Groeien in God kennen – Efeziërs 1:15-23

Groeien in God kennen – Efeziërs 1:15-23

Vorige week hebben we gekeken naar Efeze 1:1-14, waarin we gezien hebben dat onze identiteit als christen afhangt van de wil van God, door Jezus Christus is en bevestigd is door de Heilige Geest. We hebben gezien dat dat een impact heeft op zowel christen als niet-christen.

Vandaag gaan we hoofdstuk 1 afmaken, v15-23, en Paulus bouwt daar voort op de identiteit die hij eerder uitgelegd heeft. Net zoals bij het bouwen van een huis moet het fundament goed zijn, voor je verder kan bouwen aan de vloer, muren, etc.

Nu de kerk in Efeze weet wie zij zijn, wat hun identiteit is, is het tijd voor het volgende stuk doctrine. De kerk moet “groeien in God kennen”. Paulus gaat laten zien dat dat op 2 manieren gaat, praktische uitingen (geloof in Jezus en liefde voor de heiligen), maar ook God beter leren kennen.

Toon volledige notities

v15-16

v15

Paulus heeft gehoord van het geloof en de liefde van de kerk in Efeze. Waar de kerk in Korinthe bekend stond om grensoverschrijdende verdraagzaamheid, stond deze kerk bekend om geloof en liefde. Deze kerk is gegroeid van bekend staan om zonde, dingen waarin ze voorheen wandelden (Efeze 2:2), naar bekend staan om geloof en liefde. Dat zijn geweldige dingen om als kerk om bekend te staan.

  • geloof = pistis à overtuiging dat iets de waarheid is (dat Christus redding is en biedt), trouw aan dat geloof. Dit geloof kan je alleen hebben wanneer God je dit geeft. Hij trekt elk mens naar Zich toe en biedt iedereen geloof, hoop en redding aan. Wij zullen dat wel moeten aannemen. Dat Godgegeven geloof is waar Paulus het over heeft.
    • Geloof is ergens op gericht, je gelooft ergens in. Paulus erkent dat de Efeziërs geloofden in de Heere Jezus Christus. Ze geloofden dat Hij was Wie Hij zei te zijn. Ze geloofden alle dingen die Paulus over Jezus geschreven had in v3-14. Hij bevestigd dat ze dit doen, maar vooral zegt hij dat hij gehoord heeft over hun geloof.
  • Liefde = agapē à onvoorwaardelijke, zichzelf opofferende liefde.
    • Liefde heeft een object waar het op gericht is. Liefde is geen in de lucht zwevend geheel, liefde heeft een doelwit. Dat object is in het geval van de Efeziërs “alle heiligen”.

Galaten 6:10 “Laten wij dus, terwijl wij gelegenheid hebben, goeddoen aan allen, maar  vooral aan de huisgenoten van het geloof.”

  • Dat is wat Paulus in deze gemeente ziet: liefde tussen de heiligen van God. Hij ziet dat mensen om elkaar geven, dat ze dat niet alleen zeggen, maar juist ook doen. Hij heeft gehoord dat ze praktisch elkaar helpen, dat ze elkaar praktisch ondersteunen.
    • Wat hierin belangrijk is, is dat je elkaar kent. Hoe kan je iemand helpen als je niet weet wat iemands noden zijn?
    • Tegelijkertijd was het zo dat de gemeente hierin actief was. Mensen zochten elkaar actief op om dit te doen. Ze waren bezig om elkaar lief te hebben. Ze zagen het allemaal als hun taak om dit te doen, niet van specifieke mensen. Iedereen zag dat dit zijn/haar taak was.

Waar staan wij om bekend? Zijn wij een kerk waar men trouw is aan het geloof dat God ons gegeven heeft? Zijn wij een kerk die bekend staat om onderlinge liefde? Of waaien we met alle winden mee en zijn we onderling elkaar de tent uit aan het vechten?

Waar sta jij om bekend? Ben jij trouw aan het geloof in woord en daad? Heb jij Gods kerk lief in woord en daad? Als wel, prijs de Heere! Als niet, vraag dan aan de Heere om je hart hierin te veranderen. Daarna, ga gewoon mensen (beter) leren kennen, vanaf daar kan je mensen lief gaan hebben. Vraag aan Stan, mijzelf, of andere hoofden van bedieningen of je ergens kan helpen.

v16

Het lijkt hier alsof Paulus zegt, als ik aan u denk, dan dank ik. Hij zegt in het Grieks: aan u denkend houd ik niet op God voor u te danken.

Alles wat Paulus over deze gemeente hoorde bracht bij hem maar 1 reactie: dankbaarheid.

  • Dankbaarheid naar God toe, voor Zijn werk.
  • Dankbaarheid naar God toe, voor Zijn werk in de gemeente.
  • Dankbaarheid naar God toe, voor het feit dat de mensen trouw waren.
    • Het woord voor dankbaarheid wijst op “erkennen dat Gods genade Zijn werk gedaan heeft”. Dat is waar Paulus dankbaar voor is, Gods genade heeft Zijn werk gedaan.

Christenen horen dankbare mensen te zijn, dankbaar naar God voor Zijn werk, dankbaar dat Hij met ons aan de slag gaat, etc. We hebben zoveel om dankbaar voor te zijn, maar zijn we dat ook? Zijn wij God oprecht dankbaar voor het feit dat Hij zo bezig is? Zien we überhaupt dat Hij van alles aan het doen is? Of zijn we zo bezig met allerlei dingen, misschien wel met van alles afkraken, dat we niet meer zien hoe goed en groot God is?

v17-23

Vanaf hier gaat Paulus 1 gedachte, 1 gebed met ons delen: Hij bidt dat de kerk zal groeien in het kennen van God. Hij gaat uitleggen wie ze moeten leren kennen, hoe dat werkt en wat ze dan gaan leren.

v17

Paulus’ gebed voor deze gemeente is dat ze niet alleen weten wie ze zijn, v3-14, maar hij wil nog veel meer voor ze. Paulus wil graag dat ze God leren kennen. Nu de kerk weet wie ze zelf mogen zijn in Christus, moeten ze de God Die ze die identiteit geeft beter leren kennen.

God leren kennen kan alleen door de Geest van wijsheid en openbaring, de Heilige Geest.

  • We hebben in v3-14 de Drie-eenheid gezien, God de Vader, God de Zoon en God de Heilige Geest. Ook in v17 zien we de Drie-eenheid: De God (de Vader van de heerlijkheid), van onze Heere Jezus Christus & de Geest van wijsheid.
    • Overal in het Woord komen deze 3 terug, God is werkzaam in deze 3 Personen. God is 3-in-1. Alle drie hebben ze hun eigen taak, hun eigen persoonlijkheid, etc., maar toch zijn ze perfect 1, is er perfecte harmonie en perfecte hiërarchie. Eigen taken, 1 doel; ieder een eigen wil, maar toch alle neuzen 1 kant op.

1 Korinthe 2:10 “Aan ons echter heeft God het geopenbaard door Zijn Geest. De Geest immers onderzoekt alle dingen, zelfs de diepten van God.”

  • Het is de taak van de Heilige Geest om de dingen van God te openbaren. De enige manier om God beter te leren kennen, is door Zijn Heilige Geest.
    • Hoe doe je dat? Door het Hem te vragen. De Heilige Geest is een Persoon. Hij heeft gevoelens, Hij hoort je, etc.

2 Petrus 1:20-21 “de profetie is destijds niet voortgebracht door de wil van een mens, maar heilige mensen van God, door de Heilige Geest gedreven, hebben gesproken.”

De belangrijkste plek om de Heilige Geest en Zijn openbaringen te leren kennen, is in Zijn Woord. Het Woord is geïnspireerd door de Heilige Geest, 2 Timotheüs zegt zelfs dat het ingeblazen is door de Geest. Hij is dus bij uitstek de Persoon om uit te leggen wat Hij ermee bedoelt.

  • Het doel van deze wijsheid en openbaring is niet kennis, wijsheid, o.i.d. Het doel is God kennen. In Johannes 17 geeft Jezus aan dat God kennen het eeuwige leven is, dat is wat we in de eeuwigheid zullen doen. We mogen daar nu al een begin mee maken, maar alleen door de openbaring van de Heilige Geest.

De Geest van wijsheid en openbaring wordt gegeven door iemand anders. God de Vader is Degene Die de Heilige Geest geeft. Hij bepaalt. Het is niet alsof je het kan verdienen, Hij is een cadeau van de Heere.

  • Net als Paulus mogen en horen wij te bidden voor de aanwezigheid van de Geest van wijsheid en openbaring in ons leven. Wij horen te bidden voor Zijn stem in ons oor, Zijn richting voor onze voetstappen, Zijn woorden op onze lippen. Hij hoort alles richting te geven wat we doen, want Hij getuigt van God de Zoon (Johannes 15:26), Die alleen doet wat Hij de Vader ziet doen (Johannes 5:19).

Het kennen van God waar Paulus het over spreekt, is geen theoretisch kennen. Het gaat om een persoonlijke kennis, een persoonlijke ervaring met het geen dat je wil kennen. Paulus bid de kerk toe dat ze, door de Geest van God, God mogen kennen; persoonlijk, het Grieks wijst op ‘kennis door contact’.

  • Het is Paulus’ gebed dat wij God zullen ontmoeten, dat we door deze ontmoetingen Hem beter gaan leren kennen. Daarmee bedoelt hij niet dat we God 1x ontmoeten, maar juist vaker. Hij wil dat we God elke dag, elk moment van elke dag ontmoeten. à alleen door de Geest van God.
    • Hoe ontmoeten we God? In het Woord, in gebed, door fellowship met christenen op te zoeken.
      • Woord: de Bijbel is Gods Woord. Hebreeën 1:1 zegt dat God in deze tijd spreekt door Zijn Zoon. Jezus is het Woord (Johannes 1:1, 14), dus kunnen we God ontmoeten in Zijn Woord. Lees je Bijbel, lees biddend. Bid dat God je Zichzelf zal laten zien.
      • Gebed: dit hoort een dialoog te zijn. Wees soms gewoon stil en luister. God wil ons van alles vertellen, de vraag is of wij luisteren.
      • Fellowship: God is aanwezig wanneer christenen in Zijn Naam samenkomen. Hij is daar en wil ons ontmoeten ook door dat soort momenten heen. Dat is een deel van waarom het zo belangrijk is om naar de kerk en andere samenkomsten te gaan.
    • Dit is geen kennen waar je ooit klaar mee bent. God is een oneindig God, Hij is eeuwig. We hebben meer dan een eeuwigheid nodig om God te kennen zoals Hij is. Denk dus nooit dat je het bereikt hebt, denk nooit dat je dingen volledig snapt. Geen mens zal iets van het Woord ooit volledig snappen, omdat er altijd meer is.
      • Overdenk het Woord, mediteer op het Woord. Staar naar Gods grootheid in Zijn Woord, leer Hem beter kennen, dag-aan-dag. Blijf groeien in Hem kennen, want stilstand is achteruitgang in het christelijk leven.

v18

Specifiek wil hij dat ze verlichte ogen van het verstand krijgen.

  • God wil niet dat we zonder nadenken dingen doen. In Hem geloven is het meest logische wat een mens kan doen, Hem navolgen is logisch zodra je ziet Wie Hij is en wat Hij voor ieder mens in petto heeft.
    • Mensen zeggen wel eens dat christenen dom zijn, hun verstand niet gebruiken, etc. God wil juist de ogen van ons verstand verlichten. Hij wil dat we nadenken, redeneren, etc.

Ons verstand moet verlicht worden om de dingen van God te kunnen zien. Hij wil dat we het volgende zien: de hoop van Zijn roeping, de rijkdom van de heerlijkheid van Zijn erfenis en de alles overtreffende grootheid van Zijn kracht.

Deze 3 dingen moeten deel worden van ons verstand, van ons begrijpen, van ons denken. Dat is het gebed van Paulus voor de gelovige. Hij heeft zelf geleerd wat belangrijk is en nu, onder leiding van de Heilige Geest, maakt hij duidelijk wat belangrijk is voor de gelovige.

  • Paulus heeft uitgelegd wat de identiteit van de christen is, dat die identiteit tot uiting moet komen. Nu zegt hij dat er ook bij hoort dat we verlicht ogen van ons verstand hebben, dat we deze dingen gaan snappen.
  • Weten wat de hoop Zijn roeping is

God heeft een roeping voor elke christen, een algemene roeping en een specifieke roeping. Hier heeft Stan het een aantal weken geleden ook gehad. Wat Paulus hier zegt is dat er een hoop bij die roeping komt kijken, een hoop die we mogen leren kennen.

  • Hoop in de Bijbel is niet als hopen op mooi weer, hopen op het winnen van de loterij, o.i.d. Wanneer de Bijbel spreekt over hoop gaat het over zekerheid, de zekerheid dat iets gaat komen waarvan alleen het tijdstip niet bekend is.

Klaagliederen 3:24-26 “Mijn deel is de HEERE, zegt mijn ziel, daarom zal ik op Hem hopen. Goed is de HEERE voor wie Hem verwacht, voor de ziel die Hem zoekt. Goed is het te hopen en stil te wachten op het heil van de HEERE.”

  • Dat is de hoop die we mogen hebben. God roept ons om Zijn wil te doen, maar we mogen dan hopen op Hem voor kracht, rust, vertrouwen, genade, liefde, etc. alles wat we nodig hebben. God zal ons nooit een opdracht geven waar Hij ook niet de middelen voor geeft.
    • Waarop hoop jij? Is jouw hoop op mensen gevestigd? Op je eigen talenten, eigen capaciteiten, etc.? Wil jij jouw ding doen, of Gods wil? En hoop jij daarin op Hem of op jezelf? Hoop op Hem, op Hem alleen.
  • Wat de rijkdom van de heerlijkheid van Zijn erfenis in de heiligen is

Vorige week hebben we gezien dat wij een erfdeel geworden zijn voor Jezus. Op het moment dat we in God geloven, dat we Hem aangenomen hebben als Verlosser en Heere, zijn we Zijn erfdeel. God vindt ons daarmee zeer waardevol, Hij laat daarmee Zijn liefde voor Zijn kerk zien. Nu gaat Paulus weer een stap verder. Er is rijkdom en heerlijkheid voor ons, het erfdeel, in het zijn van het erfdeel.

  • God maakt ons rijk. Hij heeft ons gezegend met alle geestelijke zegen in Christus (v3). Hij heeft ons alles gegeven wat we nodig hebben. God geeft genade, liefde, rust, troost, vreugde, en nog zoveel meer. Al die dingen maken ons rijk, waardoor we een rijk erfdeel zijn van God, voor God.
    • Ook dit is weer Gods werk, tot eer van God. Zoals alles wat Hij doet, alles tot eer en glorie van Wie Hij is.
    • Hoe vaak staan wij stil bij de heerlijkheid van God? Paulus spreekt over de heerlijkheid van de erfenis, die heerlijkheid komt van God. Hoe vaak staan wij stil bij hoe groot God is, hoe genadig, liefdevol, barmhartig, etc.? Hoe veel ontzag heb jij nog voor God? Hoeveel ontzag hebben wij als kerk voor God?

v19-21

  • Wat de alles overtreffende grootheid van Zijn kracht is aan ons die geloven

Paulus begint hier aan een uitleg die 3 verzen duurt. Hij heeft v19-21 nodig om uit te leggen wat de alles overtreffende grootheid van Zijn kracht is. Zo groot is die kracht, zo ontzagwekkend, zo ongelofelijk fantastisch.

v19

Allereerst zet Paulus neer wat wij door de Heilige Geest heen moeten gaan leren kennen: de alles overtreffende grootheid van Zijn kracht. Dat is wat de kerk, wat wij, hoort te leren kennen. Dat is het gebed van Paulus voor deze kerk en uiteindelijk ook voor ons. Hij wil dat wij weten wat de grootheid van Gods kracht is.

  • Waarom zouden we dat moeten weten? Omdat we dat vaak niet doorhebben en snappen. We hebben vaak niet door hoe groot Gods kracht is. En omdat we dat niet snappen zoals we zouden moeten, vallen we er niet op terug zoals we zouden moeten.
    • Als de kerk, als jij en ik, echt gaat snappen hoe groot Gods kracht is, dan gaan er grote dingen gebeuren. Als wij echt op die kracht gaan vertrouwen zoals God dat voor ons bedoelt heeft, wat voor impact gaan we dan wel niet hebben op de wereld? Als wij echt gaan zien hoe alles overtreffend die kracht is, dan zullen wij ook veel minder moeite hebben in onze worstelingen met zonde. We zullen dan namelijk veel meer terug gaan vallen op die kracht, veel meer gaan vertrouwen op die kracht, veel meer leunen op die kracht.
    • Paulus had door hoe belangrijk het is dat de kerk begint te snappen hoe groot Gods kracht is, daarom was dit zijn gebed voor deze kerk. Dit is ook mijn gebed voor ons allemaal, wij hebben zoveel profijt van het leren kennen van Gods kracht.

Paulus legt uit dat de “alles overtreffende grootheid van Zijn kracht”, gelijk is aan de “werking van de sterkte van Zijn macht”.

  • Paulus worstelt met de taal om woorden te vinden om duidelijk te maken hoe groot Gods kracht is. Hij gebruikt hier woorden die nergens anders gebruikt worden. Paulus doet zijn best om iets in woorden uit te drukken, wat eigenlijk niet met woorden te vatten is.
  • Gods alles overtreffende kracht: de kracht die hemel en aarde schiep (Genesis 1-2). De kracht die het universum bij elkaar houdt (2 Petrus 3:11), de kracht die bij en in jou is elke dag. Die kracht heeft Paulus het over.

v20-21

Dat is dezelfde kracht waarmee God Jezus uit de dood opwekte. Dezelfde kracht waarmee Jezus uit de dood werkt opgewekt, is de “alles overtreffende grootheid van Zijn kracht”, de kracht die wij mogen leren kennen. Dit is de kracht die in ons werkt, die vóór ons werkt.

Dit is waar Johannes het over had toen hij zei “Hij Die in u is, is groter dan hij die in de wereld is.” (1 Johannes 4:4b). Dat komt door die alles overtreffende grootheid van Zijn kracht. Gods kracht overtreft de kracht van de satan, Gods kracht overtreft alles wat wij ons voor kunnen stellen. Met die kracht bracht Hij Jezus terug uit de dood.

  • Iets wat volledig dood is, kan niet meer leven. Dat is biologisch, natuurkundig, scheikundig, etc. onmogelijk. Dood is dood, daar zit geen leven meer in. En toch kon God het. Toch kon Hij weer leven blazen in Jezus, Hij kon Hem weer terug brengen. Hij deed het onmogelijke. Dat is de kracht die in Jezus werkzaam is, de kracht om meer dan het onmogelijke te doen.
  • Dat is de kracht die in jou werkzaam is, de kracht die in de gelovige zit. Als Paulus het heeft over groeien in God, dan bedoelt hij dat we die kracht mogen gaan leren kennen. We mogen, door in geloof te leven, gaan zien dat God dingen gaat doen die onmogelijk zijn. Als wij stappen in geloof gaan zetten, geleid door God, dan zullen we gaan zien dat God die alles overtreffende kracht gaat inzetten. Dat God dingen gaat bewegen op manieren die wij nooit voor mogelijk hadden gehouden.
    • De discipelen waren grotendeels ongeletterd, ongemanierd en werden gezien als uitschot van de samenleving. Toch hebben zij, door Gods kracht, de wereld veranderd. Dat is Gods kracht werkzaam in hen.

Diezelfde kracht heeft Jezus aan de rechterhand van de troon van God gezet. Rechts was in de oudheid de plek van kracht en macht. “een persoon met een hoge rang die iemand aan zijn rechterhand zette, gaf hem gelijke eer aan die van hemzelf en erkende deze persoon als iemand met gelijke waardigheid en autoriteit.”

  • Gods kracht heeft Jezus op de plek van maximale autoriteit gezet in de hemel. Jezus zit nu in de hemel op de plek van gelijke waardigheid en autoriteit met God. Dat is wat Gods kracht bewerkt heeft.
  • Jezus zit nu ver boven alle mogelijke macht die er op deze aarde is, want Hij heeft Gods kracht en macht gekregen. Door die macht, is Hij nu, na God de Vader, de machtigste Heerser van het heelal en daarbuiten. Dat is de Jezus die wij mogen kennen. Paulus bid dat wij zullen groeien in onze kennis van Hem, in onze ‘ervaringskennis’.
    • Dit is de Jezus die voor jou en voor mij aan het kruis gestorven is, de Jezus die oneindig veel van jou houdt. Dit is de Jezus die wil dat jij en ik bij God de Vader kunnen komen, ondanks onze zonde. Dit is de Jezus die Zijn leven gaf, zodat jij en ik nu eeuwig leven kunnen hebben. Dit is de Jezus waar we het over hebben.

v22-23

Deze verzen zijn zeer belangrijk voor de kerk. Paulus bidt dat de kerk, door de Heilige Geest, Jezus zal leren kennen. Hij bidt dat we Zijn kracht zullen leren kennen, maar Paulus wil ook dat we Jezus’ autoriteit erkennen. Paulus geeft aan dat Jezus aangesteld is door God als Heerser.

  • Alle dingen zijn aan Jezus’ voeten gelegd, wat betekent dat Hij er over heerst. Hij is de uiteindelijke Heerser van alle dingen op aarde.
  • Maar voor de kerk heel belangrijk, Jezus is aangesteld als Hoofd van de kerk. Jezus is het enige, de rechtmatige, het juiste Hoofd van de kerk. De implicaties van dit statement moeten niet onderschat worden:
    • Jezus is het hoofd van alle dingen

Via het hoofd krijgen we voeding, lucht, drinken; kortom zonder het hoofd heeft het lichaam geen kracht en geen leven. Het hoofd zorgt voor communicatie met de leden van het lichaam, het hoofd zorgt voor afstemming tussen de verschillende leden van het lichaam. Het hoofd zorgt er ook voor dat het lichaam weet wat er wel en niet binnengelaten moet worden. Sommige dingen zijn wel goed voor het lichaam, andere dingen niet; het hoofd geeft dat aan.

Jezus is het hoofd; als je naar een lichaam kijkt, is een lichaam zonder hoofd dood. Een lichaam dat iets anders wil dan het lichaam functioneert niet goed. Een hoofd dat iets anders wil dan het lichaam heeft een probleem.

  • Hoe ondergeschikt zijn wij aan Jezus? Hoe ondergeschikt zijn wij aan Zijn wil? Hoe ondergeschikt ben jij aan het Hoofd, Jezus? Hoe goed luister jij als Hij een opdracht voor jou heeft?
  • De kerk is Zijn lichaam

Paulus vergelijkt de kerk in Efeze 2 met een gebouw en verderop in Efeze 4 weer met een lichaam. Hij gebruikt deze vergelijkingen om ons, Zijn kerk, te leren wat onze plek is, de plek waarin wij moeten groeien. God kennen betekent ook dat wij onze plek moeten kennen.

1 Korinthe 12:27 “Samen bent u namelijk het lichaam van Christus, en ieder afzonderlijk Zijn leden?”

Elk lichaamsdeel heeft een taak, een eigen taak. Jezus, als hoofd, bepaalt wie welke taak heeft. Dat is Zijn keuze, Zijn wil. Wij horen, als leden van Zijn lichaam, de taak uit te voeren die dat lid heeft. Het lichaam kan niet zonder hart, maar dat is niet zichtbaar van buitenaf. Het lichaam functioneert niet goed

Het lichaam voert uit wat het hoofd bedenkt. Zo hoort de kerk van God ook te zijn. Wij horen te doen wat God van ons vraagt, wij horen te handelen naar Zijn wil. De kerk hoort de handen en voeten van Jezus op aarde te zijn, wij horen Zijn stem, Zijn wil tot uiting te brengen. Als mensen ons zien, horen ze de wil van Christus te zien.

De vraag is of de kerk vandaag de dag doet wat de wil van het Hoofd is. De vraag is of de kerk vandaag de dag handelt als Zijn lichaam, of het lichaam van iets/iemand anders. Kijkend naar de daden van Jezus, te lezen in het Woord, en als ik die vergelijk met de daden van de kerk van vandaag de dag, zit daar een groot gat tussen. Jezus deed andere dingen dan dat de kerk vandaag de dag doet.

  • Wat doe jij? Doe jij wat het Hoofd wil? Doe jij wat Jezus deed? Of doe jij iets anders omdat jij het beter weet, er niet mee eens bent, etc.? Als kerk, doen wij wat Jezus van ons wil? Komen onze daden overeen met de plannen van het Hoofd?
  • De kerk is de vervulling van Jezus Die alles in allen vervult

Paulus geeft hier aan dat Jezus Zijn lichaam vult met Zichzelf. Hij vult Zijn kerk met leven, met liefde, met genade. Hij vult Zijn kerk met Woorden om te spreken, met daden om te doen. Hij vult Zijn kerk met alles wat de kerk nodig heeft.

  • De kerk hoort al haar richting, kracht, energie, motivatie, etc. uit Jezus te halen. Wij horen bij niemand anders te rade te gaan, dan alleen Christus. Wij horen alles van Hem te verwachten, want Hij vervult alles in allen.

De vraag is of wij dat ook doen. Waar verwacht jij dingen van? Verwacht jij dat mensen dingen voor je oplossen? Verwacht jij dat mensen jou kracht gaan geven, eigenwaarde, identiteit, etc.? Paulus wijst de kerk erop dat we alles alleen van Jezus kunnen verwachten.

Door dit stuk heen is Paulus bezig geweest om duidelijk te maken wat de christen hoort te doen. Hij maakt duidelijk dat nu we weten wat onze identiteit is, de wil van God, door Jezus Christus, bevestigd in de Heilige Geest, dat we nu God beter moeten leren kennen. Paulus maakt duidelijk dat we nu de God Die zoveel van ons houdt beter moeten gaan leren kennen, door de leiding van de Heilige Geest. Alleen Hij zal ons duidelijk kunnen maken Wie God is, alleen Hij kan laten zien de hoop in God, de rijkdom van Zijn heerlijkheid en de alles overtreffende kracht Die Hij voor ons heeft. Alleen de Heilige Geest kan laten zien dat God kennen ons helpt om als Zijn kerk te handelen en te wandelen.

  • Als christen, ken jij God? Hoe goed ken jij God? Spendeer jij tijd om God beter te leren kennen? Of besteed jij je tijd aan andere dingen? Weet jij wat de hoop, rijkdom en kracht zijn die God voor jou heeft? Weet jij wat jouw taak in het lichaam van Christus is? Bid dat God je ogen zal openen voor de dingen die Hij voor jou heeft.
  • Als jij nog niet gelooft, als jij deze God nog niet kent, maak dan vanochtend de keuze om Hem te leren kennen. Maak de keuze om Hem te willen leren kennen. God kent jou door en door, Hij heeft jou gemaakt; Hij wil graag dat jij Hem ook leert kennen.

Mattheüs 7:7-8 “Bid, en u zal gegeven worden; zoek, en u zult vinden; klop, en er zal voor u opengedaan worden. Want ieder die bidt, die ontvangt; wie zoekt, die vindt; en voor wie klopt zal opengedaan worden.”

  • Dit is de belofte die God jou doet, zoek Hem en je zal Hem vinden. Klop op Zijn deur en Hij zal open doen. Vraag Hem om jou Zichzelf te laten zien, vraag Hem om jou te overtuigen dat Hij echt is.