God zegt ‘Ik heb u gegeven’, geloof jij Hem?

God zegt ‘Ik heb u gegeven’, geloof jij Hem?

“Zie, Ik heb het land aan u gegeven; ga het binnen en neem het land in bezit waarvan de HEERE uw vaderen, Abraham, Izak en Jakob, gezworen heeft dat Hij het hun en hun nageslacht na hen geven zou.” (Deuteronomium 1:8) God is, via Mozes, Israël nog een keer de wet aan het uitleggen. Dat doet Hij, omdat de generatie die de wet de 1e keer hoorde gestorven is in de woestijn door hun ongehoorzaamheid. God wil de nieuwe generatie ook Zijn Woord uitleggen, en daarin zegt Hij: ‘Ik heb u gegeven’.

God geeft

Onderdeel van de wet zijn vele beloften van God aan het volk Israël. Een van die beloftes is het land dat ze krijgen, het land dat God al aan Abraham, Izak en Jakob beloofd had. Dit is het land waar Israël zou mogen wonen en waar ze, als ze God gehoorzaam zouden zijn, konden blijven. Toen God deze belofte deed, was dat land nog niet van Israël. Toen God de belofte in Deuteronomium 1 uitsprak, was dit land nog niet van Israël. En toch zegt God ‘Ik heb u gegeven’; God maakt een definitief, absoluut statement over iets dat nog niet zichtbaar is.

Dat is ook hoe God met Zijn kerk omgaat, Hij belooft ons dingen die werkelijkheid, echt, zijn, maar die nog niet zichtbaar zijn. We hebben eeuwig leven (Johannes 10:28), ondanks dat we dat niet zien. Onze zonden zijn vergeven, als we vergeving vragen (1 Johannes 1:9), terwijl dat misschien niet zo voelt. God belooft ons van alles, jij mag leren vertrouwen op Zijn woorden. Jij mag leren vertrouwen op het feit dat God altijd betrouwbaar is (2 Timotheüs 2:13), dat Hij niet liegt (Numeri 23:19). Als God zegt ‘Ik heb u gegeven’, dan is dat een feit.

Ik heb u gegeven

God geeft nieuw leven aan allen die in Jezus Christus geloven (Romeinen 6:4). Iedere christen is een nieuwe schepping (2 Korinthe 5:17), we hebben een nieuw hart gekregen (Ezechiël 36:26), we krijgen een nieuw manier van denken (Romeinen 12:2). Dat zijn allemaal dingen die God belooft, dingen die we nieuw van Hem krijgen. Dit is niet zichtbaar of aan te raken; dit is iets waarin je God op Zijn Woord moet geloven. Je mag leren dat als God iets zegt, dat het een feit is; ook al zeggen je gevoel, de wereld, de vijand, mensen, etc iets anders. Gods statement ‘Ik heb u gegeven’ moet dan meer waard zijn dan alle andere stemmen.

Jezus belooft dat als iemand vermoeid en belast is (Mattheüs 11:28-30), je bij Hem kan komen en dat Hij rust geeft. Het Woord belooft dat God van de wereld houdt (Johannes 3:16), dat Jezus kwam om zonde te vergeven (Handelingen 2:38). Al deze beloftes zijn waar, maar niet allemaal zichtbaar in de wereld om je heen. Gods liefde wordt vooral zichtbaar in Zijn Woord, in de uitleg van wat Hij bedoelt. Gods beloftes zijn zichtbaar in Zijn Woord en daar mag je op bouwen. Als God iets zegt, dan is het waar; als God iets zegt, dan is het eeuwige waarheid.

Vertrouw jij God?

In al Zijn beloftes, ‘Ik heb u gegeven’, zit een mate van geloof, van vertrouwen op God. Israël moest geloven dat God hun het land al had gegeven, terwijl er op het moment van beloven nog allerlei andere volken woonden. Jij moet geloven dat je een nieuwe schepping bent, vergeven bent, etc. terwijl je nu nog op aarde woont, in je zondige lichaam. Dit alles komt neer op vertrouwen, op geloof in God. De vraag is of jij God gelooft, God vertrouwt; of jij God op Zijn Woord gelooft. Als God zegt ‘Ik heb u gegeven’ hoort dat voor de christen genoeg te zijn. Is dat voor jou zo?

Jouw relatie met God hoort zo te zijn, dat je aanneemt wat Hij zegt. Je hoort Zijn stem zo goed te (leren) kennen, dat je weet wanneer Hij het is Die praat en gelooft wat Hij zegt. ‘Ik heb u gegeven’ moet genoeg zijn om te vertrouwen dat wat Hij ook belooft waar is. Dat is de relatie die je met de hemelse Vader mag hebben. Zijn Zoon is het bewijs dat Hij altijd de waarheid spreekt; de Geest in de christen is het bewijs dat God een relatie met jou wil hebben gebaseerd op Zijn waarheid. Vertrouw jij God? Is het genoeg als Hij zegt ‘Ik heb u gegeven’?

Als je vragen hebt, neem gerust contact met ons op.