Romeinen 8:15- (4-7-2021)
Vorige week hebben we samen Romeinen 8:11-14 bekeken, waarin we gezien hebben dat iedereen die in Jezus Christus gelooft als Zoon van God, een van de kinderen van God is. De Heilige Geest woont in Zijn kinderen en leidt Zijn kinderen. Vandaag pakken we de studie op in Romeinen 8:15 en gaan we kijken naar ‘leven als een kind van God’.
v15 Aangenomen als Gods kind
In Romeinen 8 is Paulus de christenen in Rome aan het uitleggen over heiliging, het proces van meer op Jezus Christus gaan lijken. Specifiek gaat het om heiliging vanuit Gods perspectief, waarbij God aan het laten zien is wat het heiligingsproces volgens Hem allemaal doet.
- Paulus praat hier tegen christenen met een Joodse achtergrond, de groep mensen die er op dat moment in Rome waren. God had Israël al lang geleden aangenomen als Zijn volk, Hij koos hen uit. Aangezien God niet verandert (Maleachi 3:6), is er een parallel met wat Paulus zegt.
Deuteronomium 7:6-8 “Want u bent een heilig volk voor de HEERE, uw God. De HEERE, uw God, heeft ú uitgekozen uit alle volken op de aardbodem om voor Hem tot een volk te zijn dat Zijn persoonlijk eigendom is. Niet omdat u groter was dan al de andere volken heeft de HEERE liefde voor u opgevat en u uitgekozen, want u was het kleinste van al de volken. Maar vanwege de liefde van de HEERE voor u, en om de eed die Hij uw vaderen gezworen had, in acht te houden, heeft de HEERE u met sterke hand uitgeleid en heeft Hij u verlost uit het slavenhuis, uit de hand van de farao, de koning van Egypte.”
Zeker mensen met een Joodse achtergrond zijn bekend met het idee dat God mensen uitkiest, aanneemt. God had Israël aangenomen als Zijn volk, om heilig voor Hem te zijn. De reden die God geeft, is heel belangrijk: “vanwege de liefde van de HEERE voor u” en de eden aan voorouders.
- Het eerste punt hier is Gods liefde; Zijn liefde zet Hem aan tot het uitkiezen en aannemen van mensen. En Hij doet dit ook om trouw te zijn aan wat Hij al eerder beloofd had. Gods liefde en Gods trouw zijn de reden dat Israël gekozen was.
Hebreeën 13:8 “Jezus Christus is gisteren en heden Dezelfde en tot in eeuwigheid.”
Gods liefde en Gods trouw zijn daarmee niet veranderd; het object, het doelwit, van Zijn liefde en trouw zijn deels veranderd. Israël is en blijft Gods volk, dat zal tot in alle eeuwigheid niet veranderen. Dat is o.a. waarom de kerk voor Israël hoort te bidden (Psalm 122).
- De kerk is daarbij gekomen, wij zijn onderdeel van het nieuwe verbond waar Jeremia 31:33 over spreekt. Dat nieuwe verbond, dat ingesteld wordt door Jezus (Lukas 22:20), is de reden dat degenen die in Jezus geloven, de kerk, aangenomen worden als kinderen van God.
- Ook hier laat Paulus zien dat wat de kerk gelooft niet iets ‘nieuws’ is, in de zin van niet te onderbouwen in het Woord. Datgene dat we geloven is gebouwd op het OT.
Paulus omschrijft het hier als “de Geest van aanneming tot kinderen”, dat is de Geest Die in ons woont. Dat is onderdeel van Zijn werk. Hij laat ons zien dat we aangenomen zijn als Gods kinderen, wat dat betekent, dat het echt waar is, dat het blijft, etc.
- Deze “Geest van aanneming” is een contrast met “de Geest van slavernij”. Het nieuwe verbond is geen slavernij, geloof in Jezus Christus levert geen gebondenheid op, het is juist aanneming tot Gods kind.
Paulus schetst dit contrast tussen vlees (v12-13) en Geest (v14-15). Toen we geleid werden door het vlees, was er geen liefde, acceptatie, etc. die er wel is in de Geest. Er was angst, onzekerheid, etc. Slavernij van zonde was jouw situatie, vóór geloof in Jezus. Dat is oneindig veel slechter dan nu.
- Er is geen ‘goede oude tijd’ voor de christen, als het over de periode vóór Christus gaat. Alles vóór Christus is minder dan alles na Christus. Er is geen slavernij meer voor de christen, er is juist vrijheid in Christus.
2 Korinthe 3:17 “De Heere nu is de Geest; en waar de Geest van de Heere is, daar is vrijheid.”
- Vrijheid van het juk van de zonde, van de druk van dingen zelf moeten verdienen. Vrijheid van liefde moeten verdienen, goed genoeg zijn, worstelen met zonde etc. Gods Geest geeft vrijheid.
Dat is de vrijheid die er is voor degenen die in Jezus geloven als Zoon van God, dat is het contrast dat Paulus schetst. Belangrijk in dat contrast, is het verschil tussen “slavernij” en “aanneming tot kinderen”; om dit te kunnen begrijpen, moeten we begrijpen in welke tijd Paulus dit schreef.
- In de Paulus’ tijd waren er heel veel slaven. Slaven waren bezit, hadden minder (tot geen) rechten, hadden geen erfenis, etc. Eigen kinderen hebben was voor slaven-eigenaren zeer belangrijk, kinderen zetten je naam voort, etc. Adoptie was daarom zeer gewoon.
Guzik: ““Onder ROmeinse adoptie veranderde het leven en positie van het geadopteerde kind volledig. De geadopteerde zoon verloor al zijn rechten bij zijn oude familie en kreeg alle nieuwe rechten in zijn nieuwe familie; het oude leven van de geadopteerde zoon was compleet weg, alle schulden waren weg, zodat niets vanuit zijn verleden nog gold.””
Dit is wat Paulus in zijn hoofd heeft, wanneer hij het over adoptie heeft, “de Geest van aanneming”. God neemt namelijk kinderen aan, die niet zomaar Zijn kind zijn. Door Zijn keuze om dat te doen, zien we veel over Gods hart.
- God kiest jou
God doet niks zomaar; “de Geest van aanneming” betekent dat God ervoor kiest om jou Zijn kind te maken. Hij kiest bewust voor jou, om van jou te houden. Het is geen toeval, geen foutje, o.i.d. dat jij Zijn kind bent. Hij wil dat jij Zijn kind bent en daar naar gaat leven.
- Laat de vijand je niet aanpraten dat jij er niet bij hoort; laat jouw gevoel dat je ‘minder bent’, ‘een mislukking’ bent, ‘er niet bij hoort’ jezelf niet beheersen. God kiest jou, dat is wat Zijn Woord zegt, dat is wat God Zelf over jou zegt.
Johannes 15:16 “Niet u hebt Mij uitverkoren, maar Ik heb u uitverkoren, en Ik heb u ertoe bestemd dat u zou heengaan en vrucht dragen, en dat uw vrucht zou blijven, opdat wat u ook maar van de Vader vraagt in Mijn Naam, Hij u dat geeft.”
- God houdt van jou
Er is niemand die God verplicht om jou te kiezen, Hij kiest jou, omdat Hij van jou houdt. Jij, God houdt van jou. Zijn liefde wordt duidelijk in Zijn kiezen, in Zijn offer (Romeinen 5:8), in Zijn geduld met jou (Numeri 14:18), in het feit dat Zijn barmhartigheid nieuw is elke morgen (Klaagliederen 3:22-24).
- God kan niet liegen (Numeri 23:19), daarom is dit een waarheid om aan te nemen en jezelf aan vast te houden. De vijand vindt het prachtig om jou hierop aan te vallen, om je te doen twijfelen aan Gods liefde, om je te laten voelen en denken dat dit niet op jou slaat.
- Niemand verdient Gods liefde, niemand is goed genoeg. En toch houdt God van jou. Toch kiest God ervoor om van jou te houden. Alleen omdat Hij God is, omdat Hij liefde is (1 Johannes 4).
Accepteer dat Hij van je houdt, omdat Hij God is. Vindt rust in de zekerheid dat Zijn liefde blijft en niet veranderd. Vertrouw Hem dat als Hij iets zegt, dat het ook echt waar is.
Jeremia 31:3 “Van verre tijden af is de HEERE aan mij verschenen: Met eeuwige liefde heb Ik u liefgehad, daarom heb Ik u getrokken met goedertierenheid.”
1 Johannes 4:10 “Hierin is de liefde, niet dat wij God liefgehad hebben, maar dat Hij ons heeft liefgehad en Zijn Zoon zond als verzoening voor onze zonden.”
- God geeft jou heel erg veel
In v17 gaan we zien dat we “erfgenamen van God en mede-erfgenamen met Christus” zijn. Dat is hoe God van ons houdt. We zijn gezegend, we ontvangen ongelofelijk veel van God. Hij zegent ons met meer dan dat we doorhebben.
- In Mattheüs 6 legt Jezus uit dat we niet bezorgd hoeven te zijn over eten, drinken, kleren, etc. Hij legt uit dat God voor ons zorgt, dat Hij weet en ziet wat we nodig hebben. Mattheüs 6:33 leert ons dat we eerst Gods koninkrijk moeten zoeken, en dat God voor onze noden zorgt.
- Efeze 1:3 wijst ons erop dat we gezegend zijn met alle geestelijke zegen; alles dat we geestelijk gezien nodig hebben is ons gegeven door God. Filippenzen 4:19 leert dat God ons in elke nood zal helpen en in alles zal voorzien.
- Het kan zo makkelijk zijn om je zorgen te maken over dingen, om te worstelen met dingen in je gedachten. Als kind van God mag je weten dat God je alles geeft dat je nodig hebt, wat meer is dan je ooit op zal maken.
Jeremia 17:7-8 “Gezegend is de man die op de HEERE vertrouwt, wiens vertrouwen de HEERE is. Hij zal zijn als een boom, die bij water geplant is, en die zijn wortels laat uitlopen bij een waterloop. Hij merkt het niet als er hitte komt, zijn blad blijft groen. Een jaar van droogte deert hem niet, en hij houdt niet op vrucht te dragen.”
- Jij mag van God leven als Zijn kind
Als je dan weet dat je gekozen, geliefd en gezegend bent, mag je van God ook echt leven als Zijn kind. Je mag leven wetende dat je eeuwige zekerheid hebt, dat er onvoorwaardelijke liefde voor je is. Je mag leven in de rust en zekerheid die er in God is.
- Ook dit is iets dat Satan graag wil roven uit je hart; hij wil graag dat je gaat twijfelen aan dingen, afgeleid bent, niet gefocust bent op Wie God is. Hij wil dat je je richt op vragen, twijfels, moeilijkheden, eigen gedachten en gevoelens, etc.
Juist als kind van God mag je leven als een kind van God. Dat betekent dat je staat op wat Zijn Woord zegt, vertrouwt op God boven alles. Je eigen gevoelens en gedachten breng je bij God, om Hem jou te laten leiden in die dingen. Leven als een kind van God is echt prachtig, geweldig, het beste dat er is.
1 Johannes 3:1 “Zie, hoe groot is de liefde die de Vader ons gegeven heeft: dat wij kinderen van God worden genoemd. Daarom kent de wereld ons niet, omdat zij Hem niet kent.”
Als kinderen van God mogen we “Abba, Vader” zeggen, we mogen altijd bij God komen als onze Papa. Hij staat altijd voor ons klaar, altijd voor ons open. Ook dat is leven als een kind van God. Dat is de liefdesrelatie die we met God mogen hebben, omdat Hij onze Abba, onze Papa is.
v16-17 Zekerheid
God kent ons en Hij kent de vijand. Hij weet dat als Hij beloftes doet als dat we Zijn kind zijn, dat de vijand daar graag mee aan de slag gaat. Onze eigen twijfels, moeite, slechte ervaringen, alles dat de vijand onze kant op slingert; al deze dingen kunnen ervoor zorgen dat we gaan twijfelen.
- Dat is waarom (v16), de Heilige Geest de Geest van zekerheid is. Hij “getuigt met onze geest”, dat we Gods kinderen zijn. God wil dat we zekerheid hebben, zekerheid dat we Zijn kind zijn, zodat we ook echt gaan leven als een kind van God.
Het Grieks wijst erop dat Hij niet de enige is Die getuigt, Hij “getuigt met onze geest”. Dat betekent dat God ons ook al overtuigd heeft van het feit dat we Zijn kinderen zijn, de Heilige Geest bevestigt dat in ons. Hij laat zien, Hij verlicht onze gedachten, Hij leidt ons door het Woord, om dit te geloven.
- Wij moeten ervoor kiezen om vast te houden aan deze zekerheid, om God te geloven en te vertrouwen dat Hij onze God is en wij Zijn kinderen. Dat is echt een keuze, zeker als je gevoel andere dingen zegt.
Hoe weet je dan zeker dat je Gods kind bent? Als de Geest van God in je aan het werk is. Als je anders denkt dan voorheen, namelijk o.b.v. de Bijbel (Romeinen 12:2); als de vrucht van de Geest in je aan het groeien is (Galaten 5:22). Dat is hoe de Geest ons zekerheid wil geven.
1 Johannes 5:11-13 “En dit is het getuigenis, namelijk dat God ons het eeuwige leven gegeven heeft; en dit leven is in Zijn Zoon. Wie de Zoon heeft, heeft het leven; wie de Zoon van God niet heeft, heeft het leven niet. Deze dingen heb ik geschreven aan u die gelooft in de Naam van de Zoon van God, opdat u weet dat u het eeuwige leven hebt en opdat u gelooft in de Naam van de Zoon van God.”
- Dit is de zekerheid die we mogen hebben in Christus, de rust die er mogelijk is in Hem. Het leven als een kind van God is een leven van zekerheid, van duidelijkheid over de eeuwige toekomst. En dat is iets waar de Geest ons in leidt.
- De vijand wil je graag aanpraten dat er geen zekerheid is, of in ieder geval niet voor jou. God zegt iets anders, de keuze is aan jou om niet achter je gevoel aan te gaan, maar om juist te staan op wat Gods Woord zegt.
Ook de erfenis (v17) waar Paulus het over heeft, is zeker en vast. We zijn “erfgenamen van God en mede-erfgenamen van Christus;”. Dat is iets geweldigs, dat is iets om naar uit te kijken. Tegelijkertijd is de vraag, wat is die erfenis dan? Waar kijken we naar uit?
- Het Grieks wijst op een wettelijk deel dat je krijgt, een deel dat je toegewezen wordt. Dat is natuurlijk prachtig, dat God vastlegt dat we iets krijgen, iets dat Hij ons toewijst. Ook dat laat weer zien dat het zijn van een kind van God echt een geweldige zegen is.
Maar dat zegt nog niet wat de erfenis precies is. Om te weten wat een woord betekent, kan het helpen om te kijken naar andere plekken waar hetzelfde woord voorkomt. Het gebruik van dat woord, in de andere context, kan helpen om te begrijpen wat er bedoeld wordt.
Kolossenzen 3:23-24 “En alles wat u doet, doe dat van harte, als voor de Heere en niet voor mensen, in de wetenschap dat u van de Heere als vergelding de erfenis zult ontvangen, want u dient de Heere Christus.”
- De Heere dienen leidt tot een erfenis, “als vergelding”. Dit is iets wat nog komen gaat, de vergelding krijgen we namelijk niet in dit leven, maar in het volgende. Tegelijkertijd moeten we niet denken dat we de erfenis verdienen, het is genade van God.
Kolossenzen 1:12 “Daarbij danken wij de Vader, Die ons bekwaam heeft gemaakt om deel te hebben aan de erfenis van de heiligen in het licht.”
- Het is een erfenis die we alleen krijgen, doordat de Vader ons bekwaam heeft gemaakt.
Galaten 5:21b “waarvan ik u voorzeg, zoals ik ook al eerder gezegd heb, dat wie zulke dingen doen, het Koninkrijk van God niet zullen beërven.”
- Dit is waar het duidelijk wordt; onze erfenis is het Koninkrijk van God, de eeuwigheid in de hemel.
Onze erfenis is de eeuwigheid met God doorbrengen, waar er totale perfectie is. De plek waar alles goed is, waar alles volledig om God draait. Dit is een plek van totale aanbidding voor God, waar niemand vervelend is, niemand elkaar in de weg loopt.
Openbaring 21:4 “En God zal alle tranen van hun ogen afwissen, en de dood zal er niet meer zijn; ook geen rouw, jammerklacht of moeite zal er meer zijn. Want de eerste dingen zijn voorbijgegaan.”
- Dat is de plek waar we naartoe mogen, de plek van onze erfenis. Dat is waar we van mogen genieten, doordat Jezus voor ons gestorven en opgestaan is. God gaf ons het recht om Zijn kind te worden (Johannes 1:12), Jezus’ dood gaf ons een erfenis.
- Leven als een kind van God betekent dat we een geweldige, hoopvolle toekomst hebben. We hebben ongelofelijk veel om naar uit te kijken.
Ook als het leven niet altijd makkelijk is. Paulus geeft aan dat we een erfenis hebben, “wanneer wij althans met Hem lijden,”. Jezus heeft veel geleden in deze wereld; al het ongeloof om Hem heen, alle straf voor onze zonde; Hij heeft meer meegemaakt dan wij doorhebben.
- Wij zullen ook lijden in dit leven, als Zijn kinderen zijn we niet meer dan onze Heere. We zullen gehaat worden door mensen, vanwege Jezus (Mattheüs 10:22). De vraag is hoe wij met dat lijden omgaan, als een kind van God? Rennen we met alles dat we meemaken naar God?
Het lijden heeft een doel, “opdat wij ook met Hem verheerlijkt worden.” Dat is wat God voor Zich ziet. Hij ziet ons lijden, maar Hij ziet vooral de eeuwigheid, de erfenis, die Zijn kinderen wacht. Leven als een kind van God is fantastisch, prachtig, het beste dat er is; tegelijkertijd is het soms zwaar.
- We mogen vooruit leren kijken, naar de eeuwigheid die er aan komt. De eeuwigheid met God, waarin we Hem mogen kennen zoals Hij is, waarbij we niet meer zullen denken aan de dingen die we hier hebben meegemaakt.
Dit alles is alleen mogelijk door Jezus’ offer aan het kruis. Redding, Gods kind zijn, leven als God kind; dit is alleen mogelijk door Jezus’ offer, voor jouw en mijn zonde. Dat is wat we vieren met Heilig Avondmaal, Jezus droeg onze straf. Jezus maakte het mogelijk om te leven als een kind van God.
- Als jij nog niet gelooft, nu is het moment om te kiezen. Je weet niet of je nog 5 jaar, 10 jaar, 5 minuten leeft; nu is het moment om te kiezen en te geloven. Geloof in Jezus en je mag leven als een kind van God.
- Geloof jij al in Jezus als Zoon van God? Dan is het avondmaal voor jou. Neem van de elementen en vier dat Jezus jouw straf droeg aan het kruis.
- Christen, besef je dat God jou kiest, van jou houdt, jou zegent en dat je mag leven als Zijn kind?
- Leef jij naar de zekerheid die er is in Christus, over jouw kind-zijn?
Psalm 36:6-10 “HEER, hoog als de hemel is uw liefde, tot in de wolken reikt uw trouw, uw gerechtigheid is als de machtige bergen, uw rechtvaardigheid als de wijde oceaan: u, HEER, bent de redder van mens en dier. Hoe kostbaar is uw liefde, God! In de schaduw van uw vleugels schuilen de mensen, zij laven zich aan de overvloed van uw huis, u lest hun dorst met een stroom van vreugden, want bij u is de bron van het leven, door úw licht zien wij licht.” (NBV)