1. In het vorige gedeelte kwamen de twee vrienden van J.de Doper naar Jezus toe om namens J.de. Doper de vraag aan Jezus te stellen, maar nu deze twee weggingen, richt Jezus Zich tot de menigte.

Vers 7 – “⁷Toen dezen weggingen, begon Jezus tegen de menig-te te zeggen over Johannes: Waar bent u in de woestijn naar gaan kijken? Naar een riet dat door de wind heen en weer bewo-gen wordt?”

1. In Mattheüs 3 lazen wij dat mensen uit heel Jeruzalem, heel Judea en heel het land rondom de Jordaan naar J.de Doper toe gingen, die in de woestijn van Judea predikte en die in de Jor-daan de mensen doopte.
   1. En hier in vers 7 vraagt Jezus aan déze mensen waarom zij zo’n verre reis naar de woestijn gemaakt hadden. Zijn zij naar de woestijn gegaan om naar een riet te kijken die door de wind heen en weer geslingerd werd?
   2. Jezus gebruikt hier beeldspraak. Een riet dat door de wind heen en weer bewogen wordt spreekt van iemand die wispel-turig is, iemand die continu van gedachten, overtuiging en positie veranderd.
      1. Dus, de vraag is: zijn jullie naar de woestijn toe gegaan om naar een wispelturig mens te kijken; om naar een on-bestendig mens te luisteren?
         1. Dit is een retorische vraag, maar het antwoord hierop is: nee, natuurlijk niet!
      2. Lukas 1:5-17
         1. God had heel veel voor J.de Doper in petto. En als je de roeping van God op zijn leven bestudeert, als je het leven en de bediening van J.de Doper volgt, dan zal je zien dat J.de Doper absoluut geen wispelturig of onbestendig mens was.
         2. Nou, behalve het feit dat hij op een gegeven moment twijfelde over Jezus, heeft J.de Doper zijn leven en zijn bediening tot in de kleinste detail naar Gods wil en weg uitgevoerd.
            1. Hij was standvastig! Hij was vol vuur van de dingen van God. Hij wist wie hij was, hij was zeker van zijn plaats hier op aarde, hij was zeker van zichelf en hij was zeker van de enige echte God, die hem geroepen en gekozen had.

“Waar bent u in de woestijn naar gaan kijken? Naar een riet dat door de wind heen en weer bewogen wordt?” Nee dus! Vers 8 – “⁸Maar waar bent u dan naar gaan kijken? Naar iemand in kostbare kleding gekleed? Zie, zij die kostbare kleding dragen, zijn in de huizen van de koningen.”

1. Volgens Mattheüs 3:4 had J.de Doper kleding van kameelhaar. Dit is niet de luxe kameelhaarkleding die vandaag de dag te krijgen is, maar het was eigenlijk een lap kameelvacht. Het was ruw en zwaar en niet comfortabel.
   1. de Doper was een Nazireeër. Dit betekende dat hij aan God een gelofte had gedaan om zich geheel aan God te wij-den.
      1. Een Nazireeër dronk geen wijn of sterke drank waar-door hij sowieso alle feestjes en etentjes had moeten voorbijgaan.
      2. Hij mocht zijn haar niet knippen of kammen, dus had waarschijnlijk super lange dreadlocks.

• Hij mocht niet in aanraking komen met de doden; hij mocht zelfs niet onder één dak zijn waar een dode was.
  18. In bijbelse tijden namen verschillende mensen deze gelofte af, maar dan alleen voor een periode van enkele weken. Bijv. de apostel Paulus had dit gedaan in Handelingen 18:18.
  19. Maar J.de Doper was zijn leven lang een Naziree-ër. De enige andere twee mannen in de Bijbel die le-venslang Nazireeër waren, waren de richter Simson en de profeet Samuël.

1. Nu, al met al was J.de Doper, zacht uitgedrukt een buiten-beentje.
   1. Hij ging dwars tegen alle trends in, hij ging dwars tegen alle religieuze normen en tradities in; sterker nog, zijn hele levenswijze protesteerde tegen de schijnheiligheid van de religieuze leiders van Israël.
   2. Hij verloochende zichzelf. Hij onthield zich van de luxe van het leven, zijn voedsel was sprinkhanen en wilde ho-ning.
      1. Dus nee, de mensen aan wie Jezus de vraag stelt waren niet op zoek gegaan naar iemand in kostbare kleding gekleed.

Vers 9-10 – “⁹Maar waar bent u dan naar gaan kijken? Naar een profeet? Ja, Ik zeg u, zelfs naar veel meer dan een profeet. ¹⁰Want hij is het over wie geschreven staat: Zie, Ik zend Mijn engel voor Uw aangezicht, die voor U uit Uw weg gereed zal maken.”

1. de Doper was de laatste van de Oud Testamentische profe-ten. En hier zegt Jezus dat J.de Doper zelfs veel meer was dan alleen een profeet.
   1. En de reden waarom Jezus hem veel meer dan een profeet noemt is omdat J.de Doper, zélf, de vervulling van een Bijbel-se profetie is.
      1. Zo’n 700 jaar voor de geboorte van J.de Doper sprak God d.m.v. de profeet Jesaja over de bediening van J.d Doper.
         1. Jesaja 40:3 – “Een stem van iemand die roept in de woestijn: ‘Bereid de weg van de HEERE, maak recht in de wildernis een gebaande weg voor onze God’.”
      2. Zo’n 425 jaar voor de geboorte van J.de Doper sprak God d.m.v. de profeet Maleachi over de komst en de taak van J.de Doper.
         1. Maleachi 3:1 – “Zie, Ik zend Mijn engel (bode), die voor Mij de weg bereiden zal.” Dit is de tekst die Jezus in vers 10 aanhaalt.

Dus, ja, J.de Doper was een echte, door God uitgezonden profeet die namens God sprak, maar hij was meer dan dat omdat hij, net zoals Jezus Christus, de vervulling van Bijbelse profetie was. Vers 11 – “¹¹Voorwaar, Ik zeg u: Onder hen die uit vrouwen ge-boren zijn, is niemand opgestaan die groter is dan Johannes de Doper; maar wie de minste is in het Koninkrijk der hemelen, is groter dan hij.”

1. Jezus zegt hier dat vanaf de schepping van de mens in Genesis 2, tot op dat moment, er geen enkel mens is geweest die gro-ter is dan J.de Doper. Groter in de zin van belang en rang. Dat is nogal wat!
   1. Jezus zegt dus dat J.de Doper groter is in belang en rang dan Adam, dan Noach, dan Abraham, Izak en Jacob, groter dan Joseph, groter dan Mozes, dan Koning David en Koning Salomo. Groter dan alle grote profeten van het O.T.
   2. Wat J.de Doper groter maakte dan alle andere groten uit de Bijbel was zijn plaats in de geschiedenis van de mens én zijn taak.
   3. Vanaf Genesis 3 tot de tijd van J.de Doper wees het gehele O.T. naar de komst van de Messias, Jezus Christus.
      1. In Johannes 5:39 sprak Jezus tot de Joden die Hem wil-de doden en zei: “U onderzoekt de Schriften (het O.T.), want u denkt daardoor eeuwig leven te hebben, en die zijn het die van Mij getuigen.”
         1. Jezus zegt hier tegen de Joden dat ondanks dat zij zich zo bezig houden met het bestuderen van het O.T., zij de plank compleet mis slaan. Want degenen van wie het O.T. getuigd, degene naar wie het O.T. wijst, willen zij vermoorden.
      2. In Hebreeën 10:7 staat: “…in de boekrol is over Mij geschreven – om Uw wil te doen, o God.”
         1. Jezus zegt hier expliciet dat het gehele O.T. om Hem draait.

• Dus, alhoewel Adam, Abraham, Izak en Jacob, Koning David en alle profeten een essentiële rol hebben gespeeld in het voorbereidend werk van de komst van Jezus, is en blijft J.de Doper de grootste van allen.

1. Omdat terwijl alles en iedereen in het O.T. uitriep dat Jezus zou komen, is J.de Doper de bevoorrechte bode oftewel de heraut, die zegt: Mensen, de langverwachte Koning, de Messias, Jezus Christus is er! Hij is eindelijk hier!!!

1. Vanuit Gods oogpunt, is J.de Doper menselijkerwijs de al-lergrootste! Misschien ben je het hier niet mee eens omdat voor jou iemand anders de allergrootste is:
   1. Misschien is voor jou Michael Jordan de allergrootste, of Steve Jobs, Michael Schumacher, of Phil Heath (Mr. Olympia) of misschien Arjen Robben of een andere voetbal held die tientallen miljoen euro’s per jaar binnenhaalt.
      1. Hoe dan ook, het allerbelangrijkste dat Jezus in dit gedeelte zegt heeft niets te maken met de grootheid van J.de Doper, of de grootheid van welk ander mens dan ook, maar het heeft te maken met de minste, de geringste in het koninkrijk der hemelen.
   2. Vers 11 – “Voorwaar, Ik zeg u: Onder hen die uit vrouwen geboren zijn, is niemand opgestaan die groter is dan Johannes de Doper; maar wie de minste is in het Koninkrijk der heme-len, is groter dan hij.”
      1. Jezus zegt hier dat wie je ook maar in deze wereld bent; hetzij de rijkste, de meest succesvolle, de meest invloedrijke, de grootste; de minste in het koninkrijk van God is groter.
         1. Wat je in dit leven allemaal bereikt hebt, een geweldig leven, wereldse succes met alle praal en pracht, status, rijkdom, aanzien, enz.; in Gods economie wegen al deze dingen niet op tegen zelfs de minste, geringste wederge-boren christen in het koninkrijk van God.
      2. Al ben je een Steve Jobs of een Bill Gates; als je Gods redding en Gods verlossing verworpen hebt door Jezus Chris-tus te verwerpen, dan blijft de toorn van God op jou rusten.
         1. Johannes 3:16-18 – “¹⁶Want zo lief heeft God de we-reld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft. ¹⁷Want God heeft Zijn Zoon niet in de wereld gezonden opdat Hij de wereld zou veroordelen, maar opdat de wereld door Hem behouden zou worden. ¹⁸Wie in Hem gelooft, wordt niet veroordeeld, maar wie niet gelooft, is al veroordeeld, omdat hij niet geloofd heeft in de Naam van de eniggeboren Zoon van God.”

“³⁶Wie in de Zoon gelooft, heeft eeuwig leven, maar wie de Zoon ongehoorzaam is, zal het leven niet zien, maar de toorn van God blijft op hem.”

1. 1 Johannes 5:12 – “Wie de Zoon heeft, heeft het leven; wie de Zoon van God niet heeft, heeft het leven niet.”
   1. Het is dus heel simpel; geen enkele wereldse prestatie zal de mens in staat stellen om een relatie met God aan te kunnen gaan.
   2. Alleen door het geloven in en navolgen van Jezus vinden wij de weg tot het leven en krijgen wij een per-soonlijke relatie met God.
      1. Jezus zei: “Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot de Vader dan door Mij.”
         • God wil een persoonlijke, intieme relatie met de jou aangaan. Hij heeft een plan voor jou, Hij heeft een doel met jouw leven.
         • En daarom is zelfs de minste, geringste wedergeboren christen groter in belang en rang dan zelfs de grootste wereldling die Jezus Christus verwerpt.

• Als echte christen ben ik in Gods ogen groter in belang en rang, omdat ik door mijn geloof in Jezus, met God verzoend ben.
  7. God en ik hebben een Vader-zoon relatie; wij gaan met elkaar om, Hij leert mij Zijn wegen, Hij beschermt mij, Hij leidt mij, Hij zorgt voor mij. En ik kan altijd bij Hem terecht; 24/7.
  8. Ik ben van nature een zondaar, ik ben God ongehoorzaam geweest, ik heb tegen God gezondigd, en de Bijbel leert mij dat God, in alle rechtvaardigheid mijn zonde moet straffen. En de straf voor mijn zonde is de doodstraf.
     1. Maar, Jezus Christus is 2000 jaar geleden naar de aarde toe gekomen om mijn doodstraf op Zich te nemen. Hij is in mijn plaats geëxecuteerd!
        1. Ik ben door de kruisiging van Jezus vergeven van al mijn zonden. Ik ben met God verzoend waardoor ik nu een persoonlijke relatie met God heb waarin God met mijn leven tot Zijn doel wil komen.
           1. Ik ben door Jezus duur gekocht. Hij heeft mij met Zijn eigen bloed gekocht. En daarom ben ik voor Hem groter in belang en rang dan iemand die Jezus verworpen heeft.
        2. Als christen ben ik in Gods ogen groter dan de wereldling omdat ik voor eeuwig verzegeld ben; ik ben voor eeuwig Zijn eigendom geworden!
           1. Toen mijn dochters nog heel jong waren, vond ik dat zij de mooiste waren, de slimste, de liefste. Andere kinderen waren ook wel leuk, maar die van mij waren veel mooier, veel slimmer, veel liever.
           2. En dat heeft puur te maken met het feit dat zij van mij zijn. Het zijn MIJN dochters.
              1. En ik geloof dat God Zich ontzettend verblijd om het feit dat ik Zijn zoon ben; dat ik Hem toebehoor!
           3. En omdat ik Zijn eigendom ben geworden ben ik tegelijker-tijd een getuige van Jezus Christus geworden. Mijn leven dient nu om te getuigen van Jezus Christus, niets anders!
              1. Handelingen 1:8 zegt dat wanneer de H.Geest op mij komt, oftewel, wanneer ik gedoopt wordt met de H.Geest, ik een getuige van Jezus wordt.
                 1. w.z. dat mijn hele handel en wandel getuigt van wie Jezus Christus is.
                    1. Jezus Christus is liefde; als getuige zal mijn leven Zijn liefde uit dragen.
                    2. Jezus Christus is rechtvaardig; als getuige zal ik rechtvaardig zijn.
                    3. Jezus is genadig; als getuige zal ik niet alleen Zijn genade ontvangen, maar ik zal vooral gena-dig zijn jegens anderen.
                    4. Jezus is gekomen om het Evangelie, het Goe-de Nieuws te brengen; als getuige zal ik mij ge-heel inzetten om het Evangelie met iedereen te delen.
                       • Doordat ik vervuld ben met de H.Geest, ben ik voor God een vruchtdragend middel geworden.
                         • Ik ben nu een middel geworden waardoor God Zijn eigenschappen, Zijn karakter, Zijn wezen aan de ongelovige wereld én aan Zijn kerk kan laten zien.

1. Als christen ben ik in Gods ogen groter dan een wereld-ling omdat ik nu, door God in staat ben gesteld om het werk van Jezus Christus voort te zetten.
   1. Ik ben nu een arbeider in de oogst, ik ben nu een levende bouwsteen om Zijn gemeente te bouwen, ik ben nu een belangrijk onderdeel in het uitbreiden van Zijn koninkrijk.
      1. Kortom, als christen zijnde ben ik groter dan J.de Doper omdat God mij, door het Evangelie in staat heeft gesteld om veel meer voor Gods ko-ninkrijk te kunnen doen.
         • Natuurlijk is J.de Doper ook gered, maar in Gods ogen was hij kleiner omdat hij nog tot de beperkte tijdsbedeling van het O.T. hoorde.
      2. Mensen, wat zijn wij toch bevoorrecht!
         1. Door het bloed van Jezus ben ik geheel vergeven van al mijn zonden. Alle foute dingen die ik in het verleden gedaan heb, die ik vandaag doe en die ik in de toekomst zal doen zijn mij vergeven.
            1. God rekent mij mijn zonden niet toe. Doordat Jezus in mijn plaats gekruisigd is ben ik in Gods ogen 100% recht-vaardig geworden; vlekkeloos, zondeloos, onschuldig!
            2. En dan niet alleen onschuldig vanuit een juridisch oog-punt, maar God is bij machte om ook al mijn schuldge-voelens weg te nemen.
               1. Ik hoef niet meer rond te lopen met het gewicht van schuldgevoelens, van een kwaad geweten.
            3. Door het offer van Jezus Christus ben ik met God ver-zoend. Jezus heeft als bemiddelaar alles goed gemaakt tussen God en mij.
               1. Ik hoef me bij God niet te schamen; ik kan nu met alle vrijmoedigheid naar Hem toe gaan, op Zijn schoot klim-men, als het ware.
            4. Doordat het bloed van Jezus voor mij vloeide en omdat ik in Jezus geloof en Hem navolg, heb ik het eeuwig leven gekre-gen.
               1. En Jezus zegt dat het eeuwig leven betekent dat ik God persoonlijk zal leren kennen. Het eeuwig leven is niet al-leen een leven zonder einde, maar een hemelse kwaliteit van leven dat onbetaalbaar is.
            5. Wanneer wij, als wedergeboren christenen het Heilig Avond-maal gaan nuttigen, laten wij stilstaan bij de rijkdommen die wij in Jezus Christus hebben mogen ontvangen.
               1. Als je in Jezus Christus met heel je hart geloofd, neem deel aan het Heilig Avondmaal.
               2. Als je niet in Jezus Christus geloofd, als je Hem niet na-volgd, dan kan je vandaag nog de keus maken om jezelf over te geven aan Hem.

BIDDEN Mattheüs 26:26-28

1. Het nieuw verbond maakt dat ik in Gods ogen groter ben dan J.de Doper.
   1. Hoe weeg jij op tegen J.de Doper?

ZEGE