Toegang tot God is voor iedereen mogelijk – Efeze 3:1-13

Toegang tot God is voor iedereen mogelijk – Efeze 3:1-13

Vorige week hebben we gekeken naar het effect van Gods genade op de cultuur binnen de kerk. De kerk hoort een radicaal andere cultuur te hebben dan de wereld, door het kruis. Jezus heeft Jood en heiden, voorheen vijanden van elkaar, verzoend in Zichzelf. Vandaag doen we een stapje terug van de eenheid tussen Jood en heiden en gaan we vanuit een andere invalshoek kijken naar de redding die God aanbiedt. Paulus legt uit “Toegang tot God is voor iedereen mogelijk”.

Toon volledige notities

Om dit onderwerp uit te leggen, in meer detail dan voorheen, beantwoord Paulus 3 vragen:

  • Wat is daar voor nodig? Geheimenis van Christus (v1-7)
  • Wat verwacht God van jou? Het verkondigen van het geloof (v8-11)
  • Waarom? Toegang tot God voor iedereen (v12-13)

De Joden hadden regels die hen “toegang” zouden geven, de heidenen werd vakkundig de toegang ontzegd. God wil duidelijk maken aan elk mens dat er toegang tot Hem mogelijk is. Dit was dus een revolutionair begrip voor beide groepen, het was voor beide iets dat meer uitleg nodig had.

v1-7 Wat is daar voor nodig? Het geheimenis van Christus
Paulus zag in dat de nieuwe situatie heel bijzonder was. De nieuwe situatie dat Jood en heiden bij God kunnen zijn en komen. De nieuwe situatie dat alle (o.a. culturele) verschillen tussen mensen wegvallen, op het moment dat ze tot geloof komen in Jezus Christus. Vorige week hebben we gezien dat Paulus het kruis aandraagt (Efeze 2:14-16), hij gaat nu meer uitleg geven.

v1-2

De reden die Paulus bedoelt, is de nieuwe eenheid in Christus. Dit is de reden dat Paulus zit waar hij zit, hij verkondigde het Evangelie aan Jood en heiden en werd daardoor vervolgd en in de gevangenis gegooid. Belangrijk is dat hij zichzelf ziet als gevangene van Christus, niet als gevangene van Rome.

  • Paulus zag dat hij zat waar hij zat, door de wil van God. Hij was apostel door de wil van God (Efeze 1:1), hij zag ook dat Jezus bepaalde waar hij was en waar hij diende. Paulus kon blij zijn met het in de gevangenis zitten, zolang hij maar in de wil van Christus was.

Hoe kon Paulus zo dankbaar zijn? “de uitdeling van de genade van God”. Gods genade was de reden voor Paulus om oneindig dankbaar te zijn. Gods genade heeft Paulus van zo ver gebracht, hij had door hoe ontzettend dankbaar hij God mocht zijn. Genade = iets wel krijgen dat je niet verdient. Paulus had door hoeveel hij van God had gekregen, omdat hij wist wat hij gedaan had.

  • Paulus, voor hij tot geloof kwam, doodde christenen. Hij was een Jood die christenen doodde, christenen probeerde te dwingen hun geloof af te wijzen. Paulus was zo vol vuur voor dit doel, dat hij brieven ophaalde bij de autoriteiten in Jeruzalem, zodat hij ook christenen kon vervolgen in Damascus. Jezus sprak tot hem onderweg en Paulus geloofde in Jezus. Vanaf dat moment ging hij vol vuur het Evangelie verkondigen.
    • Hoe? Door “de uitdeling van de genade van God” (v2), “uit genade bent u zalig geworden, door het geloof,” (Efeze 2:8). Paulus had zo goed door dat hij alles dankte aan Gods genade, Gods genade was zijn drijfveer. Gods genade was de reden dat hij zo dankbaar was. Paulus zag dat Gods genade de reden was dat er toegang is tot God, ongeacht wat wij gedaan hebben. Genade, genade, genade.
      • Als christen, hoe dankbaar ben jij? Kan jij dankbaar zijn in elke situatie, ondanks de situatie? Of ben jij alleen bezig met je situatie, waardoor je God uit het oog verliest? Zie jij dat je nog elke dag Gods genade nodig hebt?
      • Als nog-niet-gelovige, net als Paulus, net als iedereen hier, kan jij gered worden. Jij kan en mag deel worden van Gods koninkrijk. Jij kan en mag God dienen zoals Hij is en Zijn kind zijn. Er is geen zonde te groot, God wil jou genade geven, zodat je bij Hem zult zijn. Gods genade is hoe je bij God kan komen, neem Zijn genade aan, Zijn offer aan het kruis voor jouw zonden.

Deze genade is Paulus niet alleen gegeven voor zichzelf, maar juist om door te geven. Deze genade is Paulus gegeven om aan de heidenen, niet-Joden, God te vertellen. Het is onze taak als christenen om mensen het Woord te verkondigen, het Woord dat vol staat van Gods genade. Romeinen 10:17 leert dat geloof uit het horen en horen door het Woord van God is, dat is onze taak als christenen. Paulus had dit door, de vraag is of wij dat ook doorhebben en leven.

v3-4

De enige manier om echt te snappen wat de genade van God is, is door openbaring. ‘Openbaring’ betekent het onthullen van een waarheid, dit is iets dat God doet. God openbaarde aan Paulus wie Hij is, wat Hij gedaan heeft, hoe dat past binnen het Woord, etc. God liet aan Paulus zien wat de manier was om toegang tot God te krijgen, voor zowel Jood als heiden. De eenheid uit Efeze 2:11-22 komt alleen door deze toegang, alleen door de openbaring die God geeft. Alleen voor de mensen die gered zijn door genade, alleen voor de mensen die de Geest van wijsheid en openbaring hebben, voor hen wiens identiteit in Christus is.

2 Korinthe 4:4 “Van hen, de ongelovigen, geldt dat de god van deze eeuw hun gedachten heeft verblind, opdat de verlichting met het Evangelie van de heerlijkheid van Christus, Die het beeld van God is, hen niet zou bestralen.”

  • De Enige Die hier iets aan kan doen, is God. Hij kan onze ogen openen voor de waarheid van God. Betekent dit dat God kiest Wie in Hem geloven? Nee, dit betekent dat Hij de ogen opent van mensen die in Hem willen geloven. Hij biedt genade en redding aan, de mensen die dat willen ontvangen, hun ogen worden geopend.
    • Als jij nog niet gelooft, vraag of God Zichzelf wil openbaren. De enige weg naar God, naar eeuwig leven is Jezus Christus; God moet dit openbaren. Hij zegt dat wie zoekt zal vinden, voor wie klopt zal worden opengedaan (Lukas 11:9). God heeft zoveel liefde voor jou,Hij wil jouw rotzooi opruimen, jouw zonde wegnemen en jou overspoelen met liefde, genade, rust en vrede. Bid tot Hem, vraag Hem hierom.
    • Als jij al wel gelooft, hoe vaak vraag jij God om Zichzelf te openbaren? Vraag jij God überhaupt om dingen te openbaren? Jakobus zegt dat we niet krijgen, omdat we niet bidden (Jakobus 4:2), omdat we niet vragen. Vraag het God. Hij wil dit soort dingen doen, Hij wil Zichzelf, Zijn Woord, Zijn wil, etc. openbaren aan ons. Vraag.

v5

Paulus spreekt in deze verzen over het “geheimenis van Christus”. Wat is dat?

Het gaat hier specifiek om dingen die verborgen zijn gebleven tot de openbaring door de Heilige Geest. Paulus spreekt hier over de toegang tot God en dat die voor iedereen is. Dit was niet geopenbaard in het OT, maar alleen door het openbarende werk van de Heilige Geest.

De apostel legt ons uit dat dit geheimenis voorheen niet duidelijk was, verborgen, maar dat het nu geopenbaard is door de Heilige Geest. God Zelf moet dingen openbaren, dat is de enige weg. Er wordt verwezen naar het mysterie van Christus in het Oude Testament, maar er staat nergens “Christus komt er aan”.

v6

Het grote mysterie van dit geheimenis, wat ook zo lastig is voor veel Joden, is dat de heiden nu mede-erfgenaam is, tot hetzelfde lichaam behoort en mededeelgenoot is van dezelfde belofte.

  • Mede-erfgenaam

Jood en heiden zijn nu samen erfgenaam van God, alleen in Christus. De erfenis die God voor Zijn volk Israël heeft, het volk waar Hij nog niet klaar mee is (Romeinen 9-11), is alleen door Jezus Christus. Alleen Hij is de weg, de waarheid en het leven. Alleen Hij geeft ons onze erfenis, want alle dingen zijn aan Jezus’ voeten onderworpen (Efeze 1:22). Het Grieks wijst ook op iets dat altijd in relatie is tot Christus.

  • Tot hetzelfde lichaam behoort

Dit lichaam is het lichaam van Christus, waarvan Hij het hoofd is (Efeze 1:22). Het lichaam waar Jood en heiden 1 zijn (Efeze 2:11-22). Het lichaam waar alle verschillen tussen broers en zussen weg horen te vallen, het lichaam waar de cultuur van het kruis hoort te heersen.

  • Mededeelgenoot van de belofte

De hoeveelheid beloftes die God in Zijn Woord heeft staan is ongekend.

2 Petrus 1:3-4 “Immers, Zijn Goddelijke kracht heeft ons alles geschonken wat tot het leven en de godsvrucht behoort, door de kennis van Hem Die ons geroepen heeft door Zijn heerlijkheid en Zijn deugd. Daardoor heeft Hij ons de grootste en kostbare beloften geschonken, opdat u daardoor deel zou krijgen aan de Goddelijke natuur, nadat u het verderf, dat er door de begeerte in de wereld is, ontvlucht bent”

Gods beloftes zijn groots en kostbaar. Petrus gebruikt hier woorden, superlatieven, om iets goddelijks te omschrijven. De beloftes van God zijn ongekend en ongeëvenaard, ze zijn bovennatuurlijk geweldig. De belofte is eeuwig leven van en bij God, eeuwig leven is God kennen (Johannes 17:3). Dat is een voorrecht dat we alleen in Christus hebben.

à Paulus vat dit allemaal mooi samen door te zeggen dat dit alleen door het Evangelie is. Dat is precies wat het geheimenis is, Gods Evangelie. Het woord Evangelie betekent goed nieuws en dat is wat de Heere Jezus kwam brengen, goed nieuws.

  • Goed nieuws voor de Jood, niet meer het harde werken om je aan de wet te houden die je toch niet kon houden.
  • Goed nieuws voor de heiden, want nu kunnen wij deel zijn van Gods belofte, van Gods zegen, van Gods koninkrijk.
    • God houdt van elk mens. God wil dat elk mens bij Hem kan komen, want dat is waar we voor gemaakt zijn. Daarom heeft Hij ervoor gezorgd dat er een weg is. Elk mens is gescheiden van God door zijn/haar zonde. Het maakt niet uit hoe “goed” je geleefd hebt, Gods standaard is perfectie. God heeft Jezus naar de aarde gestuurd om voor jou en mij de straf te dragen, de straf die bij de zonde hoort. Jezus, God mens geworden, droeg jouw en mijn straf aan het kruis. Hij stond weer op uit de dood en zit nu aan de rechterhand van God de Vader in de hemel. Hij biedt jou en mij redding aan, nu, op dit moment. 2 Korinthe 6:2 zegt dat vandaag de dag van de redding is. Neem Hem vandaag nog aan als Verlosser en Heere. Hij heeft Zijn deel gedaan, Hij biedt jou redding aan, accepteer die redding, accepteer de Redder. Kies voor Hem.

v7

De enige manier om dit aan te nemen, de enige manier om dit te geloven, is door Gods genade. God moet ons geloof geven, God moet ons Zichzelf laten zien. God moet ons tot leven wekken. Onze redding is compleet Gods werk, wij hoeven dat werk alleen aan te nemen.

  • God wil een relatie met de mens. Hij wil dat we Hem liefhebben, Hem aanbidden. Soms zeggen mensen dat je geen keuze hebt, dat als God je kiest, dat je dan tot geloof moet komen.
    • Echt liefde kan niet opgelegd worden, echte liefde is niet gedwongen. Echte liefde is een keuze. Dat is precies wat Paulus zegt, precies wat het Woord benadrukt. God doet het werk, wij hoeven het alleen aan te nemen.

Handelingen 16:31 “Geloof in de Heere Jezus Christus en u zult zalig worden, u en uw huisgenoten.”

Van dit Evangelie, van dit goede nieuws was Paulus de boodschapper. Paulus verkondigde dit goede nieuws overal waar hij was. Hoe? Alleen door Gods genade. Hij is wie hij is naar de wil van God, hij zit waar hij zit naar de wil van God. Hij doet wat hij doet, omdat hij er, door genade, kracht voor ontvangt van God. Hij had door dat de toegang tot God, het dienen van God, puur en alleen genade was.

v8-11 Wat verwacht God van jou? Verkondigen van het geloof

Met deze kennis in de hand, met deze uitleg, begint Paulus aan een logisch gevolg. Paulus legt uit wat wij met dit Evangelie moeten doen, door Gods genade. De kerk, wij, moet dit Evangelie op 2 plekken uitleggen, 1) op aarde (v8-9), 2) in de hemelse gewesten (v10-11)

v8-9

Die genade, de genade die Paulus had ontvangen, zette Paulus aan tot actie. Deze genade was niet alleen voor hemzelf bedoeld, maar voor de hele mensheid. De opdracht van God voor Paulus was om het Evangelie te verkondigen en dan voornamelijk onder de heidenen.

  • Paulus was een zeer toegewijd Jood, hij leefde naar alle wetten. Om dan hem uit te zoeken, om dan hem deze opdracht te geven, dat was bizar. Paulus snapte hoe bijzonder het was dat Jood en heiden in Christus samenkwamen, omdat hij degene was die naar de heidenen werd gestuurd door God. Hij had door dat God hen 1 gemaakt had in Christus.

Paulus ziet zichzelf als de minste van de heiligen. Dit is geen valse bescheidenheid, dit is niet om zichzelf omhoog te praten.

Barnes: “Paulus kon de schuld uit zijn vorige leven niet vergeten,”

  • Paulus had de kerk vervolgd, christenen in de gevangenis gegooid, etc. De wetenschap dat hij dit gedaan had, en meer, bracht hem ertoe om te zeggen dat hij “onvergelijkbaar was met minste van de heiligen”.
    • Dit is zondebesef, dit is beseffen van hoever God je gebracht heeft. God kan en wil elke zonde vergeven, behalve het Hem afwijzen tot je dood. Verder wil Hij elk mens vergeven van wat we gedaan hebben. Zijn genade is groot genoeg en reikt diep genoeg. Het maakt niet uit wat je gedaan hebt, Hij houdt van jou. God biedt jou toegang aan tot Hem, tot Zijn liefde; door Zijn genade.

Paulus werd door God de wereld ingestuurd, om de heidenen “de onnaspeurlijke rijkdom van Christus” te verkondigen.

  • ‘onnaspeurlijk’ betekent dat het onmogelijk is om de voetstappen van te volgen, het is ondoorgrondelijk. Wij zullen nooit de rijkdom van Christus kunnen volgen. De rijkdom van Zijn genade, Zijn liefde, Zijn compassie voor de mens; het is onnaspeurlijk, niet te begrijpen. Paulus moest die rijkdom verkondigen, die ongelofelijke, onbegrijpelijke rijkdom.
    • Wat trekt mensen over de streep om te geloven? Niet mijn woorden, niet mijn kleding, niet het feit dat ik hier sta. Het gaat erom dat mensen een ontmoeting hebben met Jezus Christus. Het gaat erom dat mensen Zijn onnaspeurlijke rijkdom van liefde en genade gaan zien. Dat is mijn gebed voor de mens, een ontmoeting met Jezus Christus.
  • God wil ook dat we begrijpen wat Hij bedoelt, Hij moet onze ogen verlichten. Hij moet onze gedachten verlichten wat betreft de dingen van God. God moet ons laten zien dat zowel Jood als heiden nu bij Hem kan komen, God moet ons laten zien dat we één in Hem mogen zijn.
    • Dit is een waarheid die eeuwenlang verborgen is gebleven in God, geen mens wist er vanaf. God koos ervoor om dit vanaf Jezus’ leven te openbaren, omdat Jezus de weg, de waarheid en het leven is. Jezus is de vervulling van de wet, Jezus is de Messias (de Redder). We hebben Hem nodig, Hem alleen.

God schiep alle dingen, dus ook dit plan van redding voor de mens. Dit plan om de mens te redden, is Gods plan, uitgevoerd door Jezus Christus. Paulus bevestigt nogmaals dat dit allemaal in en door God is, niet door iets dat wij zelf goed gedaan hebben.

v10-11

Niet alleen de verloren wereld moet deze boodschap horen. De geestelijke wereld, de engelen en demonen, moeten deze boodschap ook zien en horen. Niet dat zij zich zullen bekeren, maar zij snappen niks van Gods genade. Voor hun zijn Gods genade, Gods liefde en Gods redding dingen die ze heel anders ervaren dan wij.

  • Voor ons is Gods genade de reden dat we Hem aanbidden, de engelen en demonen aanbidden Hem omdat ze zien hoe groot Hij is en omdat ze niet anders kunnen.
  • Gods liefde is een reden om bij Hem te willen zijn, de engelen en demonen hebben geen deel aan die liefde zoals wij dat mogen hebben.
  • Gods redding is gericht op de mens, niet de engelen en demonen. De demonen smeken Jezus zelfs om niet nu al naar de plek van eeuwig oordeel gestuurd te worden.
  • God wil een relatie met ons hebben, engelen zijn dienende geesten (Hebreeën 1).

De hemelse gewesten willen meer inzicht verkrijgen in Gods Evangelie. Specifiek in de “veelvuldige wijsheid van Christus”. Het woord dat Paulus hier gebruikt wijst op veelzijdige wijsheid, wijsheid met veel eigenschappen en facetten. Dat is wat God voor de mens heeft, wijsheid in elke situatie.

Barnes: “Er zat duidelijk wijsheid in het maken van het plan; wijsheid in het selecteren van de Verlosser; wijsheid in de incarnatie; wijsheid in de verzoening; wijsheid in hoe het hart vernieuwd wordt en de ziel geheiligd; wijsheid in de zegeningen van God waardoor de kerk geheiligd, geleid en naar Zijn glorie gebracht wordt. (…) Elk aspect is vol van schoonheid.”

  • In 1 Petrus 1:12 staat dat de dingen die wij mogen snappen, dingen zijn “waarin de engelen begerig zijn zich te verdiepen.” Wij mogen dingen snappen die zij nooit zo zullen snappen als wij. Zij observeren, wij ervaren.
    • Hoe maken wij die veelvuldige wijsheid van God bekend aan de hemelse gewesten? Door te leven naar Gods wil, de wereld te vertellen over Wie God is. De engelen staan elke keer verbaasd te kijken als ze zien wie er allemaal Zijn koninkrijk binnen mogen komen. Dat is genade die ze niet snappen. Onze uitdaging zit in het leven naar Gods wil en het verkondigen, de uitdaging voor de hemelse gewesten zit in het aanschouwen van hoe groot God is.

Dit is ook al sinds het begin der tijden het voornemen van God. Hij wil dat alles in de hemel, alles op aarde snapt Wie Hij is. Hij wil dat alles en iedereen Hem zal aanbidden. Filippenzen 2:10-11 leert dat op een dag dat ook zal gebeuren, op een dag zal elke knie buigen voor God.

  • De vraag aan jou en mij, is zullen wij vrijwillig buigen omdat we gezien en ervaren hebben hoe groot en geweldig Hij is? Of zullen wij aanbidden omdat we niet anders kunnen?
  • God wil Zichzelf vandaag aan jou laten zien, Hij wil dat jij Hem leert kennen. Hij wil dat jij weet, ervaart en meer gaat snappen hoe groot zijn genade en liefde voor jou is. Hij houdt oneindig veel van jou en Hij wil niet dat je naar de hel gaat. Hij wil dat je de eeuwigheid bij Hem doorbrengt in de hemel. De vraag is welke keuze jij maakt. God staat met open armen op je te wachten, Hij biedt jou op dit moment Zijn liefde, genade en vergeving aan. Hij geeft jou toegang tot Zichzelf, door Zijn genade en liefde. Neem jij het aan?

v12-13 Waarom? Toegang tot God voor iedereen

Wat heeft God gedaan door Jezus’ offer? Wat is de fantastische zegen waar we van mogen genieten? De “vrijmoedigheid en de toegang met vertrouwen”, we mogen bij God komen.

Jesaja 59:2 leert dat zonde scheiding maakt tussen God en mens, die scheiding is weg. Romeinen 6:23 leert dat het loon van de zonde de dood is, Jezus heeft die dood op Zich genomen. Habakuk 1:13 leert dat God de zonde niet kan aanzien, door Jezus’ vergeving kan Hij naar ons kijken en blij zijn. Galaten 6:8 vertelt ons dat de zonde verderf zal oogsten, nu mogen we eeuwig leven ontvangen door Gods werk.

  • De vrijmoedigheid waar Paulus het over heeft wijst op dat we zonder angst bij God kunnen komen. We hoeven niet bang te zijn dat God van gedachten veranderd, we kunnen zeker weten dat we bij God kunnen komen en fellowship met God mogen hebben.

Hebreeën 4:16 “Laten wij dan met vrijmoedigheid naderen tot de troon van de genade, opdat wij barmhartigheid verkrijgen en genade vinden om geholpen te worden op het juiste tijdstip.”

  • De toegang die we hebben gaat uit van een vriendelijke houding van de ontvangende partij. God is blij om ons te zien. Het maakt niet uit of we gevallen zijn in zonde, of we Hem eren, of wat dan ook. God is altijd blij om ons te zien, Hij houdt van ons. Zijn liefde voor ons houdt niet op op het moment dat we tot geloof komen. Hij is zo groot, zo liefdevol, Hij heeft ons toegang gegeven tot Zijn troonzaal.
  • Het vertrouwen gaat om vertrouwen dat we van de Heilige Geest gekregen hebben. Hij geeft ons het vertrouwen dat we ook daadwerkelijk bij God mogen zijn. We zijn door God overtuigd dat we echt bij Hem mogen zijn, echt van Zijn aanwezigheid mogen genieten, echt Hem mogen kennen.

Net zoals in Efeze 2:8 maakt Paulus duidelijk dat redding puur en alleen door geloof is. Je moet geloven dat Jezus Christus de Zoon van God is, dat Hij gekomen is om voor jouw zonden te sterven, dat Hij de straf droeg die jij en ik hadden verdiend. Je moet geloven dat Jezus uit de dood is opgestaan, door “de allesovertreffende grootheid van Zijn kracht” (Efeze 1:19), en dat Hij nu aan de rechterhand van God zit.

  • God wil dat zowel Jood als heiden snapt dat we redding niet kunnen verdienen. Het gaat bij redding niet om wat jij doet, maar wat Jezus gedaan heeft. Het gaat niet om wat jij kan, maar wat Jezus kan.
    • Het is zo goed om te weten dat God oneindig veel van ons houdt, het is zo fijn om te snappen dat we bij Hem mogen zijn. Het geeft mij ontzettend veel rust om te weten dat ik de eeuwigheid bij Hem zal doorbrengen. Jij weet, ’s avonds wanneer je je ogen dichtdoet, wat jij doet, jij weet waar je heen gaat. God wil dat we vrijmoedigheid hebben, geen angst. God wil dat we het vertrouwen hebben om naar Hem toe te komen, dat Hij ons niet veroordeelt, maar ons juist naar Zichzelf toe wil trekken.

Deze vrijmoedigheid, en toegang met vertrouwen horen ons te bemoedigen. We mogen kracht van God ontvangen om het dagelijks leven te leven, de race te lopen. Paulus zegt dat we niet ‘compleet zonder geest moeten zijn, uitgeput, flauw moeten vallen’; als christenen mogen we kracht putten uit God:

Jesaja 40:28-31 “Weet u het niet? Hebt u het niet gehoord? De eeuwige God, De HEERE, de Schepper van de einden der aarde, wordt niet moe en niet afgemat. Er is geen doorgronding van Zijn inzicht. Hij geeft de vermoeide kracht en Hij vermeerdert de sterkte van wie geen krachten heeft. Jongeren zullen afgemat en moe worden, jonge mannen zullen zeker struikelen; maar wie de HEERE verwachten, zullen hun kracht vernieuwen, zij zullen hun vleugels uitslaan als arenden, zij zullen snel lopen en niet afgemat worden, zij zullen lopen niet moe worden.”

  • Die God wil dat we naar Hem toekomen, die God heeft kracht voor ons, genade, liefde. Alles wat wij nodig hebben heeft Hij voor ons klaarstaan. We hoeven er alleen om te vragen.

 

Paulus zat in de gevangenis in Rome toen hij deze brief schreef. Hij zat daar omdat hij het Evangelie verkondigde aan de Joden. Hij zat daar omdat ze hem onterecht wilden doden. Hij zat in de gevangenis omdat hij God boven zichzelf stelde. In plaats van naar zijn omstandigheden te kijken, keek hij naar het eeuwige effect van deze situatie. Hij zag zichzelf als Jezus’ gevangene, niet die van Rome. Daardoor kon hij zich verblijden in zijn situatie, daardoor kon hij door God gebruikt worden om mensen te vertellen over God, daardoor kon hij Efeze, Kolossenzen, Filippenzen en Filemon schrijven. Daar hebben wij profijt van, daardoor mogen wij God beter leren kennen. Wat een genade, wat een liefde.

  • Paulus zegt: kijk naar wat God allemaal doet, ondanks de omstandigheden. Kijk naar hoe God dit allemaal gebruikt, daar mogen jullie van genieten, jullie mogen hierdoor groeien in de kennis van God. Het is jullie heerlijkheid, jullie glorie dat jullie dit mogen doen en leren.

David Guzik: “Paulus werd [door God] gebruikt, en op manieren die hij van te voren nooit gedacht had. (…) Ook wij hebben een plek waar we mogen dienen in Gods eeuwige plan. Als we dit weten en hier naartoe werken, is dat een geweldige bescherming tegen de moed verliezen als we midden in beproevingen zitten.”

De grote vraag aan jou, aan iedereen hier:

  • Heb jij al toegang tot God? Paulus is aan het uitleggen dat iedereen toegang kan krijgen, maar dan alleen door geloof. Heb jij toegang? Geloof jij dat God is Wie Hij zegt te zijn? Geloof jij dat Jezus voor jou gestorven en opgestaan is? Geloof jij dat jij een zondaar bent die dat offer en die genade nodig heeft? Als jij nog niet gelooft, als jij Jezus nog niet aangenomen hebt als Verlosser en Heere, doe dat op dit moment. Bid dat Hij Zichzelf zal openbaren. Bid en vertel Hem wat Hij al weet, namelijk dat je een zondaar bent. Bid dat Hij je zal vergeven.
  • Als je al gelooft, verlies de moed niet. Blijf je op God richten, bij Hem komt kracht vandaan. Zoek broeders en zusters op, zoek samen het aangezicht van de Heere. Bemoedig elkaar, bid met en voor elkaar. Vraag God om meer van Zichzelf te openbaren, dat is de beste krachtbron om op te teren. Vraag God wat jouw taak is in Zijn koninkrijk en wandel daarin. Vraag Hem je ogen meer te openen voor de grootheid van Zijn genade. We hebben allemaal nog zoveel te leren over God, daar hebben we meer dan een eeuwigheid voor nodig.

Psalm 28:7 “De HEERE is mijn kracht en mijn schild; op Hem heeft mijn hart vertrouwd en ik ben geholpen. Daarom springt mijn hart op van vreugde en zal ik Hem met mijn lied loven.”