Spreuken 3

Spreuken 3

Het Bijbelboek Romeinen is in mijn mening het meesterwerk van de apostel Paulus v.w.b. de Christelijke leer en theologie.

Nadat Paulus in de eerste 11 hoofdstukken alles heeft uitgelegd over het Christelijk geloof, wat God in Christus gedaan heeft, wat God in Christus nog gaat doen, enz., schrijft Paulus dit:

Romeinen 12:1-2 –1Ik roep u er dan toe op, broeders, door de ontfermingen van God, om uw lichamen aan God te wijden als een levend offer, heilig en voor God welbehaaglijk: dat is uw redelijke godsdienst. 2En wordt niet aan deze wereld gelijkvormig, maar word veranderd door de vernieuwing van uw gezindheid om te kunnen onderscheiden wat de goede, welbehaaglijke en volmaakte wil van God is.”

Omdat God is wie Hij is, omdat God heeft gedaan wat Hij heeft gedaan, omdat God nog gaat doen wat Hij in Zijn Woord beloofd, roept Paulus ons ertoe op om onze lichamen aan God te wijden als een levend, heilig offer waar God van kan genieten. Dit is het meest redelijke dat wij als wedergeboren Christenen kunnen doen.

Toon volledige notities

En als wij onszelf dagelijks aan God offeren dan zullen wij niet langer zijn zoals de ongelovige wereld om ons heen, maar dan zullen wij veranderd worden door de vernieuwing van ons denken.

Naarmate wij onszelf aan God overgeven, naarmate wij ervoor kiezen om niet te denken en te doen zoals de wereld, naarmate wij veranderd worden door het vernieuwen van ons denken, zullen wij gegarandeerd de wil van God voor ons dagelijks leven gaan onderscheiden.

En die wil van God is goed, het is welbehaaglijk, oftewel het bevalt goed, het is aangenaam, het is fijn, het is prettig, én het is volmaakt. M.a.w. er mankeert niets aan de wil van God.

Om Gods wil voor ons dagelijks leven dus te kunnen onderscheiden moeten wij continu hervormd worden door het vernieuwen van ons denken.

En het is de Heilige Geest in ons die ons hervormd, die ons denken vernieuwt. En de methode dat de Heilige Geest gebruikt om ons te hervormen, om ons denken te vernieuwen is dat Hij het Woord van God aan ons kenbaar en verstaanbaar maakt zodat wij er iets mee kunnen. Zodat het praktisch word en niet slechts theoretisch of abstract.

Het hoofdstuk dat wij vanmorgen gaan behandelen geeft ons iets specifiek om ons te helpen Gods wil voor ons dagelijks leven te gaan onderscheiden.

Zoals ik eerder had gezegd is Spreuken het meest praktisch boek in het Oude Testament en het leert ons, wij die wedergeboren zijn, de vaardigheden om dagelijks goed te kunnen leven te midden van een goddeloze wereld.

Spreuken leert ons hoe onze mond te gebruiken, over het gezinsleven, over de waarde van nederigheid, over onze emoties, over vriendschap, over hoe wij geld moeten zien en hoe wij ermee om horen te gaan, over het leven en de dood.

Spreuken raakt alle facetten van het leven, van alle menselijke relaties en interacties.

En als klap op de vuurpijl, alle wijsheid dat in het boek Spreuken voorkomt is door ons te leren. Het is voor niemand te hoog gegrepen. Wijsheid is voor eenieder beschikbaar zolang wij de vreze des HEEREN voorop hebben staan.

In het vorig hoofdstuk zagen wij, zoals nu ook weer, Salomo zijn zoon Rehabeam toespreken door te beginnen met ‘Mijn zoon’. En de les in hoofdstuk 2 was dat als Rehabeam zich hield aan de dingen die in vers 1-4 staan, dan zouden de dingen dat in de rest van het hoofdstuk staan een realiteit voor hem worden. Het ging om de twee sleutelwoorden ‘als’ en ‘dan’.

Als je mijn woorden aanneemt, als je je hart neigt naar het inzicht, als je roept om het verstand, als je het zoekt als zilver, dan. Het is dus voorwaardelijk, als je dit doet, dan. . .

Nu, hier in hoofdstuk 3 gaat Salomo ermee verder. Hier, in vers 1 en later in vers 21 schrijft salomo alweer: ‘Mijn zoon’.

In verzen 1-12 zien wij in de oneven verzen een aansporing, oftewel een voorwaarde. In de even verzen zien wij de positieve gevolgen van wanneer wij ons aan de voorwaarden houden.

Vers 1-2 –1Mijn zoon, vergeet mijn onderricht niet, en laat je hart mijn geboden in acht nemen, 2want lengte van dagen en jaren van leven en vrede zullen ze voor jou vermeerderen.”

Al te vaak vergeten wij wat God ons heeft geleerd, hetzij vanuit Zijn Woord, hetzij vanuit ervaring, dus worden wij aangespoord om Gods onderricht niet te vergeten en Zijn geboden van harte in acht te nemen.

Van wat jullie hier op de zondagen te horen krijgen, vergeten jullie het meeste. Ik denk dat de doorsnee persoon iets van 10% onthoud en meeneemt. 90% wordt dus vergeten.

De experts beweren dat je meer zal onthouden wanneer je datgene dat je gehoord hebt in je eigen leven toepast, oftewel als je de geboden in acht neemt.

Degenen die het niet alleen horen en toepassen, maar die het ook aan een ander doorgeven zullen het meeste ervan onthouden, en zullen dan ook het minst vergeten.

Het positieve gevolg daarvan is dat lengte van dagen en jaren, van leven en vrede voor jou zullen vermeerderen.

Langer leven zonder echt te leven en zonder vrede is niet aantrekkelijk. Vandaar dat er ook staat dat men een langer leven van leven en vrede zal krijgen.

Uitzonderingen daargelaten, over het algemeen is dit gewoon waar. Degenen die Gods Woord naleven zullen zich niet in gevaarlijke toestanden bevinden doordat zij dwaze dingen hebben gedaan, en dit heeft als gevolg dat men statistisch gezien langer leeft.

Zowel vers 1 als 2 horen bij het 5e gebod uit Exodus 20:12: ‘Eer uw vader en uw moeder, opdat uw dagen verlengd worden in het land dat de HEERE, uw God, u geeft.’

Vers 3-4 –3Mogen goedertierenheid en trouw jou niet verlaten. Bind ze om je hals, schrijf ze op de tafel van je hart, 4vind gunst en goed verstand in de ogen van God en mens.”

Goedertierenheid spreekt hier van liefde, loyaliteit en toewijding. Wij hebben dit en ook trouw nodig om goede menselijke relaties te kunnen onderhouden, zowel in de kerk alsook buiten de kerk.

Door deze om je hals te binden en ze op de tafel van je hart te schrijven geeft aan dat deze karaktereigenschappen blijvend aanwezig moeten zijn; dus niet de ene keer wel en de andere keer niet.

Het gevolg is dat wij over het algemeen gunst en waardering zullen vinden in zowel Gods ogen alsook bij mensen waarmee wij contact krijgen, waarmee wij relaties krijgen; hetzij mensen in de kerk, hetzij onze buren, vrienden, familieleden, collega’s, schoolgenoten, winkeliers, bezorgers, verzorgers, enz.

Vers 5-6 –5Vertrouw op de HEERE met heel je hart, en steun op je eigen inzicht niet. 6Ken Hem in al je wegen, dan zal Híj je paden rechtmaken.”

Dit is een van de meest bekende Bijbelteksten. Het is bij velen ook een favoriet. We zouden deze waarheid op alles in ons leven kunnen toepassen. En hoe krachtig dit vers is op zichzelf, in de bredere context waarin het geschreven staat is het nog krachtiger.

Nadat je Gods woorden aangenomen hebt, nadat je je hart naar het inzicht hebt geneigd, nadat je geroepen hebt om het verstand, nadat je deze gezocht hebt als zilver, nadat je Gods onderricht niet hebt vergeten, nadat je Gods geboden in acht hebt genomen, nadat je goedertierenheid en trouw om je hals hebt gebonden en ze op de tafel van je hart hebt geschreven, vertrouw op de HEERE met heel je hart.

Door al deze voorwaardelijke dingen te doen en gedaan te hebben ga je God persoonlijk leren kennen als de God van de Bijbel die voor 100% te vertrouwen is.

Want door al deze dingen samen met God gedaan te hebben bouw je je relatie met God op, en in die relatie zal God Zich aan jou bewijzen.

2 Kronieken 16:9a – “De ogen van de HEERE trekken over de hele aarde, om Zich sterk te bewijzen aan hen van wie het hart volkomen is met Hem.”

Salomo weet uit ervaring dat God waardig is om te vertrouwen, vandaar dat hij zijn zoon (en ons) hier aanspoort om God met heel ons hart te vertrouwen.

Het gaat tegen ons natuur in om op God te vertrouwen. Wij vertrouwen liever op alles behalve de onzichtbare God van de Bijbel.

Vandaar ook dat Salomo ons eerst de voorwaarden geeft om op God te kunnen vertrouwen. Het allereerste is natuurlijk de vreze des HEEREN; God op een gezonde manier vrezen. En dan niet in de zin dat jij bang bent dat Hij jou pijn zal doen, maar dat jij door jouw ongehoorzaamheid Hem pijn zal doen. Het spreekt van respect en ontzag en liefde voor God.

Zoals ik al eerder zei, alles in het boek Spreuken, sterker nog, alles in de Bijbel valt of staat bij de vreze des HEEREN, dus ook het vertrouwen op de HEERE.

Salomo, die God persoonlijk kende schrijft hier dat wanneer jij als een kind van God op de HEERE vertrouwt met heel je hart, wanneer je niet steunt en leunt en bouwt op eigen inzicht, God bij het alledaagse betrekt, in alles met God rekening houdt, en Hem in alles wil eren, dan zal God jouw paden rechtmaken.

Dit is de clue in het ontdekken van de wil van God voor jouw dagelijks leven. Wil je Gods wil voor je dagelijks leven leren kennen, doe dan wat hier staat.

Gods verantwoordelijkheid hierin is dat Hij Zijn wil en weg aan jou bekend maakt, jouw verantwoordelijkheid hierin is om in Zijn wil en op Zijn weg te wandelen.

Het rechtmaken van jouw paden betekent hier niet alleen dat God Zijn wil en Zijn weg aan jou bekend zal maken, maar dat God jou ook veilig door de moeiten van het leven zal leiden.

God is in alles te vertrouwen, vooral in de meest onmogelijke levenssituaties en in de moeilijkste omstandigheden.

Vers 7-8 –7Wees niet wijs in je eigen ogen: vrees de HEERE en keer je af van het kwade. 8Het zal een medicijn zijn voor je navel en verfrissing voor je beenderen.”

Door niet eigenwijs te zijn, maar teachable, oftewel, door onderwijsbaar te zijn, ontvankelijk voor Bijbelse raad en advies, corrigeerbaar, zal het goed zijn voor je hele wezen.

Vers 9-10 –9Vereer de HEERE met je bezit, met de eerstelingen van heel je opbrengst, 10dan zullen je schuren gevuld worden met overvloed en je perskuipen overlopen van nieuwe wijn.”

Wanneer je tot geloof in Jezus Christus komt en wedergeboren bent door de Geest van God, dan krijg je op een gegeven moment het besef dat niets meer van jou is, maar dat alles dat je bezit door God aan jou gegeven en toevertrouwd is. Je bent slechts een rentmeester een beheerder.

En hier schrijft Salomo dat wanneer je God vereert met je bezit, met de eerstelingen van je opbrengst, d.w.z. het allerbeste deel, dus niet de overblijfsels, dan zal God jou dubbel en dwars zegenen.

Ik weet dat er veel zogenaamde kerken en bedieningen zijn die erop hameren dat mensen geld moeten geven voordat God hun kan zegenen. Dit is 100% fout en is nooit Gods bedoeling.

In dit soort cirkels geeft men dus om te krijgen. Maar in Gods economie krijgen wij sowieso alles van God waardoor wij het beste aan God terug kunnen en mogen geven.

Wij geven dus niet om te krijgen, maar wij krijgen om te kunnen geven. En God zal je daarvoor overvloedig zegenen. God zal nooit bij iemand in het krijt staan. Het is dus onmogelijk om meer aan God te geven dan dat Hij aan jou geeft.

Vers 11-12 –11Mijn zoon, verwerp de vermaning van de HEERE niet en heb geen afkeer van Zijn bestraffing. 12Want de HEERE straft wie Hij liefheeft, zoals een vader doet met de zoon die hij goedgezind is.”

God zal Zijn kind altijd vermanen of bestraffen, d.w.z. corrigeren, of tuchtigen of kastijden om ons te leren, om ons te veranderen naar Zijn evenbeeld. God zal Zijn kind nooit straffen, want Jezus Christus heeft onze straf reeds gedragen aan het kruis.

Gods tuchtiging komt eerder in de vorm van een coach die het allerbeste uit zijn leerling wil behalen, dan in de vorm van een autoritaire tuchtmeester, die erop zit te wachten dat je een misstap maakt. Maar, hoe dan ook, Gods tuchtiging zal nooit goed voelen. We zullen er altijd een afkeer aan hebben.

Want vaak komt het in de vorm van overtuiging. De Heilige Geest overtuigd je over een bepaalde zonde in je leven of over een situatie waarin jij fout zit, of over iets dat je goed moet maken of recht moet zetten. Hij laat je weten dat jij fout zit.

Gods tuchtiging kan ook komen in de vorm van kritiek, van vijandige mensen, onmogelijke omstandigheden, enz. En geen van deze dingen voelen goed.

En daarom staat hier om geen afkeer te hebben aan Gods bestraffing. M.a.w. zie het niet als zinloos, of alleen maar als iets vervelend, of dat jij het helemaal niet nodig hebt.

Het allerbeste voor mij hierin is dat wanneer ik door de Heere getuchtigd wordt, ik er zeker van ben dat ik een kind van God ben en dat Hij onvoorwaardelijk van mij houdt.

In Hebreeën 12, waarin deze verzen worden geciteerd staat ook dat God alleen Zijn kinderen tuchtigt en niemand anders.

Dit geeft mij nogmaals de zekerheid dat ik Hem daadwerkelijk toebehoor. Ik ben voor 100% een kind van God.

Vanaf vers 13 begint een nieuw deel waarin Salomo ons de waarde van de wijsheid laat zien. Wij zullen veel sneller door deze verzen heen gaan.

Vers 13-15 –13Welzalig is de mens die wijsheid vindt, de mens die inzicht verkrijgt, 14want haar opbrengst is beter dan de opbrengst van zilver en haar inkomen beter dan bewerkt goud, 15zij is kostbaarder dan robijnen. Al jouw wensen zijn met haar niet te vergelijken.”

God, die alwetend is zegt hier door Salomo heen dat wat het goed kunnen leven betreft, er in een mensenleven niets meer waardevol is dan wijsheid en inzicht.

En het vinden van die wijsheid en inzicht is het gevolg van het naarstig zoeken ernaar, het is niet door toeval dat de wijsheid gevonden wordt.

Vaak denken wij dat als wij maar zo veel verdienden, dan zou het leven beter gaan. Of als wij maar. . . en vul het maar in.

Geld kan ervoor zorgen dat er eten op tafel staat, maar het kan niet zorgen voor de liefde en saamhorigheid, een huis maar niet een thuis, mooie sierraden en hebbedingetjes, maar niet de liefde en genegenheid waar een goddelijke vrouw naar verlangt.

God zegt dat al jouw wensen niet te vergelijken zijn met Gods wijsheid.

“Als rijkdom een bonum (goed) is, dan is wijsheid de summum bonum (het hoogste goed).” Norman Habel

Vers 16-18 –16Lengte van dagen is in haar rechterhand, in haar linkerhand zijn rijkdom en eer. 17Haar wegen zijn lieflijke wegen, al haar paden zijn vrede. 18Zij is een boom des levens voor wie haar vastgrijpen: wie haar vasthouden, zijn gelukkig te prijzen.”

Vers 19-20 –19De HEERE heeft de aarde met wijsheid gegrondvest, de hemel met inzicht gevestigd. 20Door Zijn kennis hebben de diepe wateren zich een weg gebaand, en druipen de wolken van dauw.”

Als de God van de Bijbel door wijsheid hemel en aarde heeft geschapen, waartoe is Zijn wijsheid dan niet in staat?

Vers 21-26 –21Mijn zoon, laat ze niet wijken van je ogen: neem wijsheid en bedachtzaamheid in acht. 22Zij zullen leven zijn voor je ziel, een sieraad voor je hals. 23Dan zul je je weg onbezorgd gaan en je voet niet stoten. 24Als je neerligt, zul je niet angstig zijn, je zult neerliggen en je slaap zal aangenaam zijn. 25Wees niet bevreesd voor plotselinge angst of voor verwoesting door goddelozen, als die komt, 26want de HEERE is je hoop, Hij zal je voet bewaren voor gevangenschap.”

Wijsheid in inzicht zullen je leven geven, ze zullen je laten weten en voelen dat je daadwerkelijk leeft; met alle ups en downs. Je zal niet afgevlakt of afgemat door het leven gaan.

Je zal je weg onbezorgd gaan. D.w.z. dat je je veilig zal voelen, overal waar je komt. Niet alleen om de wetenschap dat je in Gods hand veilig bent, maar ook omdat de wijsheid jou niet zal leiden tot onveilige situaties. Je zal slimme keuzes maken!

Je zal ongeacht de situatie niet angstig zijn wanneer je gaat slapen. Je hoeft je geen zorgen te maken wanneer je gaat liggen.

Vooral jongeren denken vaak dat die gasten die zo’n spannend leven leiden het echt goed voor mekaar hebben met hun grote huizen en dikke auto’s.

Maar ik weet uit ervaring dat wanneer je je bezighoudt met foute dingen, je ’s nachts niet echt goed kan slapen.

Aan de buitenkant lijkt het erop dat zij succesvol leven, maar jij weet niet waar zij aan denken, waar zij over malen wanneer zij hun hoofd neerleggen op hun kussen.

Maar degenen die wijsheid in inzicht kennen, zullen onbevreesd en onbezorgd in slaap vallen.

Toen de apostel Petrus ’s avonds gevangengenomen werd om de volgende ochtend de doodstraf te krijgen, sliep hij die nacht heel vast, vastgeketend aan twee soldaten. Hij had totaal geen angst.

Vers 27-30 –27Onthoud het goede niet aan wie er recht op hebben als het binnen je macht ligt dat te doen. 28Zeg niet tegen je naaste: Ga heen en kom nog eens terug en morgen zal ik het geven, terwijl het bij jou is. 29Smeed geen kwaad tegen je naaste, terwijl hij onbezorgd bij jou woont. 30Klaag een mens niet zonder reden aan als hij jou geen kwaad heeft gedaan.”

In deze verzen geeft Salomo ons een aantal praktische voorbeelden waarin de wijsheid tot uiting kan komen.

‘Onthoud het goede niet aan wie er recht op hebben als het binnen je macht ligt dat te doen’.

Als je bijvoorbeeld je rekeningen moet betalen, dan moet je dat gewoon doen. Wijsheid zegt dan ook dat je je geld niet moet opmaken aan andere dingen terwijl je je rekeningen nog moet betalen.

Als je iets voor iemand kan doen, doe het dan meteen, stel het niet uit. De meeste mensen komen niet zomaar bij jou aankloppen om hulp, het is voor diegene dus blijkbaar dringend.

Beraam geen kwaad tegen iemand die bij jou inwoont. Hij/zij is bij jou en vertrouwt erop dat jij het beste voor die persoon voor ogen hebt.

Vertel geen leugens over mensen. Ga niet op de sociale media om die en die zwart te maken omdat je denkt of voelt dat die persoon jou benadeeld heeft.

Als het eenmaal online staat dan is de schade al gedaan. Zoek altijd eerst uit wat er daadwerkelijk aan de hand is. Het kan heel goed zijn dat je spoken ziet.

Vers 31-35 –31Wees niet jaloers op een man van geweld en verkies geen van zijn wegen,32want wie afwijkt van de rechte weg is voor de HEERE een gruwel, maar met de oprechten gaat Hij vertrouwelijk om. 33De vloek van de HEERE rust op het huis van de goddeloze, maar de woning van de rechtvaardigen zal Hij zegenen. 34De spotters zal Híj wel bespotten, maar zachtmoedigen zal Hij genade geven. 35Wijzen zullen eer ontvangen, maar dwazen laden schande op zich.”

Het enige dat ik hierover wil zeggen is dat de Heere vertrouwelijk omgaat met de oprechten.

Wanneer ik dicht bij de Heere leef, wanneer ik Zijn Woord aanneem en Zijn wijsheid nastreef, wanneer ik in alle oprechtheid Hem navolg en dien tot eer en glorie van Zijn naam, dan neemt Hij mij in vertrouwen.

Ik kan niet bevatten dat de God van de Bijbel, de Schepper van hemel en aarde mij Zijn hemelse raad toevertrouwd, dat Hij Zijn hart met mij deelt, dat Hij vertrouwelijke zaken met mij deelt.

God wil dus niet slechts Zijn wil en Zijn weg voor het dagelijks leven aan de vertrouweling bekend maken, Hij wil zelfs zijn hart en Zijn intieme gedachten aan ons bekend maken.

God is voor 100% te vertrouwen, ben jij dat? Kan God jou vertrouwen? Kan God Zijn hart aan jou toevertrouwen?

Vorige
Spreuken 2
Volgende
Spreuken 4