraagt iets heel anders dan wat de mens zelf voor elkaar kan krijgen. Dit vraagt niet om eigen werken, maar om overgave. Dit vraagt geen eigen creativiteit, dit vraagt om leven uit geloof.
Paulus weet dit, hij heeft dit zelf ondervonden. Hij weet wat Israël nodig heeft, hij weet wat alle mensen nodig hebben. Hij laat (v1) specifiek zien dat zijn hart ook uitgaat naar zijn landgenoten, naar Israël. Zijn hart en gebed zijn “gericht op hun zaligheid.”
- Hij weet dat God Zichzelf aan Israël moet openbaren, dat Hij hen moet laten zien Wie Hij is en dat Jezus de Messias is. Hij weet dat ze het Evangelie moeten horen (Romeinen 10:17), zodat ze dan kunnen kiezen om te geloven. En hij weet vooral dat hij moet bidden.
God moet een wonder doen, namelijk mensen tot Zichzelf trekken (Johannes 6:44). Hij weet dat Jood en heiden Jezus Christus nodig hebben, Zijn Evangelie in geloof moeten accepteren, i.p.v. hun eigen ijver als basis hebben (v2). Ze werken hard om redding te verdienen, maar dat is niet Gods plan.
- En zo zijn er veel christenen die niet doorhebben dat het Evangelie uit geloof is. Te vaak vallen christenen terug op hetzelfde waar Paulus de kerk nu voor waarschuwt: werken voor je redding. Te vaak willen we een “eigen gerechtigheid tot stand” brengen (v3).
- Dat is een probleem, want “eigen gerechtigheid” vs “de gerechtigheid van God” is altijd een verliespartij voor de “eigen gerechtigheid”. Er zal geen moment komen dat we opeens zelf rechtvaardig kunnen worden voor God; ook Gods volk kan dat niet.
Paulus wil dat we doorhebben, dat Israël doorheeft, dat ze “de gerechtigheid van God” nodig hebben. Gods trouw naar Zijn volk (Romeinen 9-11) is duidelijk; Hij en is blijft de God van Israël. Tegelijk is het zo dat Hij als God van Israël wil dat allen tot bekering komen (1 Timotheüs 2:4).
- Hij heeft ook de weg naar redding duidelijk gemaakt, voor Jood en heiden. Dat is niet via eigen werken, dat is niet via het houden van de wet. God maakt, o.a. door de hele Romeinen brief, duidelijk dat Hij wil dat redding via geloof is. Hij wil dat we leren leven uit geloof.
Galaten 2:16 “weten dat een mens niet gerechtvaardigd wordt uit werken van de wet, maar door het geloof in Jezus Christus. En ook wij zijn in Christus Jezus gaan geloven, opdat wij gerechtvaardigd zouden worden uit het geloof van Christus en niet uit werken van de wet. Immers, uit werken van de wet wordt geen vlees gerechtvaardigd.”
Het probleem voor de Joden, dat Paulus aansnijdt in v3, is dat ze deze “gerechtigheid van God niet kennen”. Ze weten niet dat dit de weg is, ze zitten vast in hun eigen denken over hoe recht voor God te kunnen staan. In Zijn trouw aan Zijn volk, blijft God hen wijzen op de enige weg naar redding.
- In Zijn trouw aan Zijn volk wil Hij dat heel Zijn volk tot het inzicht komt dat redding door geloof in Jezus Christus is. Dat is ook waarom Paulus steeds éérst naar de synagoge ging in een stad, om daarna pas naar de heidenen te gaan.
- Net als God heeft Paulus een hart voor de Joden. Tegelijk heeft hij een hart voor de niet-Joden, omdat hij wil dat allen tot bekering komen. Dat is namelijk ook het hart van onze liefdevolle Vader.
Dat hart zien we terugkomen in v1-3, een hart voor de verlorenen, een hart voor de mens die geloof nodig heeft. Paulus wil dat wij allen leren leven op Gods manier, namelijk een leven o.b.v. afhankelijk geloof, i.p.v. eigen werken.
- Paulus geeft in dit gedeelte 3 dingen aan die in de weg zitten van leven uit geloof: 1) het “niet kennen” van de gerechtigheid van God, 2) “eigen gerechtigheid tot stand proberen te brengen”, en 3) niet onderwerpen aan Gods gerechtigheid.
- Alle 3 zitten Israël in de weg, dit zit allen in de weg die nog niet geloven. Dit is wat er moet veranderen door te geloven in Jezus Christus, dit is wat overgegeven moet worden aan God. Geloof is het verschil, niet een werk.
Romeinen 3:28 “Wij komen dus tot de slotsom dat de mens door het geloof gerechtvaardigd wordt zonder werken van de wet.”
De 3 genoemde zaken zitten, hoewel je dat misschien niet verwacht, ook christenen in de weg. Dit zijn namelijk dingen waar Satan ons nog steeds graag op aanvalt. Hij weet dat dit dingen zijn waar we gevoelig voor zijn als mensen, dus weet hij dat hij ons daar kan pakken.
- “de gerechtigheid van God niet kennen”
- Nog-niet gelovige
De nog-niet-gelovige Jood/heiden kent vaak de gerechtigheid van God niet. Tegenwoordig geloven mensen bijna allemaal dat zij zelf goed zijn. Als jij goed bent en je misschien alleen af en toe verkeerde dingen doet, waarom heb je dan een redder nodig? Men wil niet meer geloven dat ze zondaren zijn.
- En toch is dat fundamenteel voor een juist zelfbeeld (Romeinen 3:23); je moet dit geloven om je noodzaak voor een Redder te zien. Satan heeft dit heel handig uit het standaard denken van de wereld gesloopt; hij heeft dat vervangen door de leugen dat de mens goed is.
- Kijk maar om je heen naar oorlogen, misdaden, misstanden in de samenleving. Uit onszelf zijn we geneigd om te zondigen, om misbruik te maken van een ander, om te pakken wat wij willen, ook als dat ten koste gaat van een ander.
Men wil niet weten dat er redding nodig is, dat Jezus die Redder is en dat geloof in Hem redt. Men gelooft in niks, vindt dat men geen redder nodig heeft, wil zichzelf redden, etc. En in dat alles klopt Paulus’ conclusie: zij kennen “de gerechtigheid van God niet”.
- Net als Paulus horen wij Gods hart te hebben voor de wereld, horen we te verlangen naar hun redding. We horen te bidden en te smeken, we horen God te vragen hoe Hij ons wil gebruiken richting de wereld. Als dat (nog) niet jouw hart is, vraag God jou hierin te veranderen.
- Christen
Te vaak weten we wel dat we gered zijn door geloof, maar leven we alsof we het vergeten zijn. Te vaak vergeten we dat we Gods genade ontvangen hebben en dat we daardoor leven. Genade is wat de boventoon hoort te voeren in het leven van de christen, zowel in ontvangen als geven.
- Genade is ‘iets wel ontvangen wat je niet verdient’; het is nog zoveel meer dan dat, maar voor redding is dat belangrijk. Ondanks dat Gods genade er is, en dat dat ons gered heeft, leven we alsof we het toch weer moeten verdienen.
De gerechtigheid van God is puur uit onverdiende liefde. Wij mogen leren leven op basis van die genade, i.p.v. eigen kunnen. We mogen leren kennen hoe zeer wij tekort schieten, hoe zeer wij Jezus nodig hebben. En niet leven alsof er niks veranderd is, alsof wij alsnog alles zelf moeten doen.
- “eigen gerechtigheid tot stand proberen te brengen”
In de wereld moet je ‘een goed mens zijn’, kan je een andere religie hebben, ‘lief zijn voor elkaar’, etc. En dat zou je dan ‘goed genoeg’ maken voor de hemel. Dat is hoe men denkt, dat is hoe Satan de wereld beïnvloed heeft. Men ziet niet meer dat Gods standaard veel hoger is.
Daarmee is men bezig een eigen gerechtigheid tot stand te brengen, terwijl dat totaal niet is zoals God het bedoeld heeft. Hij wil dat we inzien dat we tekort schieten en dat we het nooit kunnen verdienen om bij Hem te zijn. En dat is waarom Hij Jezus gaf, om voor onze zonde te sterven.
Het is een zware last om zelf goed genoeg te moeten zijn. Het is helemaal erg als je leeft alsof er niks is, want dan leef je bedrogen. Er is leven na de dood, uit jezelf schieten we allemaal tekort voor de hemel; je hebt Jezus’ offer aan het kruis nodig. Bekeer je, geloof in Jezus en je bent gered.
Welke dingen doe jij voor God om Zijn liefde te verdienen? Welke dingen doe jij ‘voor God’ omdat je anders bang bent dat je niet goed genoeg bent? Satan heeft zoveel onzekerheid de kerk in gekregen, zoveel onbegrip over Wie God is en hoe Hij redt.
Galaten 3:1-2 “O dwaze Galaten, wie heeft u betoverd om de waarheid niet te gehoorzamen; u voor wie Jezus Christus eerder voor ogen is geschilderd alsof Hij onder u gekruisigd was? Dit alleen wil ik van u vernemen: Hebt u de Geest ontvangen uit de werken van de wet, of uit de prediking van het geloof? Bent u zo dwaas? U die met de Geest begonnen bent, gaat u nu eindigen met het vlees?”
Guzik: “Onder de wet zijn we gezegend en groeien we geestelijk door dingen te verdienen en waardig zijn. Onder genade, worden we gezegend en groeien we geestelijk door geloven en ontvangen. God gaat met ons om o.b.v. het verbond van genade; we moeten niet reageren o.b.v. principes van de wet.”
Dat is niet hoe we mogen leven als Gods kinderen; we mogen leven onder volledige acceptatie door het kruis van Jezus. Niet om wie jij bent, maar om Wie Hij is. Dat is de reden van jouw redding, van Gods genade; niet wat jij kan.
Galaten 2:20 “Ik ben met Christus gekruisigd; en niet meer ik leef, maar Christus leeft in mij; en voor zover ik nu in het vlees leef, leef ik door het geloof in de Zoon van God, Die mij heeft liefgehad en Zichzelf voor mij heeft overgegeven.”
Vraag aan God of jij wel echt leeft naar Zijn gerechtigheid, naar wat Hij voor jou gedaan en aan jou gegeven heeft. Vraag Hem om of Hij jou terug wil brengen bij het leven uit geloof, bij Zijn gerechtigheid. Dat is namelijk wat je redding gegeven heeft, dat is waarin je mag leren volharden.
- Niet onderwerpen “aan de gerechtigheid van God”
- Nog-niet gelovige
De wereld wil zich niet onderwerpen aan God. Dat is heel duidelijk zichtbaar om ons heen; dat zie je aan hoe mensen leven, hoe ze reageren op Gods Woord, etc. De wereld wil zich niet onderwerpen aan Gods gerechtigheid, namelijk geloof in Jezus Christus als Zoon van God (Johannes 20:31).
- Het idee dat dat geloof vereist dat je erkent dat je een zondaar bent, dat je vergeving nodig hebt, dat je hulp van een ander nodig hebt. Al die dingen wil de wereld niet; men wil zelf goed genoeg zijn, zelf genoeg zijn, niet tekort schieten.
Dat is ook precies wat de Joden afwezen, ze denken (nog steeds) zelf Gods acceptatie te kunnen verdienen door de wet te houden. Ze zien niet dat de wet ons op Jezus wijst (v4), op onze noodzaak voor een Redder, voor geloof in Jezus Christus.
- De Jood onderwerpt zich niet aan Jezus, want ‘Hij was een valse Jood’, ‘Hij hield Zich niet aan Gods wetten’, etc. Jood en heiden hebben allerlei redenen om Jezus af te wijzen, waarmee ze allerlei redenen verzinnen om Gods gerechtigheid af te wijzen.
Laten we bidden voor Jood en heiden, zoals Paulus dat deed, beide hebben Gods gerechtigheid nodig. Beide hebben het nodig om te zien Wie God is, wie ze zelf zijn en om zich te bekeren en in Jezus te geloven. Dat is de enige weg naar eeuwig leven, naar God.
- Christen
In hoeverre onderwerp jij je echt aan Gods manier van gerechtigheid? Leef jij dat je zelf tekort schiet, dat je Jezus nodig hebt en nu anders wil leven? Leef jij nu naar Gods standaard, puur o.b.v. Gods werk in jouw leven? Of doe je dingen anders dan God je het gegeven heeft?
2 Korinthe 12:9 “Maar Hij heeft tegen mij gezegd: Mijn genade is voor u genoeg, want Mijn kracht wordt in zwakheid volbracht. Daarom zal ik veel liever roemen in mijn zwakheden, opdat de kracht van Christus in mij komt wonen.”
- Dit is Gods manier, leven vanuit genade. Redding is uit genade; de rest van ons leven hoort daarna gebouwd te zijn op genade. Maar dit is zoveel moeilijker dan het klinkt, dit gaat lijnrecht in tegen alles dat de wereld ons leert.
- En dat is precies waar wij als christenen ons moeten leren onderwerpen aan Gods gerechtigheid. We hebben het nodig om op Zijn manier te leven, omdat dat de enige manier is die goed voor ons is.
We verzanden heel snel in ‘een beetje van God en een beetje van mijzelf’, dingen zelf willen doen, zelf situaties willen oplossen, etc. Dan stappen we af van de manier waarop we gered zijn: door genade, uit geloof. Leven uit geloof is iets anders dan leven zoals de wereld dat kent.
- Gods gerechtigheid is er voor iedereen, maar wordt alleen aangenomen in geloof. We verdienen dit niet, we hebben hier geen recht op. En toch geeft God ons dit, in Zijn geweldige genade. Dat is niet het ‘zelf verdienen’, ‘voor jezelf opkomen’, ‘sterk zijn’ van de wereld.
De wereld leert ons dat wij goed genoeg zijn, dat we eigenlijk van binnen goed zijn. Gods gerechtigheid leert ons dat we zondaren zijn die redding nodig hebben. Als christen ben je een geredde zondaar, die nog steeds Gods hulp, Gods leiding, Gods genade nodig heeft. Je kan niet zonder.
De Joden probeerden de wet te houden en daarmee hun redding te verdienen. Door hun ongeloof, door hun verhardde harten (Hebreeën 4) zagen ze niet in dat Jezus de Redder was, dat de wet hen op Christus wees (Galaten 3:24). Ze mistten het hele doel van de wet.
- Door het doel van de wet te missen, mistten ze ook Gods gerechtigheid (v3-4). En dat is het probleem dat Paulus aanwijst. Dat is het issue waar wij in ons hart mee geconfronteerd moeten worden; leven we nog naar Gods manier van gerechtigheid ontvangen?
- Of zijn we verzand in dezelfde situatie als de Joden, namelijk het zelf willen verdienen van gerechtigheid? Het voelt namelijk veel makkelijker om hard te werken en daarvoor beloond te worden, dan om genade te ontvangen, waar je geen invloed op hebt.
Guzik: “Velen van ons denken dat echte christelijke volwassenheid is dat we op een plek komen waar we meer ‘onafhankelijk’ worden van God. Het idee is dat we alles zo goed op orde hebben, dat we niet meer dag aan dag, moment op moment op God hoeven te leunen. Dat is geen volwassen christen-zijn. God gaf Paulus bewust slopende omstandigheden, zodat hij in constante, totale afhankelijkheid van Gods genade en Gods kracht moest leven.”
Wat jij gelooft over gerechtigheid, bepaalt hoe jij leeft. Als jij gelooft in Gods manier van gerechtigheid, zal je ook op Gods manier leven. Als jij gelooft dat je op een dag zelf sterk genoeg bent, dan zal je ook Gods manier van gerechtigheid gaan ontgroeien.
- Christen, blijf ajb afhankelijk van God, blijf jezelf terugwerpen op Zijn genade. Bid dat je zal leren om te leven vanuit genade, vanuit geloof. Bid dat je Hem beter zal leren kennen en zal zien dat Hij betrouwbaar is.
- Laat dit ook jouw getuigenis naar de wereld zijn, niet dat jij sterk genoeg bent, maar dat Hij genoeg is. Paulus leerde dat Zijn genade genoeg is, dat is wat voor hem belangrijk was. In elke situatie was God genoeg; daar kon hij op terugvallen.
Het leven van een christen is een leven van totale afhankelijkheid van God. Begrijp me niet verkeerd, we moeten van alles doen, dingen die passen bij het zijn van een christen. We mogen leren om actief te zijn, om dingen te doen, maar in dat doen afhankelijk te zijn van God.
- Het liefhebben van je naaste is iets dat je moet gaan doen; je mag dan Gods leiding vragen in het doen daarvan. Getuigen naar de wereld om je heen is iets dat je moet gaan doen; God wil je leiden en kracht geven wanneer je dit gaat doen.
- Je man of vrouw liefhebben zoals God het wil, opvoeding, je werk, bediening, etc. allemaal dingen waar we mee bezig zijn. En we horen bezig te zijn; maar we horen bezig te zijn vanuit genade, vanuit Gods manier van denken.
Gods gerechtigheid, Zijn manier van gerechtigheid, hoort te bepalen hoe we leven. Als we echt overtuigd zijn door Zijn gerechtigheid, hoort dat ons hele leven te sturen. Het hoort ons totaal afhankelijk te maken van God, van Zijn genade, van geloof, van Wie Hij is.
Als jij nog niet gelooft is dit ook voor jou beschikbaar. Je mag leven o.b.v. Wie God is. De God Die Zichzelf voor jou gaf, Die oneindig veel van jou houdt. Dat is de God Die naar de aarde kwam om jouw en mijn zonde te dragen. Geloof in Hem, bekeer je van je zonde, vraag vergeving en je bent gered.
Christen, in hoeverre geloof jij écht in Gods manier van gerechtigheid?
- Ken jij Gods gerechtigheid, zowel theoretisch als praktisch?
- Probeer jij eigen gerechtigheid voor elkaar te krijgen? Of leef je volledig onder de rust van Gods accepterende liefde en genade?
- Onderwerp jij je aan Gods genade, aan Gods manier van gerechtigheid?
Efeze 2:8-9 “Want uit genade bent u zalig geworden, door het geloof, en dat niet uit u, het is de gave van God; niet uit werken, opdat niemand zou roemen.”