Wij gaan verder met de preekserie Route 66 en we gaan vandaag kijken naar het Evangelie van Johannes.
Met Route 66 bekijken we elk Bijbelboek in vogelvlucht. We kijken o.a. naar de schrijver, waar het boek in grote lijnen over gaat, wie de hoofdrolspelers zijn, we kijken naar een aantal sleutelverzen, en last but not least, waar Jezus in het boek te vinden is, hetzij direct of indirect.
Het doel is 1) om eigen te maken wat God reeds aan ons gegeven heeft, de Bijbel, 2) om Jezus Christus te gaan kennen zoals de Bijbel Hem aan ons openbaart, en 3) om te leven zoals Hij het wil, naar Zijn voorbeeld.
Dit is niet alleen een realistisch doel voor degenen die God ernstig zoeken, het is ook nog eens wat God met ons wil. God heeft ons namelijk alles gegeven om dit doel te realiseren!
Petrus schrijft dat God ons alles gegeven heeft wat nodig is om Hem te kennen, én om te leven zoals God het wil. En wát God ons hiertoe gegeven heeft is de Bijbel en de Heilige Geest die ons helpt om de Bijbel te kunnen begrijpen, om God te leren kennen.
Maar dan moeten wij het Woord wel dagelijks tot ons nemen door het te lezen en het te bestuderen; het komt niet telepathisch bij ons binnen. Noem de 1e 43 Bijbelboeken
Inleiding
Tot nu toe hebben we in Mattheüs gezien dat Jezus de Messias, de Koning van de Joden is. Dit laat Mattheüs zien o.a. d.m.v. Jezus’ z’n kwalificaties vanuit het O.T.
Markus laat ons Jezus zien als de gehoorzame, en altijd werkende dienstknecht die de kracht van God telkens weer bewees door de werken die Jezus verrichte.
Lukas heeft ons Jezus laten zien als de mens die medelijden met de zwakheden van de mens heeft en altijd innerlijk met ontferming over de mensen bewogen is en dat Jezus als volledig mens afhankelijk was van de Heilige Geest en Zijn gebedsleven.
Johannes laat ons Jezus zien als de enige echte eeuwige God van de Bijbel, die als enige in staat is om de mensheid te redden van de zonde en de dood.
Johannes 3:16-20 – “16Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft. 17Want God heeft Zijn Zoon niet in de wereld gezonden opdat Hij de wereld zou veroordelen, maar opdat de wereld door Hem behouden zou worden. 18Wie in Hem gelooft, wordt niet veroordeeld, maar wie niet gelooft, is al veroordeeld, omdat hij niet geloofd heeft in de Naam van de eniggeboren Zoon van God. 19En dit is het oordeel, dat het licht in de wereld gekomen is, en de mensen hebben de duisternis liefgehad, meer dan het licht, want hun werken waren slecht. 20Want ieder die kwaad doet, haat het licht en komt niet tot het licht, opdat zijn werken niet ontmaskerd worden.”
Zoals de naam aangeeft is het Evangelie van Johannes door de apostel Johannes geschreven, ca. 60-90 n.Chr.
Johannes en zijn broer Jakobus waren de zonen van een zekere Zebedeüs. En voordat zij alles lieten vallen om Jezus na te volgen werkten zij samen met hun vader in zijn vissersbedrijf. Jezus noemde deze twee, zonen van de donder. Het waren blijkbaar een stelletje donderstenen.
In Lukas 9 staat dat toen Jezus en zijn discipelen in een dorpje van de Samaritanen kwamen, de mensen daar Jezus hadden verworpen.
Toen dit gebeurde vroegen Johannes en Jakobus of zij vuur uit de hemel moesten laten neerdalen op dit dorp. Waarop Jezus hen terecht bestrafte.
In tegenstelling tot Dr. Lukas was Johannes een arbeider, een visser. En dit is ook te merken in de eenvoudige bewoordingen van Johannes. Hij schreef het voor de doorsnee mens van alle klassen en kleuren.
Johannes wordt niet bij naam genoemd, maar hij verwijst wél naar zichzelf als de discipel die Jezus liefhad.
Ik vind dit heel mooi en ook erg gezond, want Jezus had Johannes lief. En ik denk dat als je voor 100% zeker weet dat Jezus jou liefheeft, je hele kijk op je leven verandert. Het verandert alles!
En natuurlijk had Jezus niet alleen Johannes lief, maar ook Petrus, die Hem verloochend had, en Jakobus en Mattheüs, enz. Zelfs Judas die Hem verraden had.
En hoewel Jezus ook anderen liefheeft, is de perceptie en de overtuiging dat Jezus jou persoonlijk onvoorwaardelijk liefheeft van levensbelang.
Jezus zei dat Hij gekomen was zodat de Zijne leven zou hebben, en overvloed. Maar als je niet voor 100% zeker bent dat Jezus onvoorwaardelijk van je houdt, zal je dit niveau van leven niet bereiken.
Want wanneer het leven tegenzit, wanneer je lijdt, wanneer je gesnoeid en geheiligd wordt, dan moet je er zeker van zijn dat dit gebeurt doordat Jezus, die onvoorwaardelijk van je houdt, die altijd het allerbeste voor jou voor ogen heeft, het in Zijn wijsheid en alwetendheid toe laat.
Als je die zekerheid niet hebt, dan ga je altijd in dit soort situaties twijfelen aan Jezus, aan je geloof, aan je redding, aan Zijn goedheid, aan Zijn liefde, aan Zijn trouw, enz.
Johannes snapte het! Hij was de discipel die Jezus lief had.
Johannes was samen met z’n broer Jakobus een van de eersten die door Jezus geroepen werd om Hem na te volgen. Ook werd Johannes, samen met Jakobus en Petrus de inner circle van de discipelen.
Het waren deze drie die met Jezus mee mochten toen Jezus het dochtertje van Jaïrus uit de dood opwekte. Het waren deze drie die Jezus verheerlijkt zagen worden toen Mozes en Elia verschenen op de berg. Jezus nam deze drie met Zich mee toen Hij naar Gethsémané ging om tot de Vader te bidden.
Johannes werd ná de geboorte van de kerk in Handelingen 2 ook een vooraanstaande leider in de kerk. Dit zien we o.a. in Handelingen 3, 4 en 8.
Nadat Herodes Agrippa I Jakobus, de broer van Johannes liet doden lezen we verder in Handelingen niets meer over Johannes.
Maar, Paulus noemt Johannes in Galaten 2:9 wel een steunpilaar van de kerk.
Johannes was overigens de laatste van de 12 apostelen die leefde. Volgens traditie werd hij in Efeze gearresteerd en in een bassin kokende olie gegooid. Maar hij werd op een wonderbaarlijke wijze verlost van de dood.
Daarna veroordeelden de autoriteiten Johannes tot slavenarbeid in de mijnen van het eiland Patmos waar hij een visioen van Jezus Christus kreeg en schreef hij het profetisch boek Openbaring.
Johannes werd later bevrijd, mogelijk vanwege zijn ouderdom, en hij keerde terug naar wat nu Turkije is. Hij stierf ergens na 98 n.Chr. als een oude man. Hij was de enige apostel die vreedzaam stierf.
Johannes schreef het Evangelie en de drie brieven 1, 2, en 3 Johannes. En tot slot van de canon van de Heilige Schrift, de Bijbel, schreef hij de Openbaring van Jezus Christus.
Johannes was ongetwijfeld een zwaargewicht in de eerste gemeente en dat is hij nog steeds.
Johannes schreef zijn Evangelie voor zowel gelovigen als niet-gelovigen. Zijn doel is om de kerk én de wereld een duidelijk beeld te geven van wie Jezus daadwerkelijk is.
Mattheüs en Lukas beginnen met de geboorte van Jezus, Markus begint met Zijn bediening. Maar Johannes begint nog veel eerder, hij gaat helemaal terug naar vóór de schepping. Zijn doel is om de Godheid van Jezus te laten zien.
Het Johannesevangelie is eerder een scriptie dan een biografie want hij probeert te bewijzen wie Christus is en hoe redding wordt ontvangen.
Johannes valt meteen al in 1:1 met de deur in huis en beweert dat Jezus God is, en hij benadrukt dit door het hele evangelie heen.
De eerste drie evangeliën benadrukken vooral wat Jezus onderwees en wat Jezus deed. Johannes benadrukt vooral wie Jezus is.
Johannes laat ons zien wie Jezus is door zeven tekenen (wonderen) van Jezus te benadrukken. Vijf van deze wonderen worden niet genoemd in de eerste drie evangeliën. 92% van Johannes is trouwens uniek.
Johannes laat ons ook zien wie Jezus is door Jezus toe te staan voor zichzelf te spreken in zeven dramatische IK BEN-verklaringen.
Johannes laat ons zien wie Jezus is door getuigen op te roepen die getuigen over de identiteit van Jezus. Vier van deze getuigen spreken alleen al in het eerste hoofdstuk.
Het hoofddoel van Johannes zien we in hoofdstuk 20:31:
Johannes 20:30-31 – “30Jezus nu heeft in aanwezigheid van Zijn discipelen nog wel veel andere tekenen gedaan, die niet beschreven zijn in dit boek, 31maar deze zijn beschreven, opdat u gelooft dat Jezus de Christus is, de Zoon van God, en opdat u, door te geloven, het leven zult hebben in Zijn Naam.”
“Er is één belangrijk thema dat door het hele Johannesevangelie loopt: Jezus Christus is de Zoon van God, en als je je aan Hem committeert, zal Hij je het eeuwige leven geven.” Jim Gallagher
“Johannes stelt duidelijk zijn doel voor het schrijven van dit evangelie (20:30, 31), met de nadruk op drie belangrijke woorden: tekenen, geloof en leven. Een goed begrip van deze termen, samen met hun gebruik in het evangelie, stelt iemand in staat om een praktische kennis van de inhoud van het boek op te doen.” Walter M. Dunnett PhD
Het woord ‘teken’ is de term van Johannes voor de wonderen van Jezus. De tekenen zijn bedoeld om te laten zien dat Jezus de Christus is, de Zoon van God.
Het woord ‘geloof’ verschijnt minstens 98 keer. Het komt altijd voor in de werkwoordsvorm, nooit in de vorm van een zelfstandig naamwoord (als geloven, nooit als het geloof).
Johannes leert ons de betekenis van het geloven in Jezus met behulp van illustratie. Het woord geloven wordt gebruikt om de reactie van de mensen op Jezus aan te geven. Als ze in Hem geloofden, werden ze Zijn volgelingen; als ze niet geloofden, werden ze Zijn tegenstanders. Hoe dan ook, toen ze Hem eenmaal hadden ontmoet, konden ze niet neutraal blijven.
Door geen besluit te nemen over Jezus heb je reeds besloten. Jezus zei: ‘wie niet vóór Mij is, is tegen Mij’.
Om zijn betekenis van het geloven duidelijker te maken gebruikt Johannes ook een aantal synoniemen zoals bijv. ‘aangenomen’ (1:12), ‘drinken’ (4:14), ‘komen’ (6:35), ‘eten’ (6:51) en ‘binnengaan’ (10:9).
‘Het leven’ is een belangrijk thema in Johannes; het wordt 36 keer gebruikt.
Het leven is het directe gevolg van het geloven in Christus. Om het leven te ontvangen moet je een kind van God worden door in Zijn familie geboren te worden. Dit noemt Jezus in hoofdstuk 3 de wedergeboorte.
Johannes brengt de lezers face-to-face met Jezus die door Zijn woorden en daden mensen confronteerd met de belangrijkste beslissling.
Wij staan allemaal voor deze beslissing. Kies je ervoor om een volgeling van Jezus Christus te worden en het gratis geschenk van het eeuwige leven te ontvangen? Of kies je ervoor om Hem af te wijzen en in je zonden te blijven, met alle gevolgen vandien?
Het laatste dat ik hierover wil zeggen voordat we naar een aantal sleutelverzen gaan kijken is dat Johannes veel verwarring op wilde helderen over wie Jezus is.
Al in de eerste tientallen jaren ná Jezus’ hemelvaart ontstonden veel valse opvattingen en valse leer over wie Jezus is.
Het Johannesevangelie is dus essentieel om een juist beeld van Jezus te krijgen.
Ik denk dat het C.S. Lewis was die gezegd had dat men slechts drie keuzes heeft betreffende Christus: ‘Jezus is òf een leugenaar, een krankzinnige, òf Hij is in feite God almachtig’. En het laatste is wat Johannes ons duidelijk wil maken.
WE zouden Johannes kunnen verdelen in 5 delen:
1:1-18 – de incarnatie van de Zoon van God. D.w.z. dat God als een kwetsbaar mens van vlees en bloed op aarde is gekomen.
1:19-4:54 – de presentatie van de Zoon van God. Johannes stelt ons voor aan Jezus als de Zoon van God.
5:1-12:50 – de afwijzing van de Zoon van God door de religieuze leiders en de wispelturige zogenaamde gelovigen.
13:1-17:26 – de voorbereiding van de discipelen op Jezus’ vertrek.
18:1-21:25 – de kruisiging, de dood, en de opstanding uit de dood van de Zoon van God.
Johannes 1:1-18 – “1In het begin was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God. 2Dit was in het begin bij God. 3Alle dingen zijn door het Woord gemaakt, en zonder dit Woord is geen ding gemaakt dat gemaakt is. 4In het Woord was het leven en het leven was het licht van de mensen. 5En het licht schijnt in de duisternis, en de duisternis heeft het niet begrepen. 6Er was een mens door God gezonden; zijn naam was Johannes. 7Hij kwam tot een getuigenis, om van het licht te getuigen, opdat allen door hem geloven zouden. 8Hij was het licht niet, maar was gezonden om van het licht te getuigen. 9Dit was het waarachtige licht, dat in de wereld komt en ieder mens verlicht. 10Hij was in de wereld en de wereld is door Hem ontstaan en de wereld heeft Hem niet gekend. 11Hij kwam tot het Zijne, maar de Zijnen hebben Hem niet aangenomen. 12Maar allen die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven kinderen van God te worden, namelijk die in Zijn Naam geloven; 13die niet uit bloed, niet uit de wil van vlees en ook niet uit de wil van een man, maar uit God geboren zijn. 14En het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond (en wij hebben Zijn heerlijkheid gezien, een heerlijkheid als van de Eniggeborene van de Vader), vol van genade en waarheid. 15Johannes getuigt van Hem en heeft geroepen: Híj was het van Wie ik zei: Deze Die na mij komt, is vóór mij geworden, want Hij was er eerder dan ik. 16En uit Zijn volheid hebben wij allen ontvangen, en wel genade op genade. 17Want de wet is door Mozes gegeven, de genade en de waarheid zijn er door Jezus Christus gekomen. 18Niemand heeft ooit God gezien; de eniggeboren Zoon, Die in de schoot van de Vader is, Die heeft Hem ons verklaard.”
Johannes begint zijn evangelie door helemaal terug te gaan naar vóór de schepping in Genesis. En hij gebruikt het woord ‘Woord’, in de grondtekst is het ‘logos’ om Jezus te beschrijven. En hiermee zegt Johannes dat Jezus de oorzaak van al het leven in de wereld is.
Johannes wil hiermee ook meteen alle misvattingen over wie Jezus is uit de wereld helpen. “In het begin was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God.”
Aan het eind van dit vers zegt hij letterlijk ‘en God was het Woord’.
Ik gaf al eerder aan dat Johannes ook valse opvattingen en valse leer over wie Jezus is wilde weerleggen. Een van de valse opvattingen en valse leringen was dat Jezus niet God Zelf is. Vandaar dat Johannes dit meteen verklaart!
Vandaag de dag beweren o.a. de Jehova’s Getuigen ook dat Jezus niet God is. En in hun vertaling van de Bijbel, wat de Nieuwewereldvertaling heet, staat aan het eind van dit vers: ‘en het woord was een god’.
Het onbepaald lidwoord ‘een’ staat niet in de grondtekst. De Jehova’s Getuigen hebben het toegevoegd om hun valse leer over wie Jezus is te verspreiden.
Er is letterlijk niets nieuws onder de zon. Dit gebeurde al zo’n 2.000 jaar geleden en het gebeurt nog steeds.
Er staat veel in deze eerste 18 verzen. We kunnen deze zien als het thesis statement (thesisverklaring) van het Johannesevangelie want de rest van het evangelie is een verklaring hiervan.
Alles dat Johannes ons wil duidelijk maken staat in deze eerste 18 verzen en de rest dient als een onderbouwing hiervan.
Velen beweren dat Jezus nooit zelf had beweerd dat Hij God is. En hoewel Jezus nooit gezegd heeft: ‘Ik ben God’, heeft Hij wel degelijk meerdere malen aangegeven dat Hij daadwerkelijk de levende God van de Bijbel is.
In Johannes 5 geneest Jezus een man op de Sabbat die al 38 jaar verlamd was. Jezus zei tegen deze man, sta op, neem uw lig mat op en ga lopen.
De Joden zeiden tegen hem dat hij zijn lig mat niet mocht dragen want het was de sabbat. Sterker nog, zei wilde Jezus doden omdat Hij deze man op de sabbat had genezen.
Johannes 5:16-18 – “16En daarom vervolgden de Joden Jezus en probeerden zij Hem te doden, omdat Hij deze dingen op de sabbat deed. 17Maar Jezus antwoordde hun: Mijn Vader werkt tot nu toe en Ik werk ook. 18Daarom dan probeerden de Joden des te meer Hem te doden, omdat Hij niet alleen het gebod van de sabbat brak, maar ook zei dat God Zijn eigen Vader was, en daarmee Zichzelf aan God gelijkmaakte.”
De Joden wisten dondersgoed wat Jezus hiermee bedoelde, namelijk dat Jezus beweerde God te zijn.
Dat Jezus God de Vader Zijn vader noemt geeft ook aan dat Jezus de Zoon van God is. Deze term ‘Zoon van God’ geeft per definitie dus aan dat Jezus God is.
Een stuk verder op in Johannes 8 raakte Jezus in een twistgesprek met de Farizeeën. En aan het eind van dit gesprek zeiden de Farizeeën dat Jezus door een demon bezeten was. Ook beriepen zij zich op het feit dat zij als Joden kinderen van Abraham waren, dus echte Joden die God toebehoorden. Hiermee beweerde zij dat zij God wel toebehoren en Jezus niet, waarop Jezus hen antwoord:
Johannes 8:55-58 – “55En u kent Hem niet, maar Ik ken Hem; en als Ik zeg dat Ik Hem niet ken, ben Ik, net als u, een leugenaar. Maar Ik ken Hem en neem Zijn woord in acht. 56Abraham, uw vader, verheugde zich er sterk op dat hij Mijn dag zou zien, en hij heeft die gezien en heeft zich verblijd. 57De Joden dan zeiden tegen Hem: U bent nog geen vijftig jaar en hebt U Abraham gezien? 58Jezus zei tegen hen: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Vóór Abraham geboren was, ben Ik.”
Jezus verklaart in het laatste vers dat nog vóór Abraham geboren was, dus nog vóór ca. 2.000 v.Chr. Jezus er al was.
Het is jammer dat de HSV de laatste twee woorden vertaald als ‘ben Ik’ In de grondtekst staat er letterlijk: “Vóór Abraham geboren, IK BEN”.
Waarom is dit belangrijk? Omdat de God van Abraham, Izak en Jacob Zichzelf in Exodus 3:14 aan Mozes bekend maakt als “IK BEN”. God stelt Zichzelf aan Mozes voor als “IK BEN”. Dat is Zijn naam en dat is wie Jezus hier in Johannes 8 verklaart te zijn.
De naam “IK BEN” is allesomvattend. M.a.w. alles dat wij als Gods kinderen nodig hebben is in “IK BEN”.
Johannes maakt het nog explicieter door ons zeven “IK BEN” verklaringen van Jezus vast te leggen:
IK BEN het brood des levens (6:35, 41, 48, 51)
IK BEN het licht der wereld (8:12)
IK BEN de deur voor de schapen (10:7, 9)
IK BEN de goede Herder (10:11, 14)
IK BEN de opstanding en het leven (11:25)
IK BEN de Weg, de Waarheid en het Leven (14:6)
IK BEN de ware wijnstok (15:1, 5)
Nogmaals, alles dat wij als Gods kinderen nodig hebben is besloten in de naam en in de identiteit van Jezus, IK BEN.
En in deze zeven voorbeelden geeft Johannes ons een compleet beeld van wat de mens nodig heeft en wat Jezus als de grote IK BEN, als God almachtig voor ons betekent en betekenen kan.
Nog een paar voorbeelden van dat Jezus God almachtig is:
Johannes 10:30-33 – “30Ik en de Vader zijn Één. 31De Joden dan pakten opnieuw stenen op om Hem te stenigen. 32Jezus antwoordde hun: Ik heb u vele goede werken van Mijn Vader laten zien. Vanwege welk van die werken stenigt u Mij? 33De Joden antwoordden Hem: Wij stenigen U niet vanwege een goed werk, maar vanwege godslastering, namelijk omdat U, Die een Mens bent, Uzelf God maakt.”
Johannes 20:24-29 – “24En Thomas, een van de twaalf, Didymus genoemd, was niet bij hen toen Jezus daar kwam. 25De andere discipelen dan zeiden tegen hem: Wij hebben de Heere gezien. Maar hij zei tegen hen: Als ik in Zijn handen niet het litteken van de spijkers zie, en mijn vinger niet steek in het litteken van de spijkers, en mijn hand niet steek in Zijn zij, zal ik beslist niet geloven. 26En na acht dagen waren Zijn discipelen weer binnen en Thomas was bij hen. Jezus kwam terwijl de deuren gesloten waren, en Hij stond in hun midden en zei: Vrede zij u. 27Daarna zei Hij tegen Thomas: Kom hier met uw vinger en bekijk Mijn handen, en kom hier met uw hand en steek die in Mijn zij; en wees niet ongelovig, maar gelovig. 28En Thomas antwoordde en zei tegen Hem: Mijn Heere en mijn God! 29Jezus zei tegen hem: Omdat u Mij gezien hebt, Thomas, hebt u geloofd; zalig zijn zij die niet gezien zullen hebben en toch zullen geloven.”
Johannes heeft veel moeite gedaan om Jezus te verklaren als de almachtige God van de Bijbel. De vraag is dan (denk ik) moet ik dit per se geloven om behouden te zijn, om een waarachtige wedergeboren christen te zijn?
Johannes 8:21-25 – “21Jezus dan zei opnieuw tegen hen: Ik ga heen en u zult Mij zoeken, en in uw zonde zult u sterven; waar Ik heen ga, kunt u niet komen. 22De Joden nu zeiden: Hij zal toch Zichzelf niet doden, omdat Hij zegt: Waar Ik heen ga, kunt u niet komen? 23En Hij zei tegen hen: U bent van beneden, Ik ben van boven; u bent van deze wereld, Ik ben niet van deze wereld. 24Ik heb u dan gezegd dat u in uw zonden zult sterven, want als u niet gelooft dat Ik het ben (IK BEN), zult u in uw zonden sterven. 25Zij zeiden dan tegen Hem: Wie bent U? En Jezus zei tegen hen: Wat Ik u vanaf het begin al zeg.”
Jezus zegt hier dat als iemand, wie dan ook niet geloofd dat Jezus de IK BEN is, dat Jezus de levende God van de Bijbel is zal die persoon in zijn/haar zonden sterven. M.a.w. die persoon is niet behouden, is niet gered, heeft geen vergeving van zonden ontvangen, heeft geen eeuwig leven ontvangen, is geen christen, en zal voor eeuwig gescheiden zijn van God waar geween en tandengeknars zal zijn.
Dus, moet men geloven dat Jezus God is, absoluut!! Hierover is helaas nog onduidelijkheid, ook onder belijdende christenen.
Ik werd een tijd geleden gebeld door een oudste van een gemeente hier in NL omdat iemand die hem dierbaar was de kerk had verlaten om elders te kerken.
Deze oudste gaf aan dat de reden dat die persoon vertrok was omdat hij niet geloofde dat Jezus God is en dat dit wel het standpunt van deze kerk is.
Deze oudste zei in dat gesprek dat hoewel het pijnlijk was dat deze persoon vertrok, hij hem nog steeds als een broeder in de Heere achtte en dat hij nog altijd van hem hield.
In dat gesprek was ik nogal flabbergasted want ik zou iemand die niet in de Godheid van Jezus Christus geloofd geen broeder in de Heere noemen. Maar dat deed deze oudste wel.
Ik had hem vervolgens een uitgebreide email gestuurd met tekst en uitleg. Helaas had ik daar geen reactie op gekregen.
Ik geef dit aan omdat de Godheid van Jezus een essentieel onderdeel is van het Evangelie en we zien dat juist de Godheid van Jezus door de tegenstander ondermijnt en eronderuit gehaald wordt.
Het grootste bewijs dat wij hebben dat Jezus God is, is dat Hij uit de dood is opgestaan en nu verheerlijkt is in de hemel, gezeten aan de rechterhand van God de Vader.
“To be undecided is to be decided”